Gepubliceerd: 25 augustus 2009
Indiener(s): Wouter Bos (viceminister-president , minister financiën) (PvdA)
Onderwerpen: financiën organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32036-2.html
ID: 32036-2

32 036
Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten (Wijzigingswet financiële markten 2010)

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is om de Wet op het financieel toezicht te wijzigen teneinde regels te stellen met betrekking tot de uitbreiding van de vrijstellingsmeldingen en voorschriften met betrekking tot de vorm en de inhoud daarvan, een vrijwillig toezichtregime voor beleggingsinstellingen en de zware ontheffing alsmede technische verbeteringen en enige andere wijzigingen in de Wet op het financieel toezicht en andere wetgeving op het terrein van de financiële markten aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET OP HET FINANCIEEL TOEZICHT

De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1:12 wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef van het eerste lid komt te luiden: Onverminderd het derde lid en artikel 2:69a is deze wet, met uitzondering van dit deel, artikel 3:7 en de hoofdstukken 5.1, 5.3, 5.4 en 5.5, niet van toepassing op beleggingsinstellingen die rechten van deelneming aanbieden aan:.

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Onverminderd het derde lid en artikel 2:69a is deze wet, met uitzondering van dit deel, artikel 3:7 en de hoofdstukken 5.1, 5.3, 5.4 en 5.5, niet van toepassing op beheerders en bewaarders voor zover zij beleggingsinstellingen als bedoeld in het eerste lid beheren of belast zijn met de bewaring van de activa van die beleggingsinstellingen.

3. Onder vernummering van het derde tot en met het vijfde lid tot het vierde tot en met het zesde lid, wordt na het tweede lid een lid ingevoegd, luidende:

3. Indien een verklaring van ondertoezichtstelling is verleend ingevolge artikel 2:69a, zijn op de desbetreffende beheerder, beleggingsinstelling en bewaarder de artikelen 3:53, eerste, derde en vijfde lid, 3:63, eerste, tweede en derde lid, 3:88, eerste, derde, vijfde en zesde lid, 4:9, eerste lid, 4:10, 4:11, eerste en vierde lid, 4:13, 4:14, eerste lid, 4:16, eerste lid, 4:25, eerste lid, 4:26 eerste en zesde lid, 4:42, aanhef en onderdeel a, 4:43, eerste lid, 4:44, eerste lid, 4:45, 4:50, eerste lid, 4:51, eerste lid, 4:52b, 4:55 en 4:55a van toepassing.

4. Na het zesde lid (nieuw) wordt een lid toegevoegd, luidende:

7. De Autoriteit Financiële Markten stelt de wijze vast waarop de vermeldingen op grond van het vierde en vijfde lid worden gedaan.

B

In artikel 1:22 wordt de zinsnede «de artikelen 4:9, eerste en tweede lid» vervangen door: de artikelen 4:9, eerste tot en met vierde lid.

C

Aan artikel 1:47, eerste lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: De eerste volzin is niet van toepassing indien de andere toezichthouder geen toezicht uitoefent op de naleving van deze wet door de desbetreffende persoon of onderneming.

D

Artikel 1:97, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt «een overige bepaling» vervangen door «een bepaling, anders dan bedoeld onder a,» en komt aan het slot het woord «of» te vervallen.

2. In onderdeel c, wordt na «3:259» een komma geplaatst, vervalt «4:4, eerste lid,» en wordt de punt aan het slot vervangen door «; of».

3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. een bepaling, anders dan bedoeld onder c, waarvan de overtreding in de algemene maatregel van bestuur op basis van artikel 1:81, eerste lid, beboetbaar is gesteld met tariefnummer 2, voor zover dit in die algemene maatregel van bestuur is bepaald.

E

Aan artikel 1:104 wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Het eerste en derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op door Onze Minister verleende vergunningen.

F

Artikel 1:105, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt «artikel 3:110» vervangen door: de artikelen 2:69a en 3:110.

2. In onderdeel b wordt «5:32» vervangen door: 5:32d.

G

Artikel 2:8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt de zinsnede «ingevolge artikel 3:57 is bepaald» vervangen door: ingevolge de artikelen 3:17, 3:18, 3:20a en 3:57 is bepaald, met dien verstande dat in die artikelen voor de zinsnede «met zetel in Nederland» wordt gelezen: met zetel buiten Nederland.

2. In het tweede lid wordt na de zinsnede «aan te wijzen staat» ingevoegd: die in de staat van hun zetel bevoegd zijn tot de uitoefening van hun bedrijf.

H

In artikel 2:21, eerste lid, wordt na de zinsnede «aantoont dat» ingevoegd: hij in de staat van zijn zetel bevoegd is tot de uitoefening van zijn bedrijf en dat.

I

In artikel 2:55, tweede lid, wordt na de zinsnede «ontheffing verlenen van het eerste lid» ingevoegd: en van hetgeen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen is bepaald met betrekking tot het aanbieden van beleggingsobjecten,.

J

Aan artikel 2:59 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien aan een vrijstelling als bedoeld in het eerste lid het voorschrift wordt verbonden dat bij een aanbod, en in reclame-uitingen en documenten waarin een aanbod in het vooruitzicht wordt gesteld, wordt vermeld dat de vrijgestelde activiteit niet vergunningplichtig is ingevolge deze wet, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

K

Artikel 2:65 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt na de zinsnede «ontheffing verlenen van het eerste lid» ingevoegd: en van hetgeen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen is bepaald met betrekking tot het aanbieden van rechten van deelneming in beleggingsinstellingen,.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Het derde lid is niet van toepassing op het aanbieden van rechten van deelneming in instellingen voor collectieve belegging in effecten.

L

Na artikel 2:69 worden in paragraaf 2.2.7.1. twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 2:69a

1. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag een verklaring van ondertoezichtstelling verlenen aan:

a. de beheerder van een beleggingsinstelling waarvan rechten van deelneming in Nederland uitsluitend aan gekwalificeerde beleggers worden aangeboden; of

b. een beleggingsmaatschappij die geen aparte beheerder heeft en die rechten van deelneming in Nederland uitsluitend aan gekwalificeerde beleggers aanbiedt.

2. Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van beleggingsinstellingen:

a. die een startersfonds zijn als bedoeld in artikel 4.1 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen;

b. waarvan:

1°. het balanstotaal voor minder dan vijftig procent bestaat uit beleggingen, en

2°. minder dan vijftig procent van de totale gerealiseerde opbrengsten gegenereerd wordt uit beleggingen; of

c. die rechten van deelneming aanbieden aan hun bestuurders, leden van hun raad van commissarissen of hun werknemers of aan bestuurders, leden van de raad van commissarissen of werknemers van een met die beleggingsinstellingen in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur verbonden vennootschap of instelling.

3. De Autoriteit Financiële Markten verleent op aanvraag een verklaring van ondertoezichtstelling aan een beheerder als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, indien de aanvrager aantoont dat met betrekking tot de beheerder en, indien van toepassing, de bewaarder die is verbonden aan de beleggingsinstelling die de beheerder voornemens is te beheren, zal worden voldaan aan het bepaalde ingevolge:

a. artikel 4:9, eerste lid, met betrekking tot de deskundigheid van de in dat artikel bedoelde personen;

b. artikel 4:10 met betrekking tot de betrouwbaarheid van de in dat artikel bedoelde personen;

c. artikel 4:11, eerste lid, met betrekking tot het beleid met betrekking tot de integere bedrijfsuitoefening;

d. artikel 4:13 met betrekking tot de zeggenschapsstructuur;

e. artikel 4:14, eerste lid, met betrekking tot de inrichting van de bedrijfsvoering;

f. artikel 3:53, eerste en derde lid, met betrekking tot het minimum eigen vermogen; en

g. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.

4. Indien de aanvraag betrekking heeft op het aanbieden van rechten van deelneming in een beleggingsinstelling waarop op het tijdstip van de aanvraag artikel 1:12, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van toepassing is, verstrekt de aanvrager bij de aanvraag aan de Autoriteit Financiële Markten de volgende gegevens:

a. zijn naam en adres;

b. de naam en het adres van de beleggingsinstelling;

c. de namen van de personen die het beleid van de beleggingsinstelling bepalen of mede bepalen en de namen van de personen die onderdeel zijn van een orgaan dat belast is met het toezicht op het beleid en de algemene gang van zaken van de beleggingsinstelling;

d. de naam en het adres van de eventueel aan de beleggingsinstelling verbonden bewaarder;

e. de wijze van in- en verkoop van rechten van deelneming;

f. een beschrijving van het beleggingsbeleid van de beleggingsinstelling; en

g. indien van toepassing, de gereglementeerde markt waar de rechten van deelneming tot de handel zijn toegelaten.

5. De Autoriteit Financiële Markten verleent op aanvraag een verklaring van ondertoezichtstelling aan een beleggingsmaatschappij als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, indien de aanvrager aantoont dat met betrekking tot de beleggingsmaatschappij en, indien van toepassing, de daaraan verbonden bewaarder zal worden voldaan aan het bepaalde ingevolge:

a. artikel 4:9, eerste lid, met betrekking tot de deskundigheid van de in dat artikel bedoelde personen;

b. artikel 4:10 met betrekking tot de betrouwbaarheid van de in dat artikel bedoelde personen;

c. artikel 4:11, eerste lid, met betrekking tot het beleid met betrekking tot de integere bedrijfsuitoefening;

d. artikel 4:13 met betrekking tot de zeggenschapsstructuur;

e. artikel 4:14, eerste lid, met betrekking tot de inrichting van de bedrijfsvoering;

f. artikel 3:53, eerste en derde lid, met betrekking tot het minimum eigen vermogen; en

g. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.

6. De aanvraag van de verklaring van ondertoezichtstelling geschiedt onder opgave van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen gegevens.

Artikel 2:69b

Een beheerder die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65, eerste lid, onderdeel a, en die de Autoriteit Financiële Markten in kennis heeft gesteld van het voornemen rechten van deelneming in een beleggingsinstelling in Nederland uitsluitend aan gekwalificeerde beleggers aan te bieden beschikt daarvoor van rechtswege over een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 2:69a, eerste lid, onderdeel a. Artikel 2:69a, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.

M

Artikel 2:74 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Indien aan een vrijstelling als bedoeld in het eerste lid het voorschrift wordt verbonden dat bij een aanbod, en in reclame-uitingen en documenten waarin een aanbod in het vooruitzicht wordt gesteld, wordt vermeld dat de vrijgestelde activiteit niet vergunningplichtig is ingevolge deze wet, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

N

In artikel 2:75, tweede lid, wordt na de zinsnede «ontheffing verlenen van het eerste lid» ingevoegd: en van hetgeen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen is bepaald met betrekking tot het adviseren over andere financiële producten dan financiële instrumenten,.

O

Aan artikel 2:79 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien aan een vrijstelling als bedoeld in het eerste lid het voorschrift wordt verbonden dat in reclame-uitingen en andere onverplichte precontractuele informatie wordt vermeld dat de vrijgestelde activiteit niet vergunningplichtig is ingevolge deze wet, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

P

Artikel 2:80 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt na de zinsnede «ontheffing verlenen van het eerste lid» ingevoegd: en van hetgeen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen is bepaald met betrekking tot bemiddelen,.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Het tweede lid is niet van toepassing op het bemiddelen in verzekeringen.

Q

Aan artikel 2:85 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien aan een vrijstelling als bedoeld in het eerste lid het voorschrift wordt verbonden dat in reclame-uitingen en andere onverplichte precontractuele informatie wordt vermeld dat de vrijgestelde activiteit niet vergunningplichtig is ingevolge deze wet, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

R

Artikel 3:4, tweede lid, komt te luiden:

2. Op het verlenen van een vergunning na een aanvraag als bedoeld in het eerste lid, en op degene die naar aanleiding van een aanvraag als bedoeld in het eerste lid een vergunning heeft verkregen van de Nederlandsche Bank, is hetgeen is bepaald ingevolge deze wet met betrekking tot het uitoefenen van het bedrijf van bank van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van afdeling 3.5.5.

S

Aan artikel 3:17, tweede lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c, onder 4° door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. met betrekking tot banken, beleggingsondernemingen en financiële instellingen die een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 3:110 hebben, een administratie die zodanig is dat, in geval van toepassing van het depositogarantiestelsel of het beleggerscompensatiestelsel, deze geen belemmering vormt of kan vormen voor de uitbetaling van de vergoeding binnen de ingevolge artikel 3:261, tweede lid, bepaalde termijn.

T

Na artikel 3:20 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 3.3.3.1a. Financiële ondernemingen met zetel in een andere lidstaat

Artikel 3:20a

Een entiteit voor risico-acceptatie, herverzekeraar, kredietinstelling, levensverzekeraar of schadeverzekeraar met zetel in een andere lidstaat die haar onderscheidenlijk zijn bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor of diensten verricht naar Nederland dient in die lidstaat bevoegd te zijn tot de uitoefening van dat bedrijf.

U

In artikel 3:27 wordt «3:18 en 3:21» vervangen door: 3:18, 3:20a en 3:21.

V

In artikel 3:154, eerste lid, wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de levensverzekeraar zijn zetel heeft» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

W

In artikel 3:156, negende lid, wordt de zinsnede «de rechtbank van het rechtsgebied waarvan de Nederlandsche Bank is gevestigd» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

X

Artikel 3:160 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt de zinsnede «de rechtbank, binnen het rechtsgebied waarvan de kredietinstelling haar zetel heeft,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de kredietinstelling haar zetel heeft,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

Y

In artikel 3:161 wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de verzekeraar zijn zetel heeft,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

Z

In artikel 3:162, vierde lid, vervalt de zinsnede «of een van de leden van een andere rechtbank».

AA

In artikel 3:202 wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de kredietinstelling dan wel het bijkantoor is gelegen,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

BB

In artikel 3:203 wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de verzekeraar zijn zetel heeft» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

CC

Artikel 3:206 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt de zinsnede «de rechtbank, binnen het rechtsgebied waarvan het bijkantoor is gelegen,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan het bijkantoor is gelegen,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

DD

In artikel 3:207 wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de levensverzekeraar of schadeverzekeraar zijn zetel heeft,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

EE

In artikel 3:222, eerste lid, wordt de zinsnede «de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan het bijkantoor van de betrokken verzekeraar is gelegen,» vervangen door: de rechtbank Amsterdam.

FF

Artikel 3:261, tweede lid, komt te luiden:

2. De Nederlandsche Bank draagt zorg voor betaling van de ingevolge deze paragraaf voor vergoeding in aanmerking komende vorderingen van beleggers of depositohouders binnen een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen termijn.

GG

Aan artikel 3:263 wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het tweede lid.

HH

In artikel 3:290, vijfde lid, wordt de zinsnede «indien zij coördinator is» vervangen door: indien zij ingevolge artikel 3:293, eerste lid, is aangewezen als coördinator.

II

Artikel 3:292 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt de zinsnede «is aangewezen als coördinator» vervangen door: ingevolge artikel 3:293, eerste lid, is aangewezen als coördinator.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

9. In afwijking van het achtste lid kan de Nederlandsche Bank op verzoek van een financieel conglomeraat dat deel uitmaakt van een ander financieel conglomeraat besluiten dat het toezicht, bedoeld in deze afdeling, van toepassing is op het eerstgenoemde financiële conglomeraat.

JJ

Artikel 4:3, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel d vervalt.

2. De onderdelen e tot en met g worden geletterd d tot en met f.

KK

Artikel 4:7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Indien aan een vrijstelling als bedoeld in het eerste lid het voorschrift wordt verbonden dat bij een aanbod of in reclame-uitingen of documenten waarin een aanbod in het vooruitzicht wordt gesteld of in andere onverplichte precontractuele informatie wordt vermeld dat de vrijgestelde activiteit niet onder toezicht staat van de Autoriteit Financiële Markten, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

LL

In artikel 4:8, derde lid wordt «artikel 4:9, tweede lid» vervangen door: artikel 4:9, tweede tot en met vierde lid».

MM

In artikel 4:9, derde lid, komt de tweede volzin te luiden:

Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat Onze Minister volgens daarbij te stellen regels exameninstituten erkent die bevoegd zijn tot het afgeven van diploma’s en certificaten waarmee de vakbekwaamheid wordt aangetoond en instituten voor permanente educatie erkent die bevoegd zijn tot het afgeven van certificaten waarmee de vakbekwaamheid wordt aangetoond.

NN

In artikel 4:16, tweede lid, wordt de zinsnede «beheerder of beleggingsonderneming» vervangen door: beheerder, beleggingsonderneming of betaalinstelling.

OO

Artikel 4:17, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt na de zinsnede «consumenten of deelnemers over» ingevoegd: betaaldiensten,.

2. In onderdeel b wordt na «met betrekking tot» ingevoegd: betaaldiensten,.

PP

In artikel 4:26, eerste lid, wordt «2:69, tweede lid, 2:72, tweede lid» vervangen door: 2:69, tweede lid, 2:69a, vierde en zesde lid, 2:72, tweede lid.

QQ

Artikel 4:47 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste tot en met het vijfde lid worden vernummerd tot tweede tot en met zesde lid.

2. Het eerste lid komt te luiden:

1. Een beheerder heeft op zijn website de voorwaarden die gelden tussen een door hem beheerde beleggingsinstelling en de deelnemers beschikbaar.

3. In het tweede lid (nieuw) en derde lid (nieuw) wordt de zinsnede «voorwaarden die gelden tussen een door hem beheerde beleggingsinstelling en de deelnemers» vervangen door: voorwaarden als bedoeld in het eerste lid.

4. Aan het tweede lid (nieuw) wordt een volzin toegevoegd, luidende: Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld ten aanzien van de inhoud van de advertentie en de toelichting op de website van de beheerder.

5. In het derde lid (nieuw) wordt aan het slot van de eerste volzin toegevoegd: voor zover deze wijziging afwijkt van het voorstel, bedoeld in het tweede lid.

6. In het vierde lid (nieuw) en vijfde lid (nieuw) wordt de zinsnede «voorwaarden, bedoeld in het tweede lid» vervangen door: voorwaarden, bedoeld in het eerste lid.

7. In het zesde lid (nieuw) wordt de zinsnede «de verplichting, bedoeld in het eerste lid, eerste volzin, of van de verplichting, bedoeld in het tweede lid, eerste volzin» vervangen door: het tweede lid, eerste volzin, het derde lid, eerste volzin, het vierde of het vijfde lid.

RR

Na artikel 4:52a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:52b

Een beheerder of een beleggingsmaatschappij die beschikt over een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 2:69a en een bewaarder die belast is met de bewaring van de activa van de betreffende beleggingsinstelling, maakt binnen vier maanden na afloop van het boekjaar de jaarrekening, het jaarverslag en de overige gegevens, bedoeld in artikel 4:51, eerste lid, bekend aan de deelnemers.

SS

Na artikel 4:55 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:55a

Een beheerder of beleggingsmaatschappij die beschikt over een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 2:69a en die voornemens is de Autoriteit Financiële Markten te verzoeken die verklaring in te trekken, maakt dit voornemen ten minste zes maanden voor indiening van het verzoek bekend aan de deelnemers van de beleggingsinstelling. Gelijktijdig met de bekendmaking van het voornemen stelt de beheerder of de beleggingsmaatschappij de Autoriteit Financiële Markten daarvan op de hoogte. De Autoriteit Financiële Markten neemt een verzoek als bedoeld in de eerste volzin dat niet of niet tijdig bekend is gemaakt niet eerder in behandeling dan zes maanden na de datum waarop het voornemen bekend is gemaakt.

TT

In artikel 4:65, derde lid, wordt de zinsnede «het tweede lid, onderdeel b» vervangen door: het tweede lid, onderdeel a.

UU

Na artikel 4:71 wordt in afdeling 4.3.1 een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 4.3.1.6. Provisie

Artikel 4:71a

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de provisie die een aanbieder betaalt of verschaft en de wijze van uitbetaling daarvan.

VV

Artikel 4:87 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Een beleggingsonderneming treft adequate maatregelen:

a. ter bescherming van de rechten van cliënten op aan hen toebehorende gelden en financiële instrumenten; en

b. ter voorkoming van het gebruik van die gelden of financiële instrumenten, behoudens uitdrukkelijke instemming van de cliënt indien het financiële instrumenten betreft, voor eigen rekening door de beleggingsonderneming.

2. Het tweede lid vervalt, onder vernummering van het derde en vierde lid tot het tweede en derde lid.

WW

Artikel 5:5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Indien aan een vrijstelling het voorschrift wordt verbonden dat ter zake van een aanbieding van effecten aan het publiek of een toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt waarvoor geen prospectus algemeen verkrijgbaar behoeft te worden gesteld, zulks wordt vermeld bij het aanbod, in reclame-uitingen en in documenten waarin een dergelijke aanbieding of toelating in het vooruitzicht wordt gesteld, wordt deze vermelding gedaan op door de Autoriteit Financiële Markten vast te stellen wijze.

XX

Aan artikel 5:20 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Indien op grond van artikel 5:3, eerste lid, ter zake van een aanbieding van effecten aan het publiek geen prospectus algemeen verkrijgbaar wordt gesteld, wordt dit vermeld bij het aanbod, in reclame-uitingen en in documenten waarin het aanbod in het vooruitzicht wordt gesteld. De Autoriteit Financiële Markten stelt de wijze vast waarop deze vermelding wordt gedaan.

YY

Artikel 5:25d, tweede lid, onderdeel c, onder 2°, komt te luiden:

2°. het halfjaarverslag een getrouw overzicht geeft van de in het achtste en, voor zover van toepassing, negende lid bedoelde informatie.

ZZ

In artikel 5:25h, derde lid, komt de eerste volzin als volgt te luiden:

Indien een uitgevende instelling obligaties aan het publiek aanbiedt als bedoeld in artikel 5:1, onderdeel a, stelt zij met betrekking tot die aanbieding informatie algemeen verkrijgbaar, tenzij ten aanzien van die aanbieding een goedgekeurd prospectus als bedoeld in artikel 5:2 algemeen verkrijgbaar is gesteld.

AAA

Artikel 5:25m wordt als volgt gewijzigd:

1. In het zesde lid wordt «vierde lid» vervangen door: vijfde lid.

2. In het achtste lid wordt «eerste tot en met derde lid, vijfde en zesde lid» vervangen door: eerste tot en met derde, zesde en zevende lid.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

10. Het vijfde en zesde lid zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de informatie die op grond van het recht van een andere lidstaat ter uitvoering van artikel 6 van de richtlijn marktmisbruik algemeen verkrijgbaar moet worden gesteld door een uitgevende instelling waarvan Nederland de lidstaat van herkomst is.

BBB

In artikel 5:25w, tweede lid, wordt «artikel 5:25m, vierde lid» vervangen door: artikel 5:25m, vijfde lid.

CCC

In artikel 5:46, tweede lid, onderdeel b wordt de zinsnede «verlenen van een beleggingsactiviteit» vervangen door: verrichten van een beleggingsactiviteit.

DDD

Artikel 5:59, achtste lid, vervalt.

EEE

De bijlage bij artikel 1:79 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de opsomming van artikelen uit het Algemeen deel wordt «1:12, derde en vierde lid» vervangen door: 1:12, vierde en vijfde lid.

2. In de numerieke volgorde van artikelen uit het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen wordt ingevoegd: 4:55a.

3. In de opsomming van artikelen uit het Deel Gedragstoezicht financiële markten wordt «5:20, eerste tot en met vierde lid» vervangen door «5:20, eerste tot en met vijfde lid», wordt «5:25m, eerste, zesde en achtste lid» vervangen door «5:25m, eerste tot en met derde lid, zesde en achtste lid», wordt «5:59, eerste lid» vervangen door «5:59, eerste en tweede lid», wordt «5:86, eerste lid» vervangen door «5:86, eerste en tweede lid».

FFF

De bijlage bij artikel 1:80 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de opsomming van artikelen uit het Algemeen deel wordt «1:12, derde en vierde lid» vervangen door: 1:12, vierde en vijfde lid.

2. In de opsomming van artikelen uit het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen wordt «4:26, eerste tot en met vijfde lid» vervangen door «4:26, eerste tot en met zesde lid» en wordt in de numerieke volgorde ingevoegd: 4:55a en 4:71a.

3. In de opsomming van artikelen uit het Deel Gedragstoezicht financiële markten wordt «5:20, eerste tot en met vierde lid» vervangen door «5:20, eerste tot en met vijfde lid», wordt «5:25m, eerste, zesde en achtste lid» vervangen door «5:25m, eerste tot en met derde lid, zesde en achtste lid», wordt «5:59, eerste lid» vervangen door «5:59, eerste en tweede lid» en wordt «5:86, eerste lid» vervangen door «5:86, eerste en tweede lid».

ARTIKEL II. WIJZIGING VAN DE WET TOEZICHT ACCOUNTANTSORGANISATIES

De Wet toezicht accountantsorganisaties wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, wordt «onderdeel j» vervangen door: onderdeel p.

B

In artikel 20, tweede lid, wordt de zinsnede «een wettelijke controle verstrekken aan» vervangen door: een wettelijke controle verstrekken aan derden, indien artikel 26, vijfde lid, van toepassing is, of aan.

C

Aan artikel 26 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Een externe accountant kan, in afwijking van het eerste lid, volgens bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels vertrouwelijke gegevens of inlichtingen, verkregen bij het verrichten van een wettelijke controle, verstrekken aan derden. Deze vertrouwelijke gegevens of inlichtingen worden niet verstrekt aan toezichthoudende instanties.

D

Artikel 62a vervalt.

E

Het opschrift van hoofdstuk 5a komt te luiden:

HOOFDSTUK 5A. GEHEIMHOUDINGSPLICHT

F

Na artikel 63a wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK 5B. SAMENWERKING NATIONAAL

G

Artikel 63b vervalt.

H

Het opschrift na artikel 63e komt te luiden:

HOOFDSTUK 5C. SAMENWERKING INTERNATIONAAL

AFDELING 5C.1. SAMENWERKING MET TOEZICHTHOUDENDE INSTANTIES VAN ANDERE LIDSTATEN

I

Artikel 63f wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

2. De Autoriteit Financiële Markten verstrekt, in afwijking van artikel 63a, eerste lid, op verzoek van een toezichthoudende instantie van een andere lidstaat onverwijld vertrouwelijke gegevens of inlichtingen die voor de vervulling van de taak van die toezichthoudende instantie nodig zijn, tenzij:

a. een dergelijke verstrekking gevaar zou kunnen opleveren voor de Nederlandse soevereiniteit, nationale veiligheid of openbare orde;

b. de gegevens of inlichtingen betrekking hebben op handelingen van een accountantsorganisatie waartegen in Nederland reeds een strafrechtelijke procedure is ingesteld;

c. reeds beroep is ingesteld tegen een beschikking als bedoeld in artikel 58 ten aanzien van de handelingen waarop de gegevens of inlichtingen betrekking hebben; of

d. met betrekking tot dezelfde handelingen en dezelfde accountantsorganisatie door de Autoriteit Financiële Markten een onherroepelijk besluit is genomen.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien de Autoriteit Financiële Markten de gevraagde gegevens of inlichtingen niet onverwijld kan verstrekken, stelt zij de toezichthoudende instantie van de andere lidstaat hiervan in kennis.

J

Het opschrift na artikel 63i komt te luiden:

AFDELING 5C.2. SAMENWERKING MET TOEZICHTHOUDENDE INSTANTIES VAN STATEN DIE GEEN LIDSTAAT ZIJN

K

Artikel 63j, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede «De Autoriteit Financiële Markten kan, op verzoek van een toezichthoudende instantie van een staat die geen lidstaat is, gegevens of inlichtingen» wordt vervangen door: De Autoriteit Financiële Markten kan, in afwijking van artikel 63a, eerste lid, op verzoek van een toezichthoudende instantie van een staat die geen lidstaat is, vertrouwelijke gegevens of inlichtingen.

2. De zinsnede «, met inachtneming van artikel 63f,» vervalt.

3. Onderdeel d vervalt.

4. Onderdeel e wordt geletterd d.

L

Het opschrift van de bijlage komt te luiden:

Bijlage bij artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de wet

ARTIKEL III. WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK

Het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 76a, eerste lid, onderdeel c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, wordt «een vergunning» vervangen door: een vergunning of verklaring van ondertoezichtstelling.

B

In artikel 449, eerste, tweede en vierde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt de zinsnede «zes maanden» telkens vervangen door: negen maanden.

ARTIKEL IV. WIJZIGING VAN DE FAILLISSEMENTSWET

De Faillissementswet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 212a, onderdeel a, wordt de punt aan het slot van de onderdelen 6° en 7° telkens vervangen door een puntkomma, en wordt na onderdeel 7° een onderdeel toegevoegd, luidende:

8°. degene die een vergunning heeft verkregen ingevolge artikel 3:4 van de Wet op het financieel toezicht.

B

Artikel 212h komt te luiden:

Artikel 212h

1. In afwijking van artikel 2, eerste lid, geschiedt de faillietverklaring van een in Nederland gevestigde kredietinstelling door de rechtbank Amsterdam.

2. Een in een andere lidstaat van de Europese Unie dan Nederland gevestigde kredietinstelling die daar een vergunning heeft verkregen kan in Nederland niet in staat van faillissement worden verklaard.

3. Het eerste lid is, in afwijking van artikel 2, tweede tot en met vierde lid, van overeenkomstige toepassing op de faillietverklaring van:

a. een in een andere lidstaat van de Europese Unie dan Nederland gevestigde kredietinstelling die in die lidstaat geen vergunning heeft verkregen, en die haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor; en

b. een in een staat die geen lidstaat van de Europese Unie is gevestigde kredietinstelling die haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor.

C

Artikel 213a komt te luiden:

Artikel 213a

1. In afwijking van artikel 2, eerste lid, geschiedt de faillietverklaring van een verzekeraar met zetel in Nederland door de rechtbank Amsterdam.

2. Een verzekeraar met zetel in een in een andere lidstaat dan Nederland die daar een vergunning heeft verkregen kan in Nederland niet in staat van faillissement worden verklaard.

3. Het eerste lid is, in afwijking van artikel 2, tweede tot en met vierde lid, van overeenkomstige toepassing op de faillietverklaring van:

a. een verzekeraar met zetel in een andere lidstaat dan Nederland die in die lidstaat geen vergunning heeft verkregen, en die zijn bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor; en

b. een verzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is, en die zijn bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor.

ARTIKEL V. WIJZIGING VAN DE WET OP DE ECONOMISCHE DELICTEN

In artikel 1, onder 2°, van de Wet op de economische delicten wordt de zinsnede met betrekking tot de Wet op het financieel toezicht als volgt gewijzigd:

1. «1:12, derde en vierde lid,» wordt vervangen door 1:12, vierde en vijfde lid,.

2. Na «4:96, eerste en tweede lid,» wordt ingevoegd: 5:2, 5:25i, tweede en vijfde lid,.

ARTIKEL VI. WIJZIGING VAN DE WET HANDHAVING CONSUMENTENBESCHERMING

De Wet handhaving consumentenbescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1, onderdeel e, onder 1°, wordt na «artikel 5:2 van de Wet op het financieel toezicht» een zinsnede toegevoegd, luidende: , waarbij voor de toepassing van deze wet onder deze financiële diensten en activiteiten mede worden begrepen de overeenkomsten met betrekking tot een of meer financiële producten als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet op het financieel toezicht die rechtstreeks uit deze financiële diensten of activiteiten voortvloeien of daarvan het resultaat zijn.

B

Artikel 3.2 komt te luiden:

1. De bij besluit van de Autoriteit Financiële Markten aangewezen personen zijn belast met het toezicht op de naleving van de wettelijke bepalingen, bedoeld in de onderdelen a, c en d van de bijlage bij deze wet, voor zover de overtreding betrekking heeft op een financiële dienst of activiteit. Van dat besluit wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

2. De artikelen 2.4, tweede lid, 2.10 en 2.23 zijn van overeenkomstige toepassing.

C

In artikel 3.3, eerste lid, wordt de zinsnede «een intracommunautaire inbreuk op» vervangen door «een overtreding van» en wordt de zinsnede «de intracommunautaire inbreuk» vervangen door «de overtreding».

D

Artikel 3.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en derde lid wordt «intracommunautaire inbreuk» vervangen door: overtreding.

2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt «2.10, eerste lid,» vervangen door: 2.10.

3. In het derde lid wordt «onderdeel c, sub c.2,» vervangen door: onderdelen c, sub c.2 en d.

4. Het vierde lid komt te vervallen.

5. Het vijfde lid wordt vernummerd tot vierde lid.

6. In het vierde lid (nieuw) komt «en vierde» te vervallen en wordt «2.10, eerste lid,» vervangen door «2.10».

ARTIKEL VII. WIJZIGING VAN DE WET TER VOORKOMING VAN WITWASSEN EN FINANCIEREN VAN TERRORISME

De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorismewordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder 4° komt te luiden:

4°. geldtransactiekantoren als bedoeld in artikel 1 van de Wet inzake de geldtransactiekantoren, voor zover dit kantoor geldtransacties verricht als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, onder 1° en 3°, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren;.

2. Onder 17° vervalt.

3. Onder 18° wordt vernummerd tot onder 17°.

4. Er worden drie subonderdelen toegevoegd, luidende:

18°. betaaldienstagent als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;

19°. betaaldienstverlener als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;

20°. natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die beroeps- of bedrijfsmatig een adres of postadres ter beschikking stelt;.

B

In artikel 2, eerste lid, wordt de zinsnede «artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, 2°, 3°, 5°, 6°, 7° of 8°» vervangen door: artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, 2°, 3°, 5°, 6°, 7°, 8°, 18° of 19°.

C

Artikel 6, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt de zinsnede «artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 8°» vervangen door: artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 8°, 18° en 19°.

2. In onderdeel b wordt de zinsnede «artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 9°» vervangen door: artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 9°, 18° en 19°.

D

In artikel 8, eerste lid, wordt «aanvullend cliëntenonderzoek» vervangen door: verscherpt cliëntenonderzoek.

E

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

b. een instelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 3°, 5° tot en met 10°, 18° of 19°;.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede «ter beschikking aan die instelling» vervangen door: onverwijld ter beschikking aan die instelling.

F

Aan artikel 23 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Ieder die uit hoofde van zijn functie bij een instelling kennis neemt van een melding, het gegeven dat een melding aanleiding kan geven tot nader onderzoek, nadere informatie als bedoeld in het eerste lid of gegevens of inlichtingen als bedoeld in het tweede lid, is verplicht tot geheimhouding hiervan, behoudens voor zover uit deze wet de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. Het derde en vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing.

G

In artikel 26, tweede lid, wordt «onderworpen aan tuchtrechtspraak» vervangen door: onderworpen is aan bij wet geregelde tuchtrechtspraak.

H

In artikel 27, tweede lid, wordt «onderworpen aan tuchtrechtspraak» vervangen door: onderworpen is aan bij wet geregelde tuchtrechtspraak.

I

Artikel 29 komt te luiden:

Artikel 29

Onze Minister van Financiën kan de dwangsom en de bestuurlijke boete invorderen bij dwangbevel.

J

Artikel 33 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, vervalt de zinsnede «of zakelijke relatie».

2. Onder vernummering van het tweede tot derde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

2. Indien bij een cliëntenonderzoek artikel 3, tweede lid, onderdeel b, van toepassing is, legt de instelling de gegevens waarmee zij voldoet aan de verplichtingen ingevolge die bepaling op toegankelijke wijze vast.

3. In het derde lid (nieuw) wordt «eerste lid» vervangen door: eerste en tweede lid.

K

Artikel 41 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het eerste en tweede lid tot tweede en derde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

1. Met het toezicht op de naleving van de regels, gesteld bij of krachtens de Wet identificatie bij dienstverlening en de Wet melding ongebruikelijke transacties, zijn belast de op grond van artikel 24, eerste lid, aangewezen personen.

2. In het derde lid (nieuw) wordt «eerste lid» vervangen door: tweede lid.

ARTIKEL VIII. WIJZIGING VAN DE WET TOEZICHT TRUSTKANTOREN

Artikel 1 van de Wet toezicht trustkantoren wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a komt te luiden:

a. trustkantoor: een rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon die, al dan niet tezamen met andere rechtspersonen, vennootschappen of natuurlijke personen, beroeps- of bedrijfsmatig een of meer van de in onderdeel d genoemde diensten verleent;.

2. Onderdeel d komt te luiden:

d. dienst:

1°. het zijn van bestuurder of vennoot van een rechtspersoon of vennootschap in opdracht van een, niet tot dezelfde groep als waarvan die rechtspersoon of vennootschap deel uitmaakt behorende rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon;

2°. het in opdracht van een niet tot dezelfde groep als waarvan het trustkantoor deel uitmaakt behorende rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon, ter beschikking stellen van het adres of het postadres, bedoeld in de artikelen 11, eerste lid, onderdeel c, en 14, eerste lid, onderdeel c, van de Handelsregisterwet 2007, aan een andere rechtspersoon of vennootschap, indien ten minste een van de volgende bijkomende werkzaamheden wordt verricht ten behoeve van die rechtspersoon of vennootschap of ten behoeve van een, tot dezelfde groep behorende, andere rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon:

i) het op privaatrechtelijk gebied geven van advies of het verlenen van bijstand, met uitzondering van het verrichten van receptiewerkzaamheden;

ii) het verstrekken van belastingadvies of het verzorgen van belastingaangiften en daarmee verband houdende werkzaamheden;

iii) het verrichten van werkzaamheden in verband met het opstellen, beoordelen of controleren van de jaarrekening of het voeren van administraties;

iv) het werven van een bestuurder voor een rechtspersoon of vennootschap;

v) andere bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen bijkomende werkzaamheden;

3°. het verkopen van rechtspersonen;

4°. het zijn van een trustee in de zin van het Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts in opdracht van een, niet tot dezelfde groep als waarvan het trustkantoor deel uitmaakt behorende rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon; of

5°. andere bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen diensten;.

ARTIKEL IX

1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

2. Artikel VII, onderdeel K, werkt terug tot en met 1 augustus 2008.

ARTIKEL X

Deze wet wordt aangehaald als: Wijzigingswet financiële markten 2010.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Financiën,