Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 november 2009
Zoals ik u heb toegezegd ontvangt u hierbij het onderzoeksrapport naar de mogelijkheden van een koppeling van gewerkte uren met de kinderopvangtoeslaguren.1
In dit onderzoek hebben de onderzoekers gekeken naar de mogelijkheden van een geautomatiseerde koppeling met de gegevens verloonde uren, naar de betrouwbaarheid van het gegeven verloonde uren in de polisadministratie van UWV en naar oplossingen voor zelfstandigen. De onderzoekers stellen dat een geautomatiseerde koppeling met de verloonde uren technisch mogelijk is. Ook concluderen zij dat de verloonde uren – statistisch gezien – voor 94% bruikbaar zijn. Tenslotte geven zij verschillende opties voor de manier waarop met zelfstandigen zou kunnen worden omgegaan.
Het rapport geeft een breed palet aan opties, maar roept ook een aantal reële vragen op. Het is mijn streven een koppeling te introduceren die voor de Belastingdienst daadwerkelijk uitvoerbaar is. Daarom is het noodzakelijk om verdergaand onderzoek te doen naar de betrouwbaarheid van de verloonde uren en te kijken hoe om te gaan met zelfstandigen. Weliswaar concluderen de onderzoekers dat het gegeven verloonde uren statistisch gezien betrouwbaar is, maar dat geeft nog onvoldoende aanknopingspunten over de juridische betrouwbaarheid van het gegeven. Immers, als de toeslag aan de verloonde uren gekoppeld zou gaan worden, tast dit het recht en de hoogte van de toeslag aan. Dit mag niet lichtzinnig geschieden. Ditzelfde geldt voor de behandeling van zelfstandigen. Bovenstaande is voor de staatssecretaris van Financiën en mij aanleiding om de Belastingdienst een ex-ante uitvoeringstoets (EAUT) te laten uitvoeren.
Onderdeel van de EAUT is een praktijktest bij een deelpopulatie van de ouders die kinderopvangtoeslag ontvangen. In deze test worden de verloonde uren die in de polisadministratie staan, de uren die op de aanvraag staan en de door ouders en werkgevers aangeleverde gegevens vergeleken. Op deze wijze moet duidelijk worden of het gegeven verloonde uren ook juridisch betrouwbaar is. Ook zal in de EAUT aandacht worden besteed aan de wijze waarop met zelfstandigen om moet worden gegaan. Tevens zal nader worden ingegaan op de kosten en opbrengsten van een koppeling.
Afhankelijk van de uitkomsten van de EAUT van de Belastingdienst wordt besloten of en op welke wijze invulling zal worden gegeven aan de motie Linthorst c.s. betreft koppeling uren (Kamerstukken I, Vergaderjaar 2008/09, 31 874, letter H). Uiterlijk in het najaar 2010 wordt u hierover nader geïnformeerd.