Ontvangen 9 september 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
Artikel 8, derde lid, komt te luiden:
3. Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie,
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten, en
d. bevordert de integratie van minderheden.
In artikel II wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
Artikel 11, derde lid, komt te luiden:
3. Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie,
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten., en
d. bevordert de integratie van minderheden.
In artikel III wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
Artikel 17 komt te luiden:
Artikel 17. Onderwijs in een pluriforme samenleving; burgerschap; sociale integratie
Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie,
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten, en
d. bevordert de integratie van minderheden.
De indiener van dit amendement wil dat het bevorderen van de integratie van minderheden ook een voorwaarde voor bekostiging wordt. Het openbaar en bijzonder onderwijs dient voor bekostiging te voldoen aan een aantal wettelijke eisen. Dit amendement voegt hier een eis aan toe.
In onderdeel I van dit amendement wordt aan artikel 8, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs een onderdeel d toegevoegd. Hierin wordt geëxpliciteerd dat het onderwijs de integratie van minderheden dient te bevorderen. In onderdeel II wordt hetzelfde geregeld voor de expertisecentra in de Wet op de expertisecentra. In onderdeel III wordt hetzelfde geregeld voor het voortgezet onderwijs in de Wet op het voortgezet onderwijs.
Dezentjé Hamming-Bluemink