31 728
Wijziging van de Winkeltijdenwet met het oog op inkadering van de bevoegdheid om vrijstelling te verlenen of een ontheffingsbevoegdheid toe te kennen in verband met de toeristische aantrekkingskracht van een gemeente

nr. 21
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN DER STAAIJ EN GERKENS

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel A, onder 2, komt onderdeel a van het zesde lid als volgt te luiden:

a. het in artikel 5:6, eerste lid, van de Arbeidstijdenwet bedoelde belang dat werknemers op zondag geen arbeid hoeven te verrichten, alsmede het vergelijkbare belang van winkeliers met weinig of geen personeel,.

Toelichting

Het belang «werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente» is ruim gedefinieerd en schept daarmee onduidelijkheid. Met dit amendement wordt het hiervoor genoemde belang nader geëxpliciteerd. Het moet voorkomen dat dit belang aangegrepen wordt om belangen, als zondagsrust en leefbaarheid, terzijde te schuiven. Handhaving van de huidige formulering zou bovendien niet in lijn zijn met de toerismebepaling. Deze bepaling regelt immers dat een ontheffing van het verbod op zondagsopenstelling mogelijk is als de aantrekkingskracht van de gemeente gelegen is buiten de beoogde verkoopactiviteiten. Daarmee is de toerismebepaling juist niet gericht op economische belangen.

Het ruim gedefinieerde belang «werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente» wordt daarom nader geëxpliciteerd tot de belangen van werknemers en winkeliers met weinig of geen personeel. Deze belangen kunnen dan beter worden geborgd.

Van der Staaij

Gerkens