Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 februari 2014
Daartoe gemachtigd door de Koning, trek ik hierbij het op 5 augustus 2009 ingediende voorstel van wet met betrekking tot afwikkeldiensten in.1
Ter toelichting diene het volgende. Op 29 september 2009 is bij de Tweede Kamer het wetsvoorstel afwikkeldiensten ingediend, met betrekking tot de afwikkeling van zowel girale betalingstransacties als derivatentransacties. Spoedig daarna, op 16 oktober 2009, werd bekend dat door de Europese Commissie voorstellen zouden worden gedaan voor een regeling betreffende de afwikkeling van derivatentransacties. Daarop is de behandeling van het wetsvoorstel geschorst.
De voorstellen van de Commissie hebben uiteindelijk geleid tot de zogeheten European Market Infrastructure Regulation («EMIR»).2 Deze verordening heeft betrekking op derivatentransacties.
EMIR regelde niet het andere gedeelte van het voorstel van wet, met betrekking tot de afwikkeling van girale betalingstransacties. De regeling van dat onderwerp is opgenomen in de Wijzigingswet financiële markten 2014, die op 1 januari 2014 in werking is getreden.3
Als gevolg van EMIR en de Wijzigingswet financiële markten 2014 is de verdere behandeling van het wetsvoorstel afwikkeldiensten niet langer opportuun.
De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem