Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is om wetstechnische gebreken en omissies te herstellen in de Wet op het financieel toezicht en een aantal andere wetten;
Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 1:1 wordt als volgt gewijzigd:
1. De definitie van aanbieden komt te luiden:
aanbieden:
a. het in de uitoefening van een beroep of bedrijf rechtstreeks of middellijk doen van een voldoende bepaald voorstel tot het als wederpartij aangaan van een overeenkomst met een consument inzake een financieel product dat geen financieel instrument of verzekering is of het in de uitoefening van een beroep of bedrijf aangaan, beheren of uitvoeren van een dergelijke overeenkomst;
b. het in de uitoefening van een beroep of bedrijf rechtstreeks of middellijk doen van een voldoende bepaald voorstel tot het als wederpartij aangaan van een overeenkomst inzake een verzekering of het in de uitoefening van een beroep of bedrijf aangaan, beheren of uitvoeren van een dergelijke overeenkomst; of
c. het rechtstreeks of middellijk doen van een voldoende bepaald voorstel tot het als wederpartij aangaan van een overeenkomst inzake een recht van deelneming in een beleggingsinstelling of het rechtstreeks of middellijk vragen of verkrijgen van gelden of andere goederen van een cliënt ter deelneming in een beleggingsinstelling.
2. De definitie van adviseren komt te luiden:
adviseren:
a. het in de uitoefening van een beroep of bedrijf aanbevelen van een of meer specifieke financiële producten, met uitzondering van verzekeringen en financiële instrumenten, aan een bepaalde consument; of
b. het in de uitoefening van een beroep of bedrijf aanbevelen van een of meer specifieke verzekeringen of van een of meer specifieke financiële instrumenten aan een bepaalde cliënt;
3. De definitie van cliënt vervalt.
4. In de definitie van consument vervalt de zinsnede «of aan wie deze voornemens is een financiële dienst te verlenen».
5. De definitie van financieel instrument wordt als volgt gewijzigd:
1. In de onderdelen e, f en g wordt de zinsnede «derivatencontract dat betrekking heeft op grondstoffen» vervangen door: grondstoffenderivaat.
2. In de onderdelen f en g wordt de zinsnede «derivatencontract dat betrekking heeft op grondstoffen,» telkens vervangen door: grondstoffenderivaat dat.
3. In onderdeel i wordt «financiëel» vervangen door: financieel.
4. In onderdeel j wordt «emissievergunningen» vervangen door: emissierechten.
6. De definitie van grondstofderivaat wordt vervangen door:
grondstoffenderivaat: een financieel instrument als bedoeld in de onderdelen e, f en g van de definitie van financieel instrument;
7. In de definitie van in aanmerking komende tegenpartij wordt in onderdeel l de zinsnede «van grondstoffen afgeleide instrumenten» vervangen door: grondstoffenderivaten.
8. De definitie van personen waarmee in onderling overleg wordt gehandeld komt te luiden:
personen met wie in onderling overleg wordt gehandeld: natuurlijke personen, rechtspersonen of vennootschappen met wie, onderscheidenlijk waarmee wordt samengewerkt op grond van een overeenkomst met als doel het verwerven van overwegende zeggenschap in een naamloze vennootschap of, indien de samenwerking geschiedt met de doelvennootschap, het dwarsbomen van het welslagen van een aangekondigd openbaar bod op die vennootschap; de volgende categorieën natuurlijke personen, rechtspersonen of vennootschappen worden in elk geval geacht in onderling overleg te handelen:
1°. rechtspersonen of vennootschappen die met elkaar deel uitmaken van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
2°. rechtspersonen of vennootschappen en hun dochtermaatschappijen;
3°. natuurlijke personen en hun dochtermaatschappijen als bedoeld in artikel 5:33, eerste lid, onderdeel c;.
9. In de definitie van professionele belegger wordt in onderdeel m de zinsnede «van grondstoffen afgeleide instrumenten» vervangen door: grondstoffenderivaten.
10. In de definitie van prospectusverordening wordt de zinsnede «verordening nr. 809/2004» vervangen door: verordening (EG) nr. 809/2004.
11. In de definitie van uitvoeringskosten wordt de punt aan het slot vervangen door een puntkomma.
12. In de definitie van uitvoeringsverordening markten voor financiële instrumenten wordt de zinsnede «verordening nr. 1287/2006» vervangen door «verordening (EG) nr. 1287/2006» en wordt «beleggingsonderneming» vervangen door: beleggingsondernemingen.
13. In de definitie van verrichten van een beleggingsactiviteit wordt de punt aan het slot vervangen door een puntkomma.
Aan artikel 1:12 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Het ingevolge deze wet bepaalde ten aanzien van het aanbieden van rechten van deelneming in een beleggingsinstelling is niet van toepassing op het aanbieden door niet in de uitoefening van hun beroep of bedrijf handelende natuurlijke personen van rechten van deelneming die deze personen in eigendom hebben.
In artikel 1:15, onderdeel a, wordt de zinsnede «het verlenen van financiële diensten» vervangen door: het verlenen van financiële diensten, met uitzondering van het aanbieden van rechten van deelneming in beleggingsinstellingen,.
Na artikel 1:15 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Het ingevolge deze wet bepaalde ten aanzien van cliënten is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van personen aan wie een financiële onderneming voornemens is een financiële dienst te verlenen.
2. Het ingevolge deze wet bepaalde ten aanzien van consumenten is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van niet in de uitoefening van hun bedrijf of beroep handelende natuurlijke personen aan wie een financiële onderneming voornemens is een financiële dienst te verlenen.
In artikel 1:18, onderdelen c en g, wordt de zinsnede «van grondstoffen afgeleide instrumenten» vervangen door: grondstoffenderivaten.
In artikel 1:20, onderdeel c, wordt de zinsnede «tweede lid» vervangen door: eerste lid.
Artikel 1:22 wordt als volgt gewijzigd:
1. De zinsnede «4:30a, vijfde lid,» vervalt.
2. De zinsnede «4:72, eerste tot en met vijfde lid,» wordt vervangen door: 4:73, eerste tot en met vijfde lid,.
In artikel 1:29, derde lid, wordt de zinsnede «de desbetreffende algemene maatregel van bestuur» vervangen door: de algemene maatregel van bestuur waarin aan de toezichthouder de bevoegdheid is toegekend algemeen verbindende voorschriften vast te stellen.
In artikel 1:33, vierde en vijfde lid, wordt de zinsnede «het tweede lid» telkens vervangen door: het derde lid.
Artikel 1:47, tweede lid, onderdeel c, komt te luiden:
c. het opleggen van het verbod, bedoeld in artikel 1:58, tweede lid, 1:58a, tweede lid, 1:58b, tweede lid, 1:58c, derde lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, 1:77, eerste lid, derde volzin, 4:4, eerste lid, of 4:4a; en
In artikel 1:48, zesde lid, wordt de zinsnede «eerste, tweede lid of vierde lid» vervangen door: eerste, tweede of vierde lid.
Aan artikel 1:50, tweede lid, wordt na de zinsnede «Autoriteit Financiële Markten» toegevoegd: bij de uitoefening van het toezicht, bedoeld in afdeling 3.6.4.
In artikel 1:53, eerste en tweede lid, wordt na de zinsnede «de Nederlandsche Bank» ingevoegd: , met inachtneming van artikel 1:90, eerste tot en met derde lid,.
In artikel 1:54, eerste lid, wordt na de zinsnede «aan die toezichthoudende instanties» ingevoegd «, met inachtneming van artikel 1:90, eerste tot en met derde lid,» en wordt de zinsnede «uit eigen beweging» vervangen door: eigener beweging.
Artikel 1:58, wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. De toezichthouder kan, onverminderd de artikelen 1:79 en 1:80, en na de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar de financiële onderneming haar zetel heeft daarvan in kennis te hebben gesteld, het besluit nemen dat de betrokken financiële onderneming geen nieuwe overeenkomsten in Nederland mag afsluiten, indien deze niet voldoet aan hetgeen bij of krachtens deze wet is bepaald:
a. in weerwil van de maatregelen, getroffen door de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar de financiële onderneming haar zetel heeft;
b. in het geval deze maatregelen ontoereikend zijn; of
c. in het geval de toezichthoudende instantie, bedoeld in onderdeel a, geen maatregelen heeft getroffen.
2. Het derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde en vijfde lid tot derde en vierde lid.
3. In het derde lid (nieuw) vervalt «voorts».
4. In het vierde lid, aanhef (nieuw), wordt de zinsnede «Het eerste tot en met derde lid is» vervangen door: Het eerste en tweede lid zijn.
Artikel 1:58a wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. De toezichthouder kan, onverminderd de artikelen 1:79 en 1:80, en na de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar de beleggingsonderneming haar zetel heeft daarvan in kennis te hebben gesteld, het besluit nemen dat de beleggingsonderneming geen nieuwe overeenkomsten in Nederland mag afsluiten, indien zij blijft handelen op een wijze die de belangen van beleggers of de ordelijke werking van de financiële markten kennelijk schaadt:
a. in weerwil van de maatregelen, getroffen door de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar zij haar zetel heeft;
b. in het geval deze maatregelen ontoereikend zijn; of
c. in het geval de toezichthoudende instantie, bedoeld in onderdeel a, geen maatregelen heeft getroffen.
2. In het derde lid vervalt de zinsnede «en vierde».
In artikel 1:58b, derde lid, vervalt de zinsnede «en vierde».
Artikel 1:58c wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. De toezichthouder kan, onverminderd de artikelen 1:79 en 1:80, en na de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar de beleggingsonderneming of de marktexploitant haar onderscheidenlijk zijn zetel heeft daarvan in kennis te hebben gesteld, het besluit nemen dat de betrokken beleggingsonderneming of marktexploitant haar onderscheidenlijk zijn voorzieningen niet beschikbaar mag stellen voor in Nederland gevestigde leden of deelnemers op afstand, indien hij onderscheidenlijk zij blijft handelen op een wijze die de belangen van beleggers, of de ordelijke werking van de financiële markten kennelijk schaadt:
a. in weerwil van de maatregelen, getroffen door de toezichthoudende instantie van de lidstaat waar hij onderscheidenlijk zij haar zetel heeft;
b. in het geval deze maatregelen ontoereikend zijn; of
c. in het geval de toezichthoudende instantie, bedoeld in onderdeel a, geen maatregelen heeft getroffen.
2. In het vierde lid vervalt de zinsnede «en vierde».
In artikel 1:58d, tweede lid, wordt de zinsnede «tot en met vierde lid» vervangen door: en derde lid.
Artikel 1:59 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «die vanuit een bijkantoor in een andere lidstaat haar bedrijf uitoefent» vervangen door «die vanuit een bijkantoor in een andere lidstaat zijn onderscheidenlijk haar bedrijf uitoefent» en wordt de zinsnede «geeft de toezichthouder na daartoe een kennisgeving van de toezichthouder van die andere lidstaat te hebben ontvangen» vervangen door: geeft de toezichthouder na daartoe een kennisgeving van de toezichthoudende instantie van die andere lidstaat te hebben ontvangen.
2. In het tweede lid wordt de zinsnede «geen nieuwe overeenkomsten in de andere lidstaten mag afsluiten» vervangen door: geen nieuwe overeenkomsten in die andere lidstaat mag afsluiten.
In artikel 1:66, tweede lid, wordt de zinsnede «tot en met vierde lid» vervangen door: en derde lid.
In artikel 1:67, tweede lid, wordt «vierde» vervangen door: derde.
In de artikelen 1:72, tweede lid, 1:103, tweede lid, 4:91b, tweede lid, en 5:32, tweede lid, wordt «vorige» telkens vervangen door: eerste.
In artikel 1:93, vierde lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «eerste, tweede lid of derde lid» vervangen door: eerste, tweede of derde lid.
Onder vernummering van artikel 1:93a tot 1:93aa wordt na artikel 1:93 een artikel ingevoegd, luidende:
Indien de Nederlandsche Bank ingevolge afdeling 3.6.2 toezicht houdt op geconsolideerde basis op een Nederlandse beleggingsonderneming of Nederlandse kredietinstelling brengt zij Onze Minister en de instanties, bedoeld in artikel 1:93, eerste lid, onderdeel a, voor zover betrokken, onverwijld op de hoogte van noodsituaties met betrekking tot financiële ondernemingen die in het geconsolideerde toezicht zijn betrokken die de stabiliteit van het financiële stelsel in de lidstaat waar deze laatste ondernemingen hun zetel hebben, kunnen aantasten.
In artikel 1:93aa (nieuw), tweede lid, wordt na de zinsnede «1:92, eerste lid» een komma ingevoegd.
In artikel 1:94 wordt de zinsnede «1:58, tweede lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, of 4:4, eerste lid» vervangen door: 1:58, tweede lid, 1:58a, tweede lid, 1:58b, tweede lid, 1:58c, derde lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, 1:77, eerste lid, derde volzin, 4:4, eerste lid, of 4:4a.
In artikel 1:97, eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «van artikel 1:58, tweede lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, of 4:4, eerste lid» vervangen door: ingevolge artikel 1:58, tweede lid, 1:58a, tweede lid, 1:58b, tweede lid, 1:58c, derde lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, 1:77, eerste lid, derde volzin, 4:4, eerste lid, of 4:4a.
In artikel 1:101, eerste lid, wordt de zinsnede «Indien een verzoek om voorlopige voorziening als bedoeld in Titel 8.3 van de Algemene wet bestuursrecht is gedaan» vervangen door: Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 1:105 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, onderdeel c, komt te luiden:
c. een ontheffing als bedoeld in de artikelen 2:23, 2:55, 2:60, 2:65, 2:75, 2:80, 2:86, 2:92, 2:96, 3:5, 3:6, 3:7, 4:3, 5:26 en 5:81, voor zover het een ontheffing betreft van artikel 5:74, eerste lid, of artikel 5:79, met dien verstande dat de ontheffing ook geheel of gedeeltelijk kan worden verleend; en
2. In het tweede lid wordt de zinsnede «onderdeel d» vervangen door: onderdeel c.
Artikel 1:107 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid, onderdeel a, onder 1°, komt te luiden:
1°. waaraan een vergunning ingevolge deze wet of een ontheffing als bedoeld in artikel 2:23, 2:55, 2:60, 2:65, 2:75, 2:80, 2:86, 2:92, 2:96, 3:5, 3:6, 3:7, 4:3, 5:26, of 5:81, voor zover het een ontheffing betreft van artikel 5:74, eerste lid, of artikel 5:79, is verleend;
2. Het tweede lid, onderdeel a, onder 5°, komt te luiden:
5°. waaraan een verbod ingevolge artikel 1:58, tweede lid, 1:58a, tweede lid, 1:58b, tweede lid, 1:58c, derde lid, 1:59, tweede lid, 1:67, eerste lid, 1:77, eerste lid, derde volzin, 4:4, eerste lid, of 4:4a is opgelegd;
3. Het derde lid, onderdeel b, komt te luiden:
b. de aard van de overeenkomsten van levensverzekering voorzover het levensverzekeraars betreft die door middel van dienstverrichting hun bedrijf in Nederland uitoefenen, dan wel de aard van de risico’s van schadeverzekering voorzover het entiteiten voor risicoacceptatie, herverzekeraars of schadeverzekeraars betreft die door middel van dienstverrichting hun bedrijf in Nederland uitoefenen;
Artikel 1:110, tweede lid, komt te luiden:
2. Ten aanzien van een besluit ingevolge hoofdstuk 5.1, artikel 5:77, eerste lid, of artikel 5:81, derde lid, of terzake van het ingevolge artikel 5:76, tweede lid of artikel 5:80b, vijfde lid, bepaalde, met uitzondering van een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80, blijft artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht buiten toepassing.
Artikel 2:2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Na de zinsnede «2:17, derde lid,» wordt ingevoegd: 2:21, derde lid,.
2. De zinsnede «2:31, derde lid» wordt vervangen door: 2:31, vijfde lid.
3. Na de zinsnede «2:42, derde lid,» wordt ingevoegd: 2:49, derde lid,.
4. De zinsnede «2:51, tweede lid» wordt vervangen door: 2:51, derde lid.
5. De zinsneden «2:13, derde lid,» en «2:22, derde lid,» vervallen.
Artikel 2:3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «artikel 2:58, derde lid, 2:63, derde lid, 2:67, vijfde lid, 2:68, vierde lid, 2:78, derde lid, 2:83, derde lid, 2:89, derde lid, 2:94, derde lid, of 2:99, zesde lid,» vervangen door: artikel 2:67, vijfde lid, 2:68, vierde lid, of 2:99, zesde lid,.
2. In het tweede lid wordt de zinsnede «artikel 2:5, derde lid, 2:7, derde lid, 2:12, zesde lid, 2:13, derde lid, 2:17, derde lid, 2:22, derde lid, 2:31, derde lid, 2:32, derde lid, 2:37, derde lid, 2:41, derde lid, 2:42, derde lid, of 2:51, tweede lid,» vervangen door «artikel 2:32, derde lid, of 2:42, derde lid,» en wordt de zinsnede «Deel Gedragstoezicht toezicht financiële ondernemingen» vervangen door: Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen.
In artikel 2:6, derde lid, wordt na «lid» een komma ingevoegd.
In artikel 2:9, tweede lid, wordt de zinsnede «financiële onderneming» vervangen door: clearinginstelling.
Artikel 2:10 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De clearinginstelling legt daarbij een door de toezichthoudende instantie van die aangewezen staat afgegeven verklaring over waaruit blijkt dat zij in die staat bevoegd is tot het uitoefenen van het bedrijf van clearinginstelling.
2. In het tweede lid wordt na de zinsnede «nadat de kennisgeving is gedaan» ingevoegd: en de verklaring is afgegeven.
In artikel 2:13, eerste lid, wordt «kredietinstelling» vervangen door: bank.
Aan artikel 2:16 wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Het eerste en derde lid zijn niet van toepassing op:
a. degene die opvorderbare gelden ter beschikking verkrijgt, bedoeld in artikel 3:2; en
b. degene, die opvorderbare gelden ter beschikking verkrijgt of ter beschikking heeft als gevolg van het aanbieden van effecten, bedoeld in hoofdstuk 5.1
In artikel 2:21, derde lid, wordt de zinsnede «onderdeel b» vervangen door: onderdeel c.
In artikel 2:23, eerste lid, wordt de zinsnede «Het is een elektronischgeldinstelling» vervangen door: Het is een ieder.
Artikel 2:26b wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid worden de onderdelen g tot en met j geletterd h tot en met k, en wordt na onderdeel f een onderdeel ingevoegd, luidende:
g. artikel 3:19, eerste lid, met betrekking tot het minimum aantal leden van de raad van commissarissen;.
2. In het vijfde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d, f, of j» vervangen door: onderdeel c, d, f, g of k.
Artikel 2:26f wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt de zinsnede «Het is een herverzekeraar» vervangen door «Het is een ieder» en wordt de zinsnede «zijn bedrijf» vervangen door: het bedrijf.
2. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De herverzekeraar legt daarbij een door de toezichthoudende instantie van de staat waar hij zijn zetel heeft afgegeven verklaring over waaruit blijkt dat hij in die staat bevoegd is tot het uitoefenen van het bedrijf van herverzekeraar.
3. In het derde lid wordt na de zinsnede «bedoeld in artikel 2:47» toegevoegd: , en nadat de verklaring, bedoeld in het eerste lid, is afgegeven.
Artikel 2:27, vierde lid, vervalt.
In artikel 2:30, onderdeel b, wordt de zinsnede «overige bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels» vervangen door: overige regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen worden gesteld.
Artikel 2:31 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt worden de onderdelen g tot en met j geletterd h tot en met k en wordt na onderdeel f een onderdeel ingevoegd, luidende:
g. artikel 3:19, eerste lid, met betrekking tot het minimum aantal leden van de raad van commissarissen;.
2. In het eerste lid, onderdeel k (nieuw), wordt na «3:70» ingevoegd: , eerste lid,.
3. In het vijfde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d, f, j of h» vervangen door: onderdeel c, d, f, g of k.
In artikel 2:35 wordt na de zinsnede «2:34, eerste lid» een komma ingevoegd.
Artikel 2:37 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. De Nederlandsche Bank verleent op aanvraag een vergunning als bedoeld in artikel 2:36, eerste lid, indien de aanvrager aantoont dat zal worden voldaan aan het bepaalde ingevolge:
a. artikel 3:8 met betrekking tot de deskundigheid van de in dat artikel bedoelde personen;
b. artikel 3:9 met betrekking tot de betrouwbaarheid van de in dat artikel genoemde personen;
c. artikel 3:10, eerste en tweede lid, met betrekking tot het beleid met betrekking tot de integere bedrijfsuitoefening;
d. artikel 3:17, eerste en tweede lid, met betrekking tot de inrichting van de bedrijfsvoering;
e. artikel 3:47, eerste tot en met derde en vijfde tot en met achtste lid, met betrekking tot de vertegenwoordiger van een verzekeraar;
f. artikel 3:53, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot het minimum eigen vermogen;
g. artikel 3:57, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot de solvabiliteit; en
h. artikel 3:70, eerste lid, met betrekking tot het boekjaar,
alsmede dat de aanvrager zal voldoen aan artikel 3:24 met betrekking tot de rechtspersoonlijkheid, de bevoegdheid tot uitoefening van het bedrijf van levensverzekeraar onderscheidenlijk schadeverzekeraar en de uitoefening van die bevoegdheid, met dien verstande dat voor de toepassing van de onderdelen a tot en met d, f en g in de in die onderdelen genoemde artikelen voor «verzekeraar met zetel in Nederland» telkens wordt gelezen «het in Nederland gelegen bijkantoor van een verzekeraar met zetel in een andere lidstaat».
2. In het derde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d, f, of h tot en met k» vervangen door: onderdeel c, d, e of h.
Artikel 2:41 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. De Nederlandsche Bank verleent op aanvraag een vergunning als bedoeld in artikel 2:40 indien de aanvrager aantoont dat zal worden voldaan aan het bepaalde ingevolge:
a. artikel 3:8 met betrekking tot de deskundigheid van de in dat artikel bedoelde personen;
b. artikel 3:9 met betrekking tot de betrouwbaarheid van de in dat artikel genoemde personen;
c. artikel 3:10, eerste en tweede lid, met betrekking tot het beleid met betrekking tot de integere bedrijfsuitoefening;
d. artikel 3:17, eerste en tweede lid, met betrekking tot de inrichting van de bedrijfsvoering;
e. artikel 3:47, eerste tot en met derde en vijfde tot en met achtste lid, met betrekking tot de vertegenwoordiger van een verzekeraar;
f. artikel 3:53, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot het minimum eigen vermogen;
g. artikel 3:57, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot de solvabiliteit; en
h. artikel 3:70, eerste lid, met betrekking tot het boekjaar,
alsmede dat de aanvrager zal voldoen aan artikel 3:24 met betrekking tot de rechtspersoonlijkheid, de bevoegdheid tot uitoefening van het bedrijf van levensverzekeraar onderscheidenlijk schadeverzekeraar en de uitoefening van die bevoegdheid, met dien verstande dat voor de toepassing van de onderdelen a tot en met d, f en g in de in die onderdelen genoemde artikelen voor «verzekeraar met zetel in Nederland» telkens wordt gelezen «het in Nederland gelegen bijkantoor van een verzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is».
2. In het derde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d, f, h of k» vervangen door: onderdeel c, d, e of h.
In artikel 2:45, eerste lid, wordt de zinsnede «een levensverzekeraar of schadeverzekeraar» vervangen door «een ieder» en wordt de zinsnede «zijn bedrijf» vervangen door: het bedrijf van levensverzekeraar of schadeverzekeraar.
In artikel 2:46, eerste lid, wordt de zinsnede «een levensverzekeraar of schadeverzekeraar» vervangen door «een ieder» en wordt de zinsnede «zijn bedrijf» vervangen door: het bedrijf van levensverzekeraar of schadeverzekeraar.
Artikel 2:49 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid worden de onderdelen g tot en met j geletterd h tot en met k, en wordt na onderdeel f een onderdeel ingevoegd, luidende:
g. artikel 3:19, eerste lid, met betrekking tot het minimum aantal leden van de raad van commissarissen;.
2. In het eerste lid, onderdeel k (nieuw), wordt na «3:70» ingevoegd: , eerste lid,.
3. In het derde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d of h tot en met j» vervangen door: onderdeel c, d, f, g of k.
Artikel 2:51 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. De Nederlandsche Bank verleent op aanvraag een vergunning als bedoeld in artikel 2:50 indien de aanvrager aantoont dat zal worden voldaan aan het bepaalde ingevolge:
a. artikel 3:8 met betrekking tot de deskundigheid van de in dat artikel bedoelde personen;
b. artikel 3:9 met betrekking tot de betrouwbaarheid van de in dat artikel genoemde personen;
c. artikel 3:10, eerste en tweede lid, met betrekking tot het beleid met betrekking tot de integere bedrijfsuitoefening;
d. artikel 3:17, eerste en tweede lid, met betrekking tot de inrichting van de bedrijfsvoering;
e. artikel 3:47, eerste tot en met derde en vijfde tot en met achtste lid, met betrekking tot de vertegenwoordiger van een verzekeraar;
f. artikel 3:53, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot het minimum eigen vermogen;
g. artikel 3:57, eerste tot en met vierde lid, met betrekking tot de solvabiliteit; en
h. artikel 3:70, eerste lid, met betrekking tot het boekjaar,
alsmede dat de aanvrager zal voldoen aan artikel 3:24 met betrekking tot de rechtspersoonlijkheid, de bevoegdheid tot uitoefening van het bedrijf van natura-uitvaartverzekeraar en de uitoefening van die bevoegdheid, met dien verstande dat voor de toepassing van de onderdelen a tot en met d, f en g in de in die onderdelen genoemde artikelen voor «verzekeraar met zetel in Nederland» of «levensverzekeraar met zetel in Nederland onderscheidenlijk schadeverzekeraar met zetel in Nederland» telkens wordt gelezen «het in Nederland gelegen bijkantoor van een verzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is» onderscheidenlijk «het in Nederland gelegen bijkantoor van een natura-uitvaartverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is».
2. In het derde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, d, f, h of k» vervangen door: onderdeel c en d tot en met h.
In artikel 2:53, tweede lid, wordt de zinsnede «De persoon» vervangen door: De natura-uitvaartverzekeraar.
Artikel 2:54 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na de zinsnede «artikel 2:50, tweede lid» een komma ingevoegd en aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De natura-uitvaartverzekeraar legt daarbij een door de toezichthoudende instantie van die aangewezen staat afgegeven verklaring over waaruit blijkt dat hij in die staat bevoegd is tot het uitoefenen van het bedrijf van natura-uitvaartverzekeraar.
2. In het tweede lid wordt na de zinsnede «nadat de kennisgeving is gedaan» ingevoegd: en de verklaring is afgegeven.
Artikel 2:54b wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid worden de onderdelen f tot en met h geletterd g tot en met i en wordt na onderdeel e een onderdeel ingevoegd, luidende:
f. artikel 3:19, eerste lid, met betrekking tot het minimum aantal leden van de raad van commissarissen;.
2. In het vierde lid wordt de zinsnede «onderdeel c, e, g of h» vervangen door: onderdeel c, e, f, h of i.
In artikel 2:54e, eerste lid, laatste alinea, wordt de zinsnede «uitoefening van het bedrijf van herverzekeraar» vervangen door «uitoefening van de werkzaamheden van een entiteit voor risico-acceptatie» en wordt «verzekeraar» vervangen door: verzekeraar met zetel in Nederland.
Artikel 2:54f wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De entiteit voor risico-acceptatie legt daarbij een door de toezichthoudende instantie van die niet-aangewezen staat afgegeven verklaring over waaruit blijkt dat hij in die staat bevoegd is tot de uitoefening van de werkzaamheden van een entiteit voor risico-acceptatie.
2. In het derde lid wordt na de zinsnede «bedoeld in artikel 2:47» toegevoegd:, en nadat de verklaring, bedoeld in het eerste lid, is afgegeven.
Aan artikel 2:55 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Het eerste lid is niet van toepassing op het aanbieden van beleggingsobjecten, voor zover het betreft overeenkomsten die voor 1 januari 2007 zijn aangegaan met betrekking tot beleggingsobjecten die op dat tijdstip geen beleggingsobject waren als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wfd of ingevolge onderdeel m, onder 8°, van dat artikel waren aangewezen als financieel product.
Artikel 2:57 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt de zinsnede «afdeling 2.2.2.4» vervangen door: afdeling 2.2.2.
2. In onderdeel c wordt de zinsnede «als verzekeraar» vervangen door «als entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar» en wordt de zinsnede «afdeling 2.2.3 of afdeling 2.2.4» vervangen door: de afdelingen 2.2.2A, 2.2.3, 2.2.4 of 2.2.4A.
Artikel 2:58 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt de zinsnede «als bedoeld in 2:55» vervangen door: als bedoeld in artikel 2:55.
2. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
3. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en vierde lid van artikel 4:9» vervangen door: het tweede en derde lid van artikel 4:9.
In artikel 2:62, onderdeel c, wordt de zinsnede «als verzekeraar» vervangen door «als entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar» en wordt de zinsnede «afdeling 2.2.3 of 2.2.4» vervangen door: de afdelingen 2.2.2A, 2.2.3, 2.2.4 of 2.2.4A.
Artikel 2:63 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
2. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en het vierde lid van artikel 4:9» vervangen door: het tweede en derde lid van artikel 4:9.
In artikel 2:66, derde lid, wordt na de zinsnede «instelling voor collectieve belegging» ingevoegd: in effecten.
Artikel 2:67 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid aan het slot van onderdeel k vervalt «en», wordt aan het slot van onderdeel l de punt vervangen door «; en» en wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
m. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.
2. In het tweede lid aan het slot van onderdeel f vervalt «en», wordt aan het slot van onderdeel g de punt vervangen door «; en» en wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
h. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.
3. In het vijfde lid wordt de zinsnede «j of l,» vervangen door: j, l of m,.
Artikel 2:68 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid aan het slot van onderdeel i vervalt «en», wordt aan het slot van onderdeel j de punt vervangen door «; en» en wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
k. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.
2. In het tweede lid aan het slot van onderdeel g vervalt «en», wordt aan het slot van onderdeel h de punt vervangen door «; en» en wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
i. artikel 3:63, eerste en tweede lid, met betrekking tot de liquiditeit.
3. In het vierde lid wordt de zinsnede «e of j» vervangen door: e, met betrekking tot het tweede lid van artikel 4:14, j of k,.
Artikel 2:73, tweede lid, komt te luiden:
2. De beleggingsinstelling kan acht weken na de in het eerste lid bedoelde kennisgeving aanvangen met het aanbieden van rechten van deelneming in Nederland, tenzij de Autoriteit Financiële Markten voor het verstrijken van die acht weken heeft bekendgemaakt dat het voornemen of de beoogde wijze van verhandeling niet in overeenstemming is met toepasselijke Nederlandse wettelijke bepalingen.
In artikel 2:76, vijfde lid, wordt de zinsnede «2:80, eerste lid» vervangen door: 2:80, tweede lid.
In artikel 2:77, eerste lid, onderdeel c, wordt de zinsnede «als verzekeraar» vervangen door «als entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar» en wordt de zinsnede «afdeling 2.2.3 of 2.2.4» vervangen door: de afdelingen 2.2.2A, 2.2.3, 2.2.4 of 2.2.4A.
Artikel 2:78 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
2. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en vierde lid van artikel 4:9» vervangen door «het tweede en derde lid van artikel 4:9» en wordt de zinsnede «artikel 4;11» vervangen door: artikel 4:11.
In artikel 2:82, eerste lid, onderdeel c, wordt de zinsnede «als verzekeraar» vervangen door «als entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar» en wordt de zinsnede «afdeling 2.2.3 of 2.2.4» vervangen door: de afdelingen 2.2.2A, 2.2.3, 2.2.4 of 2.2.4A.
Artikel 2:83 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
2. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en vierde lid van artikel 4:9» vervangen door: het tweede en derde lid van artikel 4:9.
In artikel 2:88 wordt na «richtlijn» ingevoegd: verzekeringsbemiddeling.
Artikel 2:89 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
2. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en vierde lid van artikel 4:9» vervangen door «het tweede en derde lid van artikel 4:9» en wordt de zinsnede «of e, met betrekking tot het tweede lid van artikel 4:15» vervangen door: e, met betrekking tot het tweede lid van artikel 4:15, of f, met betrekking tot het tweede lid van artikel 4:76.
Artikel 2:94 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «4:9, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door «4:9, eerste tot en met derde lid» en wordt na «deskundigheid» ingevoegd: en vakbekwaamheid.
2. In het derde lid wordt de zinsnede «het tweede en vierde lid van artikel 4:9» vervangen door: het tweede en derde lid van artikel 4:9.
In artikel 2:97, zevende lid, wordt na de zinsnede «4:9, eerste lid» een komma ingevoegd.
Artikel 2:98 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt de zinsnede «als verzekeraar» vervangen door «als entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar» en wordt de zinsnede «afdeling 2.2.3 of 2.2.4» vervangen door: de afdelingen 2.2.2A, 2.2.3, 2.2.4 of 2.2.4A.
2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt na de zinsnede «artikel 2:97, zevende lid» een komma ingevoegd.
Artikel 2:99 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, tweede volzin, wordt na de zinsnede «Indien de aanvraag betrekking heeft» ingevoegd «op» en wordt de zinsnede «in de staat waar hij zijn zetel heeft» vervangen door: in de staat waar zij haar zetel heeft.
2. In het eerste lid wordt onderdeel j geletterd k en wordt na onderdeel i een onderdeel ingevoegd, luidende:
j. artikel 3:57, eerste en tweede lid, met betrekking tot de solvabiliteit.
3. In het zesde lid wordt de zinsnede «h met betrekking tot het derde lid van artikel 4:88, of i,» vervangen door: h, met betrekking tot het derde lid van artikel 4:88, i of j,.
In artikel 2:103 wordt de zinsnede «niet wordt vermeld» vervangen door: niet worden vermeld.
In artikel 2:113, eerste lid wordt «kredietinstelling» vervangen door: financiële instelling.
In artikel 2:119, vierde lid, wordt de zinsnede «de aard van de verbintenissen die de verzekeraar door middel van het verrichten van diensten voornemens is in de andere lidstaat aan te gaan en» vervangen door: de aard van de overeenkomsten van levensverzekering indien het een levensverzekeraar, dan wel de aard van de risico’s van schadeverzekering indien het een schadeverzekeraar betreft die voornemens zijn door middel van dienstverrichting hun bedrijf in een andere lidstaat uit te oefenen, alsmede.
Het opschrift van paragraaf 2.3.5.1 komt te luiden:
§ 2.3.5.1. Bijkantoor en verrichten van diensten naar een andere lidstaat
In artikel 2:123, eerste lid, wordt na de zinsnede «artikel 2:65, eerste lid» een komma ingevoegd.
In artikel 2:127, eerste lid, vervalt de zinsnede «met betrekking tot».
In artikel 2:128, derde lid, wordt de zinsnede «vorige lid» vervangen door: tweede lid.
In artikel 3:2, tweede lid, vervalt de zinsnede «als krediet».
In artikel 3:4, eerste lid, wordt de zinsnede «ee Nederlandsche Bank» vervangen door: de Nederlandsche Bank.
Na artikel 3:5 wordt een opschrift ingevoegd, luidende: HOOFDSTUK 3.2a. OPTREDEN ALS WAARBORG- OF GARANTIEFONDS
In artikel 3:22 wordt na de zinsnede «onderdeel c, derde lid» een komma ingevoegd.
In artikel 3:29, eerste lid, wordt de zinsnede «2:12, derde lid» vervangen door «2:12, vijfde lid, 2:13, tweede lid», wordt de zinsnede »2:31, tweede lid» vervangen door «2:31, vierde lid, 2:32, tweede lid, 2:33, tweede lid», wordt de zinsnede «2:111, eerste lid» vervangen door «2:111, tweede lid» en wordt de zinsnede «2:120, eerste lid» vervangen door: 2:120, tweede lid.
Artikel 3:37, eerste lid, komt te luiden:
1. Een levensverzekeraar, natura-uitvaartverzekeraar of schadeverzekeraar met zetel in Nederland die voornemens is vanuit een buiten Nederland gelegen bijkantoor zijn bedrijf uit te oefenen, stelt als zijn vertegenwoordiger een persoon aan.
In artikel 3:41 wordt de zinsnede «artikel 2:17, tweede lid,» vervangen door: de artikelen 2:17, tweede lid, 2:36, derde lid, of 2:37, tweede lid.
Artikel 3:43, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Na de zinsnede «2:41, tweede lid,» wordt ingevoegd: 2:42, tweede lid, 2:43, tweede lid,.
2. De zinsneden «2:45, tweede lid» vervalt en de zinsnede «2:46, tweede lid, of 2:51, derde lid» wordt vervangen door: of 2:46, tweede lid.
Artikel 3:48 komt te luiden:
1. Een levensverzekeraar of schadeverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is die door middel van het verrichten van diensten naar Nederland vanuit een vestiging in een staat die geen lidstaat is zijn bedrijf uitoefent, geeft kennis van wijzigingen met betrekking tot onderwerpen waarover ingevolge artikel 2:45, tweede lid, verstrekking van gegevens is voorgeschreven, aan de Nederlandsche Bank.
2. Een levensverzekeraar of schadeverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is die door middel van het verrichten van diensten naar Nederland vanuit een bijkantoor in een andere lidstaat zijn bedrijf uitoefent, geeft kennis van wijzigingen met betrekking tot onderwerpen waarover ingevolge artikel 2:46, tweede lid, verstrekking van gegevens is voorgeschreven, aan de Nederlandsche Bank.
3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur wordt, onder vermelding van de te volgen procedure, bepaald van welke wijzigingen kennis wordt gegeven, welke gegevens daarbij worden verstrekt en, indien van toepassing, onder welke voorwaarden de wijzigingen ten uitvoer mogen worden gelegd.
Artikel 3:49 komt te luiden:
Artikel 3:29 is van overeenkomstige toepassing op clearinginstellingen, entiteiten voor risico-acceptatie, herverzekeraars en natura-uitvaartverzekeraars die gegevens hebben verstrekt ingevolge de artikelen 2:7, tweede lid, 2:9, eerste lid, 2:26f, tweede lid, 2:51, tweede lid, 2:53, eerste lid, 2:54e, tweede lid, onderscheidenlijk 2:54f, tweede lid.
In artikel 3:52 wordt de zinsnede «artikel 2:52» vervangen door: artikel 2:53.
In de artikelen 3:53, eerste lid, 3:72, eerste lid, en 3:88, eerste lid, wordt de zinsnede «een beleggingsactiviteiten verricht» telkens vervangen door: beleggingsactiviteiten verricht.
Artikel 3:57 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «een beleggingsactiviteiten verricht» vervangen door: beleggingsactiviteiten verricht.
2. In het tweede lid, eerste volzin, wordt de zinsnede «Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden voor een beheerder van een instelling voor collectieve belegging in effecten met zetel in Nederland die rechten van deelneming in Nederland aanbiedt, een beleggingsonderneming met zetel in Nederland die beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht in Nederland, een clearinginstelling, kredietinstelling of verzekeraar» vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden voor beheerders, beleggingsondernemingen, clearinginstellingen, kredietinstellingen en verzekeraars, bedoeld in het eerste lid,.
3. Het zesde en zevende lid komen te luiden:
6. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot het aanhouden van balansposten of posten buiten de balanstelling door beheerders, beleggingsondernemingen, clearinginstellingen en kredietinstellingen, bedoeld in het eerste lid,instellingen voor collectieve belegging in effecten die een beleggingsmaatschappij zijn met zetel in Nederland en bewaarders die zijn verbonden aan een instelling voor collectieve belegging in effecten met zetel in Nederland.
7. De Nederlandsche Bank kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, aan een beheerder, beleggingsonderneming, clearinginstelling, of kredietinstelling als bedoeld in het eerste lid ontheffing verlenen van ingevolge het eerste, tweede of zesde lid bepaalde, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die dit artikel beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
In artikel 3:67, derde lid, wordt de zinsnede «Een levensverzekeraar of natura-uitvaartverzekeraar» vervangen door: Een levensverzekeraar, schadeverzekeraar of natura-uitvaartverzekeraar.
In artikel 3:72, tweede lid, wordt de zinsnede «artikel 3:57, zesde lid» vervangen door: artikel 3:57, zevende lid.
In artikel 3:100 wordt in de onderdelen b en c na de zinsnede «artikel 3:95,» telkens ingevoegd: aanhef en eerste lid,.
In artikel 3:114, eerste lid, wordt de zinsnede «degenen die aan schadeverzekeringen rechten kunnen ontlenen» vervangen door: degenen die aan die schadeverzekeringen rechten kunnen ontlenen.
In artikel 3:114a, tweede lid, wordt de zinsnede «In het geval, eerste lid, onderdeel c» vervangen door: In het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c.
Artikel 3:115 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na de zinsnede «krachtens alle schadeverzekeringen» ingevoegd: door levensverzekeraars, natura-uitvaartverzekeraars onderscheidenlijk schadeverzekeraars met zetel in Nederland,.
2. In het tweede lid wordt na de zinsnede «3:112, eerste lid, aanhef en onderdeel a, en tweede lid,» ingevoegd «3:113, tweede lid, aanhef en onderdeel a,» en vervalt de zinsnede «voorzover deze artikelen betrekking hebben op een overdracht door een levensverzekeraar».
3. In het derde lid vervalt de zinsnede «, voorzover deze artikelen betrekking hebben op een overdracht door een natura-uitvaartverzekeraar».
4. In het vierde lid wordt de zinsnede «3:118, met uitzondering van het zesde lid, en 3:120, eerste tot en met derde lid en vijfde tot en met negende lid» vervangen door «3:118, eerste tot en met vijfde lid, en 3:120, eerste tot en met derde, vijfde, zevende en negende lid» en vervalt de zinsnede: «, voorzover deze artikelen betrekking hebben op een overdracht door een schadeverzekeraar».
Na artikel 3:122 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Met een overdracht van de rechten en verplichtingen uit alle levensverzekeringen of krachtens alle schadeverzekeringen door levensverzekeraars onderscheidenlijk schadeverzekeraars met zetel in een andere lidstaat, wordt gelijkgesteld de overgang van deze rechten en verplichtingen bij een fusie als bedoeld in artikel 309 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of bij een splitsing als bedoeld in artikel 334a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Op een overgang als bedoeld in het eerste lid met betrekking tot een levensverzekeraar zijn de artikelen 3:112, eerste lid, aanhef en onderdeel a, 3:113, tweede lid, aanhef en onderdeel a, 3:116, 3:117, eerste lid, 3:118, eerste, tweede en vijfde lid, 3:119 en 3:120, eerste tot en met vierde lid, van overeenkomstige toepassing.
3. Op een overgang als bedoeld in het eerste lid met betrekking tot een schadeverzekeraar zijn de artikelen 3:114, eerste lid, aanhef en onderdeel a, 3:116, 3:117, tweede lid, 3:118, eerste tot en met vijfde lid, en 3:120, eerste tot en met derde, vijfde, zevende en negende lid, van overeenkomstige toepassing.
Aan artikel 3:126 wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Op een overdracht als bedoeld in het eerste lid is het bepaalde ingevolge de artikelen 3:116, 3:119 en 3:120, eerste tot en met vierde lid en achtste lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 3:127 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «degenen die aan schadeverzekeringen rechten kunnen ontlenen» vervangen door: degenen die aan die schadeverzekeringen rechten kunnen ontlenen.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Op een overdracht als bedoeld in het eerste lid is het bepaalde ingevolge de artikelen 3:116 en 3:120, eerste tot en met derde en vijfde tot en met negende lid, van overeenkomstige toepassing.
Na artikel 3:127 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Met een overdracht van de rechten en verplichtingen uit alle levensverzekeringen of krachtens alle schadeverzekeringen door levensverzekeraars onderscheidenlijk schadeverzekeraars met zetel in een staat die geen lidstaat is, wordt gelijkgesteld de overgang van deze rechten en verplichtingen bij een fusie als bedoeld in artikel 309 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of bij een splitsing als bedoeld in artikel 334a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Op een overgang als bedoeld in het eerste lid met betrekking tot een levensverzekeraar zijn de artikelen 3:112, eerste lid, aanhef en onderdeel a, 3:113, tweede lid, aanhef en onderdeel a, 3:116, 3:117, eerste lid, 3:118, eerste, tweede en vijfde lid, 3:119 en 3:120, eerste tot en met vierde lid, van overeenkomstige toepassing.
3. Op een overgang als bedoeld in het eerste lid met betrekking tot een schadeverzekeraar zijn de artikelen 3:114, eerste lid, aanhef en onderdeel a, 3:116, 3:117, tweede lid, 3:118, eerste tot en met vijfde lid, en 3:120, eerste tot en met derde, vijfde, zevende en negende lid, van overeenkomstige toepassing.
Aan artikel 3:131 wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. Op een overdracht als bedoeld in het eerste lid is het bepaalde ingevolge de artikelen 3:116, 3:119 en 3:120, eerste tot en met derde lid, van overeenkomstige toepassing.
Na artikel 3:131 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Met een overdracht van de rechten en verplichtingen uit alle natura-uitvaartverzekeringen door natura-uitvaartverzekeraars met zetel in een niet-aangewezen staat, wordt gelijkgesteld de overgang van deze rechten en verplichtingen bij een fusie als bedoeld in artikel 309 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of bij een splitsing als bedoeld in artikel 334a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Op een overgang als bedoeld in het eerste lid zijn de artikelen 3:113, eerste lid, aanhef en onderdeel a, 3:116, 3:117, eerste lid, 3:118, zesde lid, 3:119 en 3:120, eerste tot en met derde lid, van overeenkomstige toepassing.
In artikel 3:173, tweede lid, wordt de zinsnede «in het in het eerste lid» vervangen door: in het eerste lid.
In artikel 3:174, tweede lid, na de zinsnede «in afwijking van het eerste lid», vervalt de komma.
Artikel 3:177, eerste lid, komt te luiden:
1. De artikelen 234 tot en met 241e van de Faillissementswet zijn van overeenkomstige toepassing.
In artikel 3:246 wordt de zinsnede «n afwijking van» vervangen door: In afwijking van.
In artikel 3:259, eerste lid, wordt de zinsnede «artikel 1.1» vervangen door: artikel 1:1.
Artikel 3:275 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt de zinsnede «een financiële Nederlandse moederholding of een Nederlandse financiële EU-moederholding» vervangen door: een financiële moederholding of een financiële EU-moederholding.
2. In het zesde lid wordt de zinsnede «indien het relatieve belang van de uitoefening van het bedrijf van de desbetreffende financiële onderneming in een bepaalde lidstaat daartoe aanleiding geeft» vervangen door: indien de aard en omvang van de betrokken beleggingsonderneming of kredietinstelling of het relatieve belang van haar werkzaamheden in verschillende lidstaten daartoe aanleiding geven.
3. In het zevende lid wordt de zinsnede «de Nederlandse financiële EU-moederholding» vervangen door: de financiële EU-moederholding.
4. In het achtste lid wordt de zinsnede «indien het relatieve belang van de uitoefening van het bedrijf van de Nederlandse beleggingsonderneming of Nederlandse kredietinstelling daartoe aanleiding geeft» vervangen door: indien de aard en omvang van de betrokken beleggingsonderneming of kredietinstelling of het relatieve belang van haar werkzaamheden in verschillende lidstaten daartoe aanleiding geven.
In artikel 3:276, tweede en derde lid, wordt de zinsnede «een financiële Nederlandse moederholding» telkens vervangen door: een financiële moederholding.
In artikel 3:278a, tweede lid, wordt «tenminste» vervangen door: ten minste.
In artikel 3:280a, tweede lid, wordt na de zinsnede «bedoeld in artikel 3:74a, eerste lid,» ingevoegd: voor zover het betreft de gegevens, bedoeld in bijlage XII, deel 2, punten 3 en 4, van de herziene richtlijn banken,.
In artikel 3:282, derde lid, wordt «3:286» vervangen door: 3:287.
Artikel 3:290 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid wordt na de zinsnede «bedoeld in het tweede lid» een komma ingevoegd.
2. In vijfde lid wordt na de zinsnede «bedoeld in het vierde lid» een komma ingevoegd.
Artikel 4:2a vervalt, onder vernummering van artikel 4:2b tot 4:2a.
In artikel 4:3, eerste lid, wordt de zinsnede «Het is verboden» vervangen door: Het is een ieder verboden.
In artikel 4:12, vijfde lid, wordt de zinsnede «financiële instellingen» vervangen door: financiële instelling.
Artikel 4:17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «beleggingsonderneming» ingevoegd: die beleggingsdiensten verleent.
2. Het tweede lid, onderdeel b, komt te luiden: beleggingsdiensten uitsluitend voor professionele beleggers verlenen; of.
In artikel 4:19, tweede lid, vervalt de zinsnede «of potentiële cliënten».
In artikel 4:28, vierde lid, onderdeel d, wordt de zinsnede «de artikelen 7:46e en 7:48e van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door: de artikelen 46e en 48e van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.
In artikel 4:42, onderdeel a, wordt de zinsnede «wordt verkregen» vervangen door: worden verkregen.
Artikel 4:46a wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» ingevoegd.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van de verplichting de intrinsieke waarde te publiceren, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die met die verplichting worden beoogd te bereiken anderszins worden bereikt.
Aan artikel 4:47 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van de verplichting, bedoeld in het eerste lid, eerste volzin, of van de verplichting, bedoeld in het tweede lid, eerste volzin, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die met die verplichting worden beoogd te bereiken anderszins worden bereikt.
Aan artikel 4:48 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van het eerste lid, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die het eerste lid beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
Artikel 4:49, vijfde en zesde lid, komen te luiden:
5. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van het eerste of derde lid, alsmede van ingevolge het tweede lid bepaalde, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die het eerste lid beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
6. Het eerste tot en met vijfde lid zijn niet van toepassing ten aanzien van beleggingsinstellingen waarvan de rechten van deelneming verhandelbaar zijn en niet op verzoek van de deelnemers ten laste van de activa direct of indirect worden ingekocht of terugbetaald.
Artikel 4:60, eerste lid, komt te luiden:
1. Het statutaire doel of reglementaire doel van een instelling voor collectieve belegging in effecten is uitsluitend het beleggen met toepassing van het beginsel van risicospreiding in bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen financiële instrumenten.
In artikel 4:62, eerste lid, wordt de zinsnede «instelling voor collectieve belegging met zetel in een andere lidstaat» vervangen door: instelling voor collectieve belegging in effecten met zetel in een andere lidstaat.
In artikel 4:70, vierde lid, wordt de zinsnede «Verordening (EG) nr. 44/2001» vervangen door «verordening (EG) nr. 44/2001» en wordt de zinsnede «burgerlijke-, en handelszaken» vervangen door: burgerlijke en handelszaken.
In artikel 4:88, eerste lid, wordt «beheren» vervangen door: beheersen.
In artikel 4:91h vervalt de zinsnede «op bij algemene maatregel van bestuur te bepalen wijze».
In artikel 4:94, derde lid, tweede volzin, vervalt de zinsnede «1:58, tweede lid,».
Artikel 4:96 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «aan de aanbieder een verbod als bedoeld in artikel 1:58, tweede lid, 1:104, derde lid, of 4:4, eerste lid, is opgelegd, bemiddelt hij niet meer voor de aanbieder, behoudens voorzover het de aanbieder is toegestaan overeenkomsten af te wikkelen op grond van artikel 1:58, tweede lid, of artikel 4:4, tweede lid» vervangen door: aan de aanbieder een verbod als bedoeld in artikel 1:58, tweede lid, of 4:4, eerste lid, is opgelegd, bemiddelt hij niet meer voor de aanbieder, behoudens voorzover het de aanbieder op grond van artikel 1:104, derde lid, of artikel 4:4, tweede lid, is toegestaan overeenkomsten af te wikkelen.
2. In het tweede lid wordt de zinsnede «op grond van artikel 1:58, tweede lid, 1:104, derde lid» vervangen door: op grond van artikel 1:104, derde lid.
In artikel 4:100e vervalt voor de tekst «1».
In artikel 5:4, onderdeel h, onder 3°, wordt de zinsnede «richtlijn nr. 80/390/EEG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 maart 1980» vervangen door «richtlijn nr. 80/390/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 17 maart 1980» en wordt de zinsnede «de Raad de Europese Unie van 28 mei 2001» vervangen door: de Raad van de Europese Unie van 28 mei 2001.
In artikel 5:6, derde lid, wordt de zinsnede «of het tweede lid» vervangen door: of het tweede lid.
In artikel 5:9a, eerste lid, wordt de zinsnede «zijn besluit» vervangen door: haar besluit.
In de artikelen 5:13, tweede lid en 5:14, eerste lid, wordt de zinsnede «redelijk geïnformeerde en zorgvuldig handelende persoon» telkens vervangen door: redelijk geïnformeerd en zorgvuldig handelend persoon.
In artikel 5:21, tweede lid, wordt «tenminste» vervangen door: ten minste.
In artikel 5:32d, derde lid, wordt de zinsnede «tweede lid» vervangen door: eerste lid.
In het opschrift van hoofdstuk 5.3. wordt «medlen» vervangen door: melden.
Artikel 5:33 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, onderdeel b, onder 4°, komt te luiden:
4°. een optie ter verwerving van een onder 1° bedoeld aandeel of van een onder 2° bedoeld waardebewijs;.
2. Het eerste lid, onderdeel g, komt te luiden:
g. substantiële deelneming: ten minste vijf procent van de aandelen of het kunnen uitbrengen van ten minste vijf procent van de stemmen, waarbij tot het aantal stemmen dat een persoon kan uitbrengen mede worden gerekend de stemmen waarover hij beschikt of wordt geacht te beschikken op grond van artikel 5:45;.
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald wat onder een optie als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, onder 4°, wordt verstaan.
In artikel 5:46, tweede lid, onderdeel b, wordt de zinsnede «als bedoeld in de onderdeel a» vervangen door: als bedoeld in onderdeel a.
In de artikelen 5:56, vijfde lid, onderdelen c en d, en 5:58, tweede lid, onderdelen b en c, wordt de zinsnede «verordening nr. 2273/2003» telkens vervangen door: verordening (EG) nr. 2273/2003.
In het opschrift van hoofdstuk 5.5 wordt «Hoofstuk» vervangen door: Hoofdstuk.
In artikel 5:70, eerste lid, wordt «waarmee» vervangen door: met wie.
In artikel 5:71, eerste lid, onderdeel e, wordt de zinsnede «artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door: artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
Artikel 5:72 wordt als volgt gewijzigd;
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «, of» vervangen door: ; of.
2. In het derde lid vervalt de zinsnede «van het gerechtshof te Amsterdam».
In artikel 5:73, derde lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «verordening (EG) nr. 139/2004 van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PbEU L 24)» vervangen door «verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van de Europese Unie van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (de «EG-concentratieverordening») (PbEU L 24)» en wordt de zinsnede «artikel 8 lid 3» vervangen door: artikel 8, derde lid,.
Artikel 5:74 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste en derde lid wordt de zinsnede «toezichthoudende autoriteit» telkens vervangen door: toezichthoudende instantie.
2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt de zinsnede «en de effecten het eerst tot de handel zijn toegelaten op de gereglementeerde markt in Nederland» vervangen door: en de effecten het eerst tot de handel zijn toegelaten op een gereglementeerde markt in Nederland.
Artikel 5:75 komt te luiden:
1. Deze afdeling is van toepassing op openbare biedingen terzake waarvan de Autoriteit Financiële Markten ingevolge artikel 5:74, tweede lid, het biedingsbericht kan goedkeuren.
2. Artikel 5:76, tweede lid, aanhef en onderdeel a, is mede van toepassing op openbare biedingen op effecten die zijn uitgegeven door een doelvennootschap die zetel heeft in Nederland welke zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt.
3. In afwijking van het eerste lid is artikel 5:76, tweede lid, aanhef en onderdeel c, van toepassing op openbare biedingen terzake waarvan het biedingsbericht is goedgekeurd door een toezichthoudende instantie van een andere lidstaat.
Artikel 5:76 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, aanhef, wordt na «Bij» ingevoegd: of krachtens.
2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt de zinsnede «toezichthoudende autoriteit» vervangen door: toezichthoudende instantie.
In artikel 5:77, eerste lid, wordt de zinsnede «zijn besluit» vervangen door: haar besluit.
In artikel 5:80, eerste lid, wordt na «bieder» telkens ingevoegd: of doelvennootschap.
In artikel 5:80a, tweede lid en derde lid, onderdeel a, wordt «waarmee» telkens vervangen door: met wie.
In artikel 5:80b, tweede lid, tweede volzin, wordt de zinsnede «tot twee weken nadat het bod is uitgebracht» vervangen door: uiterlijk vier weken nadat het bod is aangekondigd.
In artikel 5:81, derde lid, wordt de zinsnede «bij of krachtens, artikel artikel 5:74, eerste lid» vervangen door: bij of krachtens artikel 5:74, eerste lid.
Artikel 5:82, eerste volzin, komt te luiden:
Een krachtens artikel 5:71, tweede lid, 5:76, tweede lid, 5:80a, derde of vierde lid, of 5:80b, vijfde lid, vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd.
In artikel 5:83 wordt de zinsnede «artikel 5:83, tweede lid» vervangen door: artikel 5:81, derde lid.
In artikel 5:86, derde lid, wordt de zinsnede «het vorige lid» vervangen door «het tweede lid» en wordt de zinsnede «artikel 1, eerste lid, onderdeel g, van de Pensioen- en spaarfondsenwet» vervangen door: artikel 1 van de Pensioenwet of artikel 1 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling.
In de Bijlage branches wordt in onderdeel «1. Levensverzekering algemeen» de zinsnede «artikel 1, tweede lid» vervangen door: artikel 1:6, tweede lid.
De bijlage bij artikel 1:79 wordt als volgt gewijzigd:
1. «t/m» wordt telkens vervangen door: tot en met.
2. In de tabel worden in de numerieke volgorde de volgende artikelnummers ingevoegd:
1:58, tweede lid
1:58a, tweede lid
1:58b, tweede lid
1:59, tweede lid
1:67, eerste lid
1:76, zesde lid, aanhef en onderdeel a
1:77, eerste lid
2:103a, eerste lid
3:112, eerste lid
3:113, eerste en tweede lid
3:131, eerste lid
3:280b
4:29, vierde lid
4:34, derde lid
4:79, eerste lid
5:62, derde lid
5:70, eerste lid
5:80a, eerste en vierde lid
5:86, eerste lid
3. De tabel wordt als volgt gewijzigd:
a. «1:58c, tweede lid» wordt vervangen door: 1:58c, derde lid.
b. «2:15» wordt vervangen door: 2:15, eerste en tweede lid.
c. «2:40» wordt vervangen door: 2:40, eerste lid.
d. «2:81, vierde lid» wordt vervangen door: 2:81, derde en vierde lid.
e. «3:6, eerste lid» wordt vervangen door: 3:6, eerste en vierde lid.
f. «3:57, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 3:57, eerste, tweede, vijfde en zevende lid.
g. «3:63, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 3:63, eerste tot en met derde lid.
h. «3:72 eerste, derde tot en met zevende lid, negende lid» wordt vervangen door: 3:72, eerste, derde tot en met zevende en negende lid.
i. «3:88, vierde lid» wordt vervangen door: 3:88, eerste, tweede en vierde lid.
j. »3:96, eerste lid» wordt vervangen door: 3:96, eerste en vierde lid.
k. «3:103, tweede lid» wordt vervangen door: 3:103, eerste en tweede lid.
l. »3:108, eerste en derde lid» wordt vervangen door: 3:108, eerste tot en met derde lid.
m. «3:120, eerste, tweede, vierde en vijfde lid» wordt vervangen door: 3:120, eerste tot en met vijfde en zevende lid.
n. «3:129, eerste lid» wordt vervangen door: 3:129, eerste en tweede lid.
o. «3:259, eerste lid» wordt vervangen door: 3:259, eerste en tweede lid.
p. «4:3, eerste lid» vervangen door: 4:3, eerste en vierde lid.
q. «4:6, tweede lid» wordt vervangen door: 4:6, eerste en tweede lid.
r. «4:9, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 4:9, eerste tot en met derde lid.
s. «4:14, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 4:14, eerste tot en met derde lid.
t. «4:18b, tweede lid» wordt vervangen door: 4:18b, tweede en derde lid.
u. «4:51, eerste, tweede en vierde lid» wordt vervangen door: 4:51, eerste tot en met vierde lid.
v. «4:60, vijfde lid» wordt vervangen door: 4:60, eerste tot en met vijfde lid.
w. «4:63, eerste lid» wordt vervangen door: 4:63 eerste en tweede lid.
x. «4:72, derde lid» wordt vervangen door: 4:72, eerste en derde lid.
y. «4:73, derde lid» wordt vervangen door: 4:73, eerste en derde lid.
z. «4:85, eerste, vierde en vijfde lid» wordt vervangen door: 4:85, eerste en derde tot en met vijfde lid.
aa. «4:91b» wordt vervangen door: 4:91b, eerste tot en met vierde lid.
bb. «4:94, tweede en derde lid» wordt vervangen door 4:94, eerste, tweede en derde lid.
cc. «4:95, tweede en derde lid» wordt vervangen door 4:95, eerste, tweede en derde lid.
dd. «4:97, derde lid» wordt vervangen door: 4:97, eerste en derde lid.
ee. «4:100, tweede en derde lid» wordt vervangen door 4:100, eerste, tweede en derde lid.
ff. «5:20, derde en vierde lid» wordt vervangen door: 5:20, eerste tot en met vierde lid.
gg. «5:21, eerste, derde t/m zevende lid» wordt vervangen door: 5:21 eerste tot en met zevende lid.
hh. «5:32d, eerste lid» wordt vervangen door: 5:32d, eerste en zevende lid.
ii. «5:60, derde lid» wordt vervangen door: 5:60, eerste en derde lid.
jj. «5:66» vervalt.
kk. «5:71, eerste, derde en achtste lid» vervalt.
ll. «5:72» vervalt.
mm. «5:74, eerste en vierde lid» wordt vervangen door: 5:74, eerste, derde en vierde lid.
nn. «5:78, eerste lid» wordt vervangen door: 5:78.
oo. «5:80» wordt vervangen door: 5:80, tweede lid.
pp. «5:81» vervalt.
De bijlage bij artikel 1:80 wordt als volgt gewijzigd:
1. «t/m» wordt telkens vervangen door: tot en met.
2. In de tabel worden in de numerieke volgorde de volgende artikelnummers ingevoegd:
1:58, tweede lid
1:58a, tweede lid
1:58b, tweede lid
1:59, tweede lid
1:67, eerste lid
1:76, zesde lid, aanhef en onderdeel a
1:77, eerste lid
3:280b
4:29, vierde lid
4:79, eerste lid
4:103, eerste en vierde lid
4:104, eerste en derde lid
5:70, eerste lid
5:80a, eerste en vierde lid
5:86, eerste lid
3. De tabel wordt als volgt gewijzigd:
a. «1:58c, tweede lid» wordt vervangen door: 1:58c, derde lid.
b. «2:40» wordt vervangen door: 2:40, eerste lid.
c. «2:103a» wordt vervangen door: 2:103a, eerste lid.
d. «3:6, eerste lid» wordt vervangen door: 3:6, eerste en vierde lid.
e. «3:57, eerste, tweede en vijfde lid» wordt vervangen door: 3:57, eerste, tweede, vijfde en zevende lid.
f. «3:72 eerste, derde tot en met zevende lid, negende lid» wordt vervangen door: 3:72, eerste, derde tot en met zevende en negende lid.
g. »3:96, eerste lid» wordt vervangen door: 3:96, eerste en vierde lid.
h. «3:120, eerste tot en met vijfde lid» wordt vervangen door: 3:120, eerste tot en met vijfde en zevende lid.
i. «4:3, eerste lid» wordt vervangen door: 4:3, eerste en vierde lid.
j. «4:6, tweede lid» vervalt.
k. «4:9, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 4:9, eerste tot en met derde lid.
l. «4:14, eerste en tweede lid» wordt vervangen door: 4:14, eerste tot en met derde lid.
m. «4:18b, tweede lid» wordt vervangen door: 4:18b, tweede en derde lid.
n. «4:19, eerste tot en met derde lid» wordt vervangen door: 4:19, eerste tot en met vierde lid.
o. «4:51, eerste, tweede en vierde lid» wordt vervangen door: 4:51, eerste tot en met vierde lid.
p. «4:60, vijfde lid» wordt vervangen door: 4:60, eerste tot en met vijfde lid.
q. «4:74, eerste lid» wordt vervangen door: 4:74, eerste en tweede lid.
r. «4:85, eerste, vierde en vijfde lid» wordt vervangen door: 4:85, eerste en derde tot en met vijfde lid.
s. «4:91b» wordt vervangen door: 4:91b, eerste tot en met vierde lid.
t. «5:31» vervalt.
u. «5:32d, eerste lid» wordt vervangen door: 5:32d, eerste en zevende lid.
v. «5:32g» wordt vervangen door: 5:32g, eerste en tweede lid.
w. «5:57, eerste lid» wordt vervangen door: 5:57, eerste en derde lid.
x. «5:66» vervalt.
y. «5:71, eerste, derde en achtste lid» vervalt.
z. «5:72» vervalt.
aa. «5:74, eerste lid» wordt vervangen door: 5:74, eerste, derde en vierde lid.
bb. «5:78, eerste lid» wordt vervangen door: 5:78.
cc. «5:80» wordt vervangen door: 5:80, tweede lid.
dd. «5:81» vervalt.
De Invoerings- en aanpassingswet Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 4, tweede lid, wordt de zinsnede «artikel 5:3, derde lid» vervangen door: artikel 1:109, eerste lid.
In artikel 8, eerste lid, vervalt de zinsnede «na het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht genomen» en wordt de zinsnede «de Wet toezicht kredietwezen 1992 of de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf 1993» vervangen door: de Wet toezicht kredietwezen 1992, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf of de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993.
Na artikel 16 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Op een op of na 1 januari 2007 plaatsgevonden faillietverklaring van een kredietinstelling of verzekeraar of gedaan verzoek of voordracht daartoe en op de gevolgen van een op of na die datum uitgesproken faillissement van een kredietinstelling of verzekeraar ten aanzien waarvan onderscheidenlijk van wie voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht een noodregeling is uitgesproken op grond van artikel 71 van de Wet toezicht kredietwezen 1992, artikel 66 van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf onderscheidenlijk artikel 156 Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, is de Faillissementswet van toepassing zoals die luidt op het moment van het verzoek of de voordracht.
Artikel 17 komt te luiden:
Een levensverzekeraar, natura-uitvaartverzekeraar of schadeverzekeraar die op het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht ingevolge de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf , Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 of de Wet toezicht verzekeringsbedrijf verplicht is tot afwikkeling van zijn bedrijf of het betrokken gedeelte daarvan is gedurende de afwikkeling onderworpen aan de bepalingen van de Wet op het financieel toezicht.
In artikel 26, tweede lid, wordt de zinsnede «4:15, derde lid» vervangen door: 4:15, vierde lid.
Aan artikel 31 worden twee leden toegevoegd, luidende:
5. Indien de Autoriteit Financiële Markten de aanvraag van een vergunning of ontheffing als bedoeld in het eerste lid, heeft afgewezen, mag de financiëledienstverlener zonder vergunning of ontheffing zijn bedrijf afwikkelen. De Autoriteit Financiële Markten kan een termijn bepalen voor de afwikkeling. De Autoriteit Financiële Markten kan de financiëledienstverlener voorschriften geven terzake van de afwikkeling met het oog op het adequaat functioneren van de financiële markten of de positie van de consumenten op die markten.
6. Het bij en krachtens het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen van de Wet op het financieel toezicht bepaalde is van overeenkomstige toepassing op financiëledienstverleners die op grond van het eerste lid hun werkzaamheden mogen voortzetten en op financiëledienstverleners die op grond van het vijfde lid hun bedrijf mogen afwikkelen.
Artikel 37, derde lid, komt te luiden:
3. Een ontheffing van de verplichting, bedoeld in artikel 12, eerste lid, aanhef en onderdeel d, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, die is verleend op grond van artikel 12, vierde lid, van die wet berust vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht op artikel 4:22, tweede lid, 4:46a, tweede lid, 4:47, vijfde lid, 4:48, derde lid of 4:49, vijfde lid, van laatstgenoemde wet, voor zover het de in het desbetreffende artikel geregelde verplichting betreft.
Artikel 61 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid vervalt na «opvorderbare gelden» de zinsnede «die is verleend op grond van artikel 82, vierde lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992,».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Een ontheffing die op grond van artikel 6, derde lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992 is verleend aan een onderneming of instelling als bedoeld in artikel 3 van de Vrijstellingsregeling Wtk 1992 die niet voldeed aan de in dat artikel bedoelde voorschriften berust, voor zover deze ontheffing betrekking heeft op die voorschriften, vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht op artikel 3:2, derde lid, van laatstgenoemde wet.
In artikel 65, tweede lid, wordt de zinsnede «artikel 3:20, zesde lid» vervangen door: artikel 3:53, zesde lid.
In artikel 71 wordt de zinsnede «de toezichthoudende autoriteit» vervangen door: de toezichthoudende instantie.
Artikel 94 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede «artikel 3:19, derde lid» vervangen door: artikel 3:15, derde lid, of 3:19, derde lid.
2. In het zesde lid wordt de zinsnede «artikel 3:67, vierde lid» vervangen door: artikel 3:67, vijfde lid.
Artikel 213b van de Faillissementswet komt te luiden:
De Nederlandsche Bank N.V. kan een verzoek om een verzekeraar in staat van faillissement te verklaren zonder tussenkomst van een procureur indienen.
De Wet handhaving consumentenbescherming wordt als volgt gewijzigd:
In de bijlage bij de wet, onderdeel c, sub c1, rechterkolom, wordt de zinsnede «het bepaalde bij of krachtens de artikelen 10, 31, 35 en 100 van de Wet financiële dienstverlening» vervangen door: het bepaalde ingevolge de artikelen 2:60, 2:80, 4:20, derde en vierde lid, en 4:33, derde en vierde lid, van de Wet op het financieel toezicht.
In de bijlage bij de wet, onderdeel c, sub c1, rechterkolom, wordt de zinsnede «het bepaalde bij of krachtens de artikelen 31, 35, 40, 41 en 100 van de Wet financiële dienstverlening» vervangen door: het bepaalde ingevolge de artikelen 4:19, tweede lid, en 4:20, eerste tot en met vijfde lid, van de Wet op het financieel toezicht.
In artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op het consumentenkrediet wordt de zinsnede «artikel 120» vervangen door: artikel 120, eerste lid.
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 86d, derde lid, vervalt de zinsnede «als bedoeld in artikel 86c lid 1».
In artikel 334x, eerste lid, wordt de zinsnede «op die beurs» vervangen door: op dat handelsplatform.
Artikel 359a, eerste lid, komt te luiden:
1. Deze afdeling is van toepassing op de vennootschap waarvan aandelen zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, tenzij het een beleggingsmaatschappij is als bedoeld in dat artikel waarvan de rechten van deelneming op verzoek van de deelnemers direct of indirect worden ingekocht of terugbetaald ten laste van de activa van de beleggingsmaatschappij.
In artikel 425 wordt de zinsnede «de ontheffing is gegrond» vervangen door «de vrijstelling is gegrond» en wordt de zinsnede «waaraan de ontheffing is verleend» vervangen door: waarop de vrijstelling van toepassing is.
In artikel 576, eerste lid, onderdeel c, van het Wetboek van Strafvordering wordt de zinsnede «bij een kredietinstelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de Wet toezicht kredietwezen 1992 (Stb. 1992, 722)» vervangen door: bij een bank als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht .
De artikelen 1, 1a, 1b, 1c, 4, 5, 5a, 6, 6a en 6c van de Tijdelijke regeling invoering Wft worden ingetrokken.
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. De onderdelen E en G van artikel II en artikel IV werken terug tot en met 1 januari 2007.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,