Ontvangen 2 april 2013
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel A, wordt aan artikel 8, tweede lid, een zinsnede toegevoegd, luidende: tenzij het college van burgemeester en wethouders vaststelt dat het niet verlenen van maatschappelijke opvang een schrijnende situatie oplevert.
In het wetsvoorstel wordt de Wmo gewijzigd door het vaststellen van een nieuw tweede lid van artikel 8. Hierin wordt geregeld dat een vreemdeling, indien hij hier rechtmatig verblijft, alleen in aanmerking komt voor maatschappelijk opvang als hij niet valt onder de gevallen bedoeld in artikel 24, tweede lid van de Richtlijn 2004/38/EG. Daar waar hier bedoeld worden de EU-burgers die hier komen werken zonder dat huisvesting geregeld is en menen dat de maatschappelijke opvang een goedkope verblijfplaats is, is dit een passende wetswijziging. Echter, omdat zich hier ook andere situaties kunnen voordoen (bijvoorbeeld een moeder met kind) dient in de wet geregeld te worden dat het college van burgemeester en wethouders kan afwijken van het nieuwe artikel 8, tweede lid Wmo. Met dit amendement beoogt de indiener dat het college van burgemeester en wethouders niet in strijd met de wet handelt door in voorkomende gevallen vreemdelingen toch toe te laten tot de maatschappelijke opvang.
Keijzer