Gepubliceerd: 19 maart 2012
Indiener(s): Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA)
Onderwerpen: onderwijs en wetenschap overige vormen van onderwijs
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32812-18.html
ID: 32812-18
Origineel: 32812-2

Nr. 18 DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 19 maart 2012

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel I, onderdeel R, wordt artikel 41a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «na overleg met de ouders» vervangen door: nadat op overeenstemming gericht overleg is gevoerd met de ouders.

2. In het vierde lid wordt «na overleg met de ouders» vervangen door: nadat op overeenstemming gericht overleg is gevoerd met de ouders.

B

In artikel I wordt na onderdeel T een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ta

Voor artikel 46 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 45. Tijdelijke geschillencommissie ontwikkelingsperspectief

1. Er is tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip een landelijke tijdelijke geschillencommissie ontwikkelingsperspectief waarbij elke school is aangesloten.

2. De commissie neemt kennis van geschillen tussen ouders en bevoegd gezag van een school die ontstaan bij de toepassing van artikel 41a, eerste en vierde lid.

3. De commissie brengt op verzoek van de ouders binnen 10 weken een oordeel uit aan het bevoegd gezag.

4. Bij ministeriële regeling worden voorschriften gegeven met betrekking tot de commissie, waaronder in elk geval het aantal leden, de wijze van benoeming en ontslag en de deskundigheid van de leden van de commissie.

C

Na artikel VIIID wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL VIIIE. WIJZIGING IN VERBAND MET HET WETSVOORSTEL TOT WIJZIGING VAN ENKELE ONDERWIJSWETTEN IN VERBAND MET EEN HERZIENING VAN DE ORGANISATIE EN FINANCIERING VAN DE ONDERSTEUNING VAN LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS, SPECIAAL EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS, VOORTGEZET ONDERWIJS EN BEROEPSONDERWIJS

1. Indien het bij koninklijke boodschap van 29 november 2011 ingediende voorstel van wet tot wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in het basisonderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs (Kamerstukken 2011/12, 33 106, nr. 2) tot wet is of wordt verheven, en artikel II, onderdeel VA, van die wet eerder in werking is getreden of treedt dan artikel I, onderdeel Ta, van deze wet, vervalt artikel I, onderdeel Ta, van deze wet.

2. Indien het bij koninklijke boodschap van 29 november 2011 ingediende voorstel van wet tot wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in het basisonderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs (Kamerstukken 2011/12, 33 106, nr. 2) tot wet is of wordt verheven, en artikel II, onderdeel VA, van die wet later in werking treedt dan, onderscheidenlijk op dezelfde datum in werking treedt als, artikel I, onderdeel Ta, van deze wet, wordt in artikel II van die wet na onderdeel VA een onderdeel ingevoegd, luidende:

Vb

Artikel 45 vervalt.

Toelichting

In deze nota van wijziging zijn twee amendementen verwerkt die 15 maart jongstleden zijn aangenomen bij het wetsvoorstel passend onderwijs en die relatie hebben met onderhavig wetsvoorstel. Deze technische nota van wijziging heb ik 14 maart jongstleden aangekondigd tijdens het plenaire debat in de Tweede Kamer over onderhavig wetsvoorstel.

In onderdeel A is het amendement met nummer 45 verwerkt (Kamerstukken 2011/12, 33 106, nr. 45). Het betreft het op overeenstemming gericht overleg met de ouders in het kader van het ontwikkelingsperspectief.

In onderdeel B is het amendement met nummer 91 verwerkt (Kamerstukken 2011/12, 33 106, nr. 91). Het betreft de tijdelijke geschillencommissie. In het kader van onderhavig wetsvoorstel heeft de geschillencommissie enkel relevantie ten aanzien van het ontwikkelingsperspectief. Onderdeel B voorziet dan ook in een geschillencommissie voor geschillen ten aanzien van het ontwikkelingsperspectief. Onderdeel B doet dat op dezelfde wijze als amendement nummer 91 en op dezelfde wijze als het door het lid Van der Ham bij onderhavig wetsvoorstel ingediende amendement Kamerstukken 2011/12, 32 812, nr. 13. Anders dan in laatstgenoemde amendementen is wel, dat onderdeel B regelt dat bij ministeriële regeling voorschriften zullen worden gegeven met betrekking tot de geschillencommissie (aantal leden, wijze van benoeming ed.) en niet, zoals de twee amendementen regelen, bij algemene maatregel van bestuur. Beoogd wordt immers het ontwikkelingsperspectief per 1 augustus 2012 in te voeren in het speciaal onderwijs.

Onderdeel C bevat een samenloopbepaling met het wetsvoorstel passend onderwijs. Deze samenloopbepaling komt overeen met de samenloopbepaling zoals opgenomen in het amendement Kamerstukken 2011/12, 32 812, nr. 13. De samenloopbepaling heeft tot gevolg dat, als de geschillencommissie zoals die is opgenomen in amendement nummer 91 op 1 augustus 2013 in werking treedt, de geschillencommissie die in onderdeel B is opgenomen – en die enkel ziet op geschillen ten aanzien van het ontwikkelingsperspectief – door eerstgenoemde geschillencommissie wordt vervangen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart