Ontvangen 25 september 2008
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 2 als volgt gewijzigd:
A. In het tweede lid vervalt «of afdelingen».
B. In het derde lid vervalt «, dan wel in beide afdelingen».
In artikel I, onderdeel A, wordt in artikel 8, derde lid, de zinsnede «Voor zover zij niet met rechtspraak worden belast» vervangen door «Indien zij niet met rechtspraak worden belast» en vervalt «of afdelingen».
Artikel XIV wordt als volgt gewijzigd:
A. Het tweede lid wordt vervangen door:
2. Zij worden bij koninklijk besluit benoemd in de Afdeling advisering of de Afdeling bestuursrechtspraak, onverminderd de tweede volzin van artikel 2, derde lid. Artikel 2, vierde lid, blijft zo nodig buiten toepassing.
B. Het zesde lid wordt vervangen door:
6. De staatsraden in buitengewone dienst die zijn benoemd op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet worden bij koninklijk besluit benoemd in de Afdeling advisering of de Afdeling bestuursrechtspraak, onverminderd de tweede volzin van artikel 2, derde lid. Het derde en vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing op hen die worden benoemd in de Afdeling bestuursrechtspraak.
De door de regering voorgestelde wijzigingen van de wet blijven het mogelijk maken dat er sprake is van dubbelbenoemingen: Staatraden kunnen lid zijn van zowel de Afdeling advisering als de Afdeling bestuursrechtspraak. Aldus houdt het wetsvoorstel het risico in zich dat voor wat betreft de rechtspraak de onpartijdigheid niet voldoende gegarandeerd is.
Het amendement beoogt een strikte scheiding aan te brengen tussen de leden van de Afdeling advisering en de leden van de Afdeling bestuursrechtspraak door benoeming in slechts één Afdeling voor te schrijven.
De Wit