Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 december 2023
Hierbij bied ik u het rapport aan van het WODC-onderzoek getiteld «Geen nacht zonder (art.) 8, Evaluatie van de Wet drugs in het verkeer».
Per 1 juli 2017 is door middel van wetswijziging in de Wegenverkeerswet 1994 een afzonderlijke strafbaarstelling voor het rijden onder invloed van drugs opgenomen (artikel 8, lid 5). Deze wetswijziging, ook aangeduid als de Wet drugs in het verkeer, geeft opsporingsambtenaren verder de bevoegdheid om bestuurders die vermoedelijk onder invloed van drugs deelnemen aan het verkeer, te bevelen mee te werken aan een speekseltest of aan een onderzoek van de psychomotorische functies en de oog- en spraakfuncties (PMT). Bij een positieve uitslag op de speekseltester of de PMT volgt een bloedonderzoek. Als het resultaat van het bloedonderzoek uitkomt boven de wettelijk vastgestelde grenswaarde of bij gecombineerd gebruik van drugs of van één of meer drugs en alcohol boven de daarvoor vastgestelde grenswaarde voor gecombineerd gebruik, is er sprake van een strafbaar feit.
In het kader van behandeling van de wetswijziging is op 17 juni 2014 (Handelingen II 2013/14, nr. 94, item 28) de Tweede Kamer toegezegd om vijf jaar na inwerkingtreding van de wet een evaluatie uit te voeren en tijdens het commissiedebat Verkeersveiligheid van 2 december 2021 (Kamerstuk 29 398, nr. 976) is toegezegd dat de Tweede Kamer geïnformeerd zal worden over de uitkomsten van deze evaluatie. Met het u nu toezenden van bijgaand evaluatierapport geef ik uitvoering aan beide toezeggingen.
Over de uitkomsten en opvolging van dit onderzoek zal ik met de betrokken ketenpartners in overleg treden. Mede op basis hiervan zal ik uw Kamer op een later moment een inhoudelijke beleidsreactie op dit onderzoek doen toekomen.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius