Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 september 2009
Hierbij bied ik u ter openbaarmaking aan de brief van de Vice-President van de Raad van State aan de Voorzitter van de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 16 april 2009, zodat de inhoud daarvan deel kan uitmaken van de behandeling van wetsvoorstel 30 585.
Zoals uit de, tevens meegezonden, brief van de Vice-President van 7 september 2009 blijkt, bestaat bij hem tegen openbaarmaking geen bezwaar.
De stukken worden ook gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.1