Voorgesteld 24 april 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat vrijheidssancties niet alleen worden opgelegd om schuld te vergelden, maar vooral ook om gedetineerden voor te bereiden op een criminaliteitsvrije toekomst, en dat detentiefasering daaraan bijdraagt;
overwegende dat het leedtoevoegende karakter van detentie door afschaffing van detentiefasering en het nieuwe vrijhedenbeleid toeneemt, zonder dat de strafrechter hierop invloed kan uitoefenen;
overwegende dat de strafrechter te allen tijde ook moet kunnen beslissen over de aard van de vrijheidsbeneming;
verzoekt de regering om strafrechters de regie over het vrijhedenbeleid in detentie te geven,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Tongeren