Ontvangen 15 oktober 2014
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel D, wordt artikel 1:113 als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «dochterondernemingen» ingevoegd: met zetel in Nederland.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de eerste volzin wordt na «dochterondernemingen» ingevoegd: met zetel in Nederland.
b. In de tweede volzin wordt na «dochteronderneming» ingevoegd: als bedoeld in de eerste volzin.
II
In artikel I, onderdeel D, wordt artikel 1:114 als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «alle tot de groep behorende rechtspersonen en vennootschappen» ingevoegd: met zetel in Nederland.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de eerste volzin wordt na «alle tot de groep behorende rechtspersonen en vennootschappen» ingevoegd: met zetel in Nederland.
b. In de tweede volzin wordt na «rechtspersonen en vennootschappen» ingevoegd: als bedoeld in de eerste volzin.
Dit amendement regelt dat financiële ondernemingen met een zetel in Nederland en de aan het hoofd van een groep staande groepsmaatschappijen met een zetel in Nederland niet langer zorg dienen te dragen voor het naleven van de regels met betrekking tot het beloningsbeleid, vastgelegd in het voorgestelde hoofdstuk 1.7, door hun dochterondernemingen onderscheidenlijk de tot hun groep behorende rechtspersonen en vennootschappen, voor zover deze hun zetel buiten Nederland hebben. Voor het hebben van een gelijk speelveld en eerlijke concurrentie moeten Nederlandse dochters in het buitenland op dezelfde wettelijke basis kunnen concurreren en voldoen aan dezelfde regelgeving in het desbetreffende land als andere banken.
Aukje de Vries Koolmees