Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 november 2012
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie om een brief waarin uiteen wordt gezet wat mijn voornemens zijn ten aanzien van het ontwerp-besluit, houdende wijziging van het Besluit houders van dieren in verband met wijziging op het gebied van het doden van dieren zonder voorafgaande bedwelming (Kamerstuk 31 571, nr. 23) bericht ik u als volgt.
Dit ontwerp-besluit geeft uitvoering aan de afspraken die gemaakt zijn in het Convenant onbedwelmd slachten volgens religieuze riten. Deze afspraken beogen een welzijnsverbetering te bewerkstelligen tijdens het proces van het onbedwelmd ritueel slachten van dieren, waarbij tegelijkertijd het recht op godsdienstvrijheid wordt geëerbiedigd. In het convenant is een inspanningsverplichting opgenomen voor de Staatssecretaris om de overeengekomen afspraken in regelgeving op te nemen. Door middel van het voorliggende ontwerp-besluit wordt aan deze inspanningsverplichting voldaan.
Ik acht borging van de afspraken in algemeen verbindende regelgeving van groot belang met het oog op een adequate handhaving. Om deze reden heb ik de intentie verder te gaan met dit besluit.
Ik ben voorts ten aanzien van de overige onderdelen van het convenant, zoals bijvoorbeeld het laten uitvoeren van nader onderzoek, eveneens voornemens de uitvoering daarvan in samenwerking met de bij het convenant betrokken partijen voort te zetten.
De staatssecretaris van Economische Zaken, J. C. Verdaas