Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 20 juni 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat nadere regels wenselijk zijn met betrekking tot de agendering van dertigledendebatten (de voormalige spoeddebatten), gelet op twee omstandigheden die niet altijd makkelijk met elkaar verenigbaar zijn, te weten het grote aantal dertigledendebatten aan de ene kant en het belang van een spoedige agendering van voor een aanzienlijk deel van de Kamer wezenlijke onderwerpen aan de andere kant;
overwegende, dat het van belang is, hiervoor oplossingen te vinden waarbij de belangen van coalitie- en oppositiefracties op evenwichtige wijze zijn gediend;
verzoekt het Presidium voorstellen uit te werken op basis waarvan een onderscheid kan worden gemaakt tussen aangevraagde debatten die spoedige agendering vergen en debatten waarvoor dat niet geldt;
verzoekt het Presidium voorts hierbij mee te nemen de suggestie om naast het dertigledendebat het zogeheten zestigledendebat in te voeren, dat als bijzonderheid heeft dat dit debat te allen tijde binnen drie weken na aanvraag gehouden wordt,
en gaat over tot de orde van de dag.
Schouten