Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt (artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State).
Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 3 maart 2008, aangeboden aan de Koningin door de minister van Justitie.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 24 december 2007, nr. 07.004220, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen.
Dit advies, gedateerd 14 februari 2008, nr. W03.07.0486/II, bied ik U hierbij aan.
Het voorstel geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om spoedshalve nog één inhoudelijke wijziging aan het voorstel toe te voegen. Het betreft het voorstel tot het opnemen in de Luchtvaartwet van een strafbaarstelling terzake het wederrechtelijk betreden van luchtvaartterreinen. Voorts zijn enkele wijzigingen van technische aard doorgevoerd.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De minister van Justitie,
E. M. H. Hirsch Ballin