Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 juli 2007
Bij brief van 21 juni jl. (ontvangen op 26 juni) hebt u de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gevraagd wanneer de nota naar aanleiding van het verslag bij het voorstel tot wijziging van de Wet op de lijkbezorging (30 696) aan de Kamer zal worden aangeboden. Dit wetsvoorstel heb ik in portefeuille. De minister van Justitie en de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn medeondertekenaar. Het voornemen bestaat de nota naar aanleiding van het verslag, voorzien van een nota van wijziging, voor het einde van het zomerreces aan de Kamer aan te bieden.