Voorgesteld 14 februari 2012
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat in het wetgevingsproces rond de afschaffing van de WWik er niet is voorzien in een overgangsregeling;
constaterende, dat dit heeft geleid tot een gerechtelijke uitspraak om alsnog te voorzien in een overgangsregeling, en dat dit de belastingbetaler onnodig circa 2 mln. extra heeft gekost;
overwegende, dat zeker in tijden van budgettaire krapte de regering alles in het werk moet stellen om zorgvuldige procedures op te stellen, teneinde de belastingbetaler dit soort extra kosten te besparen;
verzoekt de regering het wetgevingsproces rond de overgangstermijn bij de WWik te evalueren, opdat dergelijke kostbare reparaties in toekomstige nieuwe wetgeving kunnen worden voorkomen, en de Kamer over deze evaluatie te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Ham
Jasper van Dijk
Vermeij