Voorgesteld 13 november 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de melkveehouderij een grondgebonden sector behoort te blijven;
constaterende dat in de Wet verantwoorde groei melkveehouderij middels een AMvB normen voor de grondgebondenheid moeten worden vastgesteld;
overwegende dat melkveehouders tijdig op de hoogte moeten zijn van de voorwaarden waaronder bedrijfsuitbreiding kan plaatsvinden;
overwegende dat bij de normstelling rekening moet worden gehouden met enerzijds het fosfaatplafond en anderzijds de wensen in de samenleving;
overwegende dat er een eenduidige, robuuste en handhaafbare normering moet worden opgenomen in de AMvB;
roept de regering op, te laten berekenen wat de effecten zijn van verschillende kilo-per-hectarescenario's of equivalente routes met dezelfde milieueffecten, blijvend binnen het fosfaatplafond, zowel op economisch gebied als voor grondgebondenheid;
roept de regering vervolgens op, na overleg met bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties, vóór behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer met een hoofdlijnenbrief de Tweede Kamer te informeren hoe de AMvB ingevuld zal worden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dikkers
Smaling