Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 juni 2020
De Commissie toezicht financiën politieke partijen (Ctfpp) brengt jaarlijks advies uit over de verantwoordingsdocumenten van alle politieke partijen. Hierbij bied ik u het advies van de Ctfpp over het verantwoordingsjaar 2018 aan en reageer ik op dit advies1.
Hoofdlijnen advies Ctfpp
De belangrijkste bevindingen van de Ctfpp over 2018 luiden als volgt:
• Het overgrote deel van de jaarstukken van de politieke partijen is opgesteld conform de eisen van de Wet financiering politieke partijen (Wfpp). Over enkele partijen adviseert de Ctfpp specifieke vervolgstappen.
• De Ctfpp wijst erop dat enkele van haar bevindingen uit eerdere jaren nog niet door alle partijen volledig zijn geïmplementeerd. Een voorbeeld is dat de financiële verslagen moeten zijn ondertekend door de verantwoordelijke bestuurders en in hetzelfde document moeten zijn gewaarmerkt door de accountant.
Ik onderschrijf de bevindingen van de Ctfpp. Bij de controle van de voor het verantwoordingsjaar 2019 aangeleverde documenten zal daarom extra aandacht worden besteed aan de correcte ondertekening en waarmerking van de verantwoordingsdocumenten.
Reviews accountants politieke partijen over 2017
De Ctfpp gaat in haar advies over het verantwoordingsjaar 2018 ook in op de revi-ews die de Auditdienst Rijk (ADR) bij drie politieke partijen over het verantwoordingsjaar 2017 heeft uitgevoerd. De Ctfpp heeft geadviseerd om naar aanleiding van deze reviews in overleg met de Nederlandse Beroepsvereniging van Accountants (NBA) een controleprotocol voor politieke partijen op te stellen. De Regeling financiering politieke partijen zou in dit controleprotocol moeten kunnen worden geïncorporeerd. Ik neem dit advies over en ik zal hierover in overleg treden met de NBA bij de eerstvolgende aanpassing van deze regeling. Ik streef ernaar om de aangepaste Regeling financiering politieke partijen tegelijk met het voorstel tot wijziging van de Wfpp in werking te laten treden (beoogde inwerkingtreding is per 1 januari 2021).
Voorts heeft de Ctfpp specifieke opmerkingen over de werkzaamheden van de accountants die de verantwoordingsdocumenten 2017 van GroenLinks en Forum voor Democratie hebben gecontroleerd.
Ten aanzien van de accountant van GroenLinks constateert de Ctfpp dat onduidelijk is of de controleverklaring alleen betrekking heeft op de verantwoordingsdocumenten van de partij zelf, of ook op die van de neveninstellingen. Ik heb met GroenLinks afgesproken dat vanaf verantwoordingsjaar 2019 expliciet uit de verantwoordingsinformatie en controleverklaring zal blijken dat deze ook betrekking heeft op de neveninstellingen.
Ten aanzien van de accountant van Forum voor Democratie stelt de Ctfpp vast dat al twee jaar achtereen (2017 en 2018) niet gesteund kan worden op de jaarverantwoording van Forum voor Democratie en zijn neveninstellingen. Over verantwoordingsjaar 2017 blijkt uit de uitkomsten van de review van de ADR dat evenmin kan worden gesteund op de controlewerkzaamheden door de accountant. De Ctfpp adviseert de ADR te verzoeken om voor verantwoordingsjaar 2018 opnieuw een review te laten uitvoeren bij de accountant van Forum voor Democratie. Ook wijst de Ctfpp op de mogelijkheid om bij herhaling van een omissie een bestuurlijke boete op te leggen aan een politieke partij.
Overeenkomstig dit advies van de Ctfpp heb ik over 2018 opnieuw een review bij de accountant van Forum voor Democratie laten verrichten. Tevens heeft de ADR over 2018 reviews uitgevoerd bij de accountants van het CDA en 50PLUS en mij over haar bevindingen geïnformeerd. Als gevolg van de bevindingen van de ADR moeten de accountants van 50PLUS en Forum voor Democratie herstelwerkzaamheden uitvoeren. Deze partijen is daarom verzocht om hun accountants te verzoeken de benodigde herstelwerkzaamheden uit te laten voeren. Indien dit tot onvoldoende resultaat leidt, zullen volgende stappen in overweging moeten worden genomen.
In mijn reactie op het advies dat de Ctfpp in het najaar zal uitbrengen over verantwoordingsjaar 2019 zal ik u informeren over de voortgang.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren