Ontvangen 18 februari 2010
Met belangstelling heb ik kennis genomen van de opmerkingen en vragen van de fracties van het CDA, PvdA en de ChristenUnie in het verslag van 4 februari 2010. Ik ben verheugd met de steun voor dit voorstel. Bij de beantwoording van de vragen wordt de volgorde van de indeling van het verslag aangehouden.
De leden van het CDA en de PvdA vragen zich af wat de gewenste datum van inwerkingtreding is van het voorliggende wetsvoorstel. Leden van de PvdA-fractie vragen zich af of het de bedoeling is dat het wetsvoorstel vóór de fusie van de Zeeuwse waterschappen inwerking treedt.
Dit is inderdaad de bedoeling. Vanuit het oogpunt van rechtszekerheid is het wenselijk om de beoogde wijziging van de Waterschapswet voor de fusieverkiezingen van de Zeeuwse waterschappen in werking te laten treden. De ingezetenen van het nieuwe waterschap weten dan dat zij leden kiezen die zes jaar in het bestuur zullen plaatsnemen. Met een tijdige inwerkingtreding wordt voorkomen dat de Zeeuwse ingezetenen in 2008, 2010 en 2012 een gang naar de stembus moeten maken.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen in hoeverre de voorgestelde regeling voor de termijnen waarop verkiezingen moeten worden gehouden bij fusies van waterschappen, parallel loopt met regels ten aanzien van de termijnen bij gemeentelijke herindelingen, zoals geregeld in de Kieswet. Verder vragen zij zich af of het bij gemeentelijke herindelingen ook voorkomt dat er twee termijnen van zes jaar zijn.
De zittingstermijnen en het overslaan van verkiezingen bij fusie of herindeling van gemeenten worden niet in de Kieswet geregeld, maar in aparte wetten die specifiek voor de desbetreffende gemeenten zijn opgesteld. Verlenging van de zittingsduur van zittende gemeenteraden bij herindeling of fusie is hoogstens voor de periode van een jaar en drie maanden. Tevens wordt het uitgangspunt gehanteerd dat gemeenteraden na de fusieverkiezingen niet langer dan vijf à vijf en een half jaar mogen zitten. De termijn van zes jaar voor de waterschappen sluit hier nagenoeg op aan. De Kiesraad heeft geen bezwaren tegen deze zittingsperiode.
Het is onder artikel 27 van de Waterschapswet al mogelijk om met het oog op een fusie de zittingstermijn van een waterschapsbestuur te verlengen met (maximaal) twee jaar. Dit besluit kan alleen worden genomen bij het besluit tot instelling of opheffing van een waterschap. Samenloop met het overslaan van verkiezingen na een fusie is uitsluitend mogelijk als de fusiepartners al ruim vóór de reguliere verkiezingen besluiten om de zittingsduur te verlengen waarbij de zittingsduur tevens maximaal wordt verlengd. Meestal zal men niet te lang willen wachten met een fusie. Een samenloop van twee zittingstermijnen van zes jaar zal zich naar verwachting slechts bij hoge uitzondering voordoen.