Vastgesteld 18 december 2012
De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft op 22 november 2012 overleg gevoerd met staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie over:
– de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, d.d. 7 februari 2012, inzake de reactie op verzoek Verhoeven over het blokkeren van websites en de uitspraak van de rechtbank Den Haag in de zaak BREIN/Ziggo en XS4ALL (29 838, nr. 49);
– de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, d.d. 3 juli 2012, inzake informatie over de thuiskopieregeling in de Auteurswet en de inrichting van het thuiskopiestelsel per 1 januari 2013 (29 838, nr. 52);
– de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, d.d. 5 juli 2012, inzake het onderzoek College van Toezicht over Buma-Stemra (29 838, nr. 53);
– het EU-voorstel: Richtlijn inzake collectief beheer van auteursrechten en licensering van muziek online COM(2012) 372 (2012Z14760);
– de brief van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, d.d. 21 september 2012, inzake de fiche: Richtlijn collectief beheer auteurs- en naburige rechten en muziekrechten op internet (22 112, nr. 1472);
– de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, d.d. 25 oktober 2012, inzake het besluit van 23 oktober 2012 inzake het thuiskopiestelsel (29 838, nr. 54);
– de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, d.d. 30 oktober 2012, inzake het rapport «Flexible Copyright» en het advies «Een flexibele regeling voor user-generated content» van de Commissie Auteursrecht (29 838, nr. 55).
Van dit overleg brengt de commissie bijgaand geredigeerd woordelijk verslag uit.
De voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, Jadnanansing
De griffier van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, Nava
Voorzitter: Jadnanansing
Griffier: Hessing-Puts
Aanwezig zijn zeven leden der Kamer, te weten: Jadnanansing, Taverne, Bontes, Verhoeven, Oskam, Recourt en Jasper van Dijk,
en staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie, die vergezeld is van enkele ambtenaren van zijn ministerie.
Aanvang 15.00 uur
De voorzitter: Ik open dit algemeen overleg en heet welkom de staatssecretaris en zijn ambtenaren en mijn collega's. Per fractie geldt een spreektijd van vijf minuten met de mogelijkheid van twee interrupties.
De heer Verhoeven (D66): We zijn maar met zes woordvoerders, dus zou mijn verzoek zijn om de spreektijd te bepalen op zes minuten.
De voorzitter: Er kunnen natuurlijk nog mensen bijkomen. Laten wij het op vijf minuten houden met de mogelijkheid van een kleine uitloop tot vijfeneenhalve minuut.
De heer Taverne (VVD): Voorzitter. We willen graag dat mensen hun creativiteit aanwenden om ons in staat te stellen van hun geestesproducten te genieten en om er ook geld mee te verdienen. Als wij vinden dat het auteursrecht een te verdedigen intellectueeleigendomsrecht is – volgens mij zijn de meesten van ons hier die mening toegedaan – dan is het aan ons als medewetgever om wetgeving te maken die het privaatrechtelijke partijen ook mogelijk maakt hun recht te gelde te maken. De voornaamste reden om vandaag wederom aandacht aan het auteursrecht te besteden, vormt de dreiging van het doorbreken van de status quo met betrekking tot de regeling voor de thuiskopieheffing. Zonder nadere maatregelen van de Kamer zal vanaf 1 januari 2013 voor nieuwe technologieën weer kunnen worden teruggegrepen op een regeling die we vrijwel unaniem beschouwen als ouderwets en te weinig aansluitend bij nieuw gevonden businessmodellen. De reden dat we moeten teruggrijpen ligt voor een groot deel bij ons in de Kamer. In de periode vanaf het moment van bevriezing van de thuiskopieheffing zijn we niet in staat gebleken om gezamenlijk te komen tot een herijking van het auteursrecht. Al meer dan vijf jaar steggelen we over de vraag hoe het auteursrecht beter en moderner kan worden ingericht. Er is nu een uitspraak van het Hof in Den Haag nodig om ons opnieuw de urgentie te tonen van een koerswijziging op dit terrein. Ik voel mee met de staatssecretaris. Hij wordt door de kat of door de hond gebeten. Als hij niets doet, moet hij de thuiskopieheffing invoeren. Wanneer hij die heffing invoert, wordt hij voor de rechter gedaagd vanwege de rechtmatigheid en de hoogte van die heffing. Dat lijkt mij lastig.
De thuiskopieheffing is niet een regeling waar de VVD-fractie gelukkig mee is, maar we begrijpen die wel. De heffing komt voort uit de verplichting van de richtlijn collectief beheer auteurs- en naburige rechten en muziekrechten op internet. Het is kiezen of delen onder deze richtlijn. Of de thuiskopie uit illegale bronnen wordt verboden, daarmee kiezend voor een downloadverbod, of de thuiskopie wordt toegestaan maar dan dient daar een billijke vergoeding tegenover te staan. Maar waarom zou het auteursrecht een recht zijn dat door rechthebbenden niet kan worden gehandhaafd? Een creatief product verdient immers in gelijke mate bescherming als andere producten. De VVD-fractie heeft daarom altijd opengestaan voor een civielrechtelijk downloadverbod, mits daarin de privacy van gebruikers van diensten van internetserviceproviders voldoende gewaarborgd wordt. Natuurlijk is het niet de bedoeling van de VVD-fractie om de auteursrechthebbende in staat te stellen de individuele downloader aan te pakken of de privacy van gebruikers van isp's te schenden. Het voorstel zal op dat vlak voldoende waarborgen moeten bevatten. Kan de staatssecretaris aangeven hoe hij, indien het tot een wetsvoorstel ten aanzien van een downloadverbod komt, aan die waarborgen invulling zal geven?
Als we een civielrechtelijk downloadverbod zouden hebben, is het wat de VVD-fractie betreft aan de auteursrechthebbende om inkomsten te genereren uit het object waarop dat auteursrecht rust. We zijn er niet voor om onrendabele businessmodellen in stand te houden. De VVD-fractie vindt dan ook dat marktwerking hierbij volop moet gelden. Met een civielrechtelijk downloadverbod zouden de auteursrechthebbenden voldoende inkomsten moeten kunnen genereren op de markt en als dat niet het geval is zouden ze hun prijs of product misschien moeten heroverwegen. Het zou niet een brancheorganisatie of de staatssecretaris moeten zijn die een billijke vergoeding voor een auteursrechthebbende bepaalt maar de wet van vraag en aanbod. Waarom onttrekken we deze groep aan de vrije mededinging? Op die manier kunnen we toch nooit verwachten dat auteursrechthebbenden in voldoende mate in staat zullen zijn om door het bedenken van innovatieve businessmodellen de dalende trend aan de inkomstenkant te doorbreken? Wat de VVD-fractie betreft zou invoering van een civielrechtelijk downloadverbod gepaard moeten gaan met een heroverweging van het wetsvoorstel inzake het auteurscontractenrecht.
Waar de VVD-fractie wel een lans voor wil breken, is voor de integratie van de cbo's. Het moet de gebruiker van een licentie in ieder geval gemakkelijker worden gemaakt om af te rekenen. Een rekening in plaats van constant onderhandelen met verschillende auteursrechthebbenden is een verbetering. In dat verband wordt het richtlijnvoorstel door mijn fractie dan ook ondersteund. Op die wijze kunnen misstanden zoals we die eerder bij Buma/Stemra onder andere hebben gezien worden voorkomen.
De heer Verhoeven (D66): Ik ben een beetje verbaasd door de inbreng van de heer Taverne. Zij het wat omfloerst, pleit hij eigenlijk weer voor een downloadverbod, terwijl in het regeerakkoord staat dat de bescherming van auteursrechten belangrijk is en moet worden vormgegeven op een manier die past bij de moderne realiteit. Vindt de heer Taverne het downloadverbod een moderne manier om dit te doen?
De heer Taverne (VVD): De VVD-fractie maakt, vooruitdenkend, keuzes. Dat betekent dat ze nog steeds op het standpunt staat dat het auteursrecht moet worden gemoderniseerd. Het is van tweeën een: of je vindt het een verdedigbaar intellectueeleigendomsrecht of niet. De VVD maakt die keuze en ik hoop wat dat betreft ook een gewijzigde keuze van D66 te horen.
De heer Verhoeven (D66): Daar zou ik niet op rekenen wat betreft het downloadverbod. Ik heb de heer Taverne horen spreken over het thuiskopiesysteem en het downloadverbod, maar ik heb hem helemaal niets horen zeggen over een vergroting van het legale aanbod, wat natuurlijk een manier is om het illegaal downloaden te beperken. Dat lijkt mij een moderne aanpak. Waarom heb ik de heer Taverne daar niet over horen praten?
De heer Taverne (VVD): Omdat de VVD-fractie vertrouwen heeft in de markt. Die markt laat ook zien dat er nieuwe modellen zijn ontwikkeld of nog in ontwikkeling zijn, waar het steeds beter mee gaat. Bij muziek gaat het nog beter dan bij film, maar het gaat de goede kant op. Daar zijn geen maatregelen van de overheid voor nodig. Mijn fractie vindt dat businessmodellen geënt moeten zijn op de mogelijkheden in de markt. Het is niet aan de wetgever om maatregelen te nemen om businessmodellen in stand te houden.
De heer Bontes (PVV): Voorzitter. Vorig jaar hebben we de speerpuntenbrief auteursrechten van de staatssecretaris behandeld. In die brief pleitte de staatssecretaris voor het instellen van een downloadverbod. Gelukkig heeft de PVV-fractie toen een meerderheid gevonden voor een motie waardoor dat downloadverbod van tafel is. Dat is iets waar ik nog steeds blij mee ben. Het is een jaar geleden dat dit allemaal speelde. Mijn vraag is nu dan ook wat er in dat jaar is gebeurd. Zijn er nieuwe businessmodellen ontwikkeld en zo ja, welke?
De VVD voerde tijdens de verkiezingen campagne met de slogan belastingverlaging. En wat zien we nu? De VVD komt nu met een oud idee van de staatssecretaris, namelijk apparatenbelasting. Natuurlijk zal het antwoord van de staatssecretaris zijn dat het een civielrechtelijke belasting is, maar hij maakt die wel mogelijk. Het is en blijft een belasting voor burgers en bedrijfsleven. De VVD is daarmee kampioen belastingverhoging geworden.
De heer Taverne (VVD): Is het een idee van de staatssecretaris of is het iets wat in beeld komt als gevolg van de Europese richtlijn?
De heer Bontes (PVV): Het is maar de vraag of je die Europese richtlijn zo strak moet volgen. Daar kun je echt vraagtekens bij plaatsen. Je kunt geld bijvoorbeeld uit andere bronnen halen door het legale aanbod te vergroten en businessmodellen te ontwikkelen. Dan kun je ook voldoen aan de eis van een billijke vergoeding voor de rechthebbende. Je kunt geld dus uit andere bronnen genereren dan de thuiskopieheffing.
De heer Taverne (VVD): Is de heer Bontes het met mij eens dat de maatregel om per 1 januari een heffing in te voeren het directe gevolg is van een Europese maatregel waarbij we over het algemeen hier toch netjes genoeg zijn om die na te komen?
De heer Bontes (PVV): De Europese richtlijn houdt in dat er een billijke vergoeding moet zijn. Welnu, die billijke vergoeding kun je ook realiseren middels de businessmodellen en vergroting van het legale aanbod. Dus waarom moet het uit die apparatenbelasting komen?
Naast de btw-verhoging van 2% heeft de regering een nieuwe manier gevonden om de Nederlandse burger kaal te plukken, namelijk de thuiskopieheffing. Per 1 januari 2013 zal men bij de koop van een nieuwe computer, een tablet of een smartphone, maar liefst € 5 apparatenbelasting moeten betalen. Dat is een gigantische belasting voor burgers. Wat betreft de opbrengsten van die heffing gaat de staatssecretaris uit van een bedrag van 27 miljoen euro. De STOBI daarentegen, de belanghebbendenorganisatie, zegt dat het 60 miljoen euro gaat opleveren. PricewaterhouseCoopers heeft onderzoek gedaan naar wat de echte schade is en die komt op een schadebedrag van 12 miljoen euro. Dus gaan we nu 60 miljoen of 27 miljoen binnenhalen om 12 miljoen te kunnen dekken? Staat dat wel tot elkaar in verhouding? Hoe zit het nu precies met die bedragen? Weet de staatssecretaris ook wat de schade is voor de consumenten en het bedrijfsleven? Staat die in verhouding tot het doel dat er aan opgehangen wordt? Wat kost het voor het bedrijfsleven als men 10 000 smartphones invoert en per stuk die € 5 moet worden betaald? Stel dat die € 5 wordt doorberekend en die telefoons vervolgens via de haven van Rotterdam weer doorgevoerd worden naar de rest van Europa. Daar zit het bedrijfsleven volgens mij niet op te wachten en de consument ook niet.
Mijn volgende vraag is of, wanneer die thuiskopieheffing er eenmaal is, men nog wel komt met businessmodellen. Ik heb de heer Taverne in voorgaande AO's steeds horen zeggen dat die thuiskopieheffing een soort uitkering is, waarbij men achterover gaat leunen en er verder niets gebeurt. Waarom zou er nu ineens wel wat gebeuren? Worden die modellen dan nu wel ontwikkeld?
De heer Taverne (VVD): De VVD is allerminst voorstander van thuiskopieheffingen, maar zij stelt ook vast dat doordat wij hier in dit huis geen keuze maken die voorkomt dat deze heffing moet worden ingevoerd, dit voorstel nu voorligt. Dus de heer Bontes moet nu niet doen alsof dit een keuze is van de VVD. Het is het resultaat van een Kamer die niet realistisch is en die tot op heden niet bij meerderheid een civielrechtelijk downloadverbod wil invoeren.
De heer Bontes (PVV): Het is wel een keuze van de VVD, want je hoeft het niet te doen. Er is een jaar niets gebeurd en toen heb ik de heer Taverne ook niet gehoord over businessmodellen. Toen is hij stil geweest en nu komt hij wel met die thuiskopieheffing op de proppen. Ik vind dat echt heel bijzonder.
De heer Taverne (VVD): Dan heeft de heer Bontes niet goed geluisterd. Zolang ik mij uitspreek over het auteursrecht ben ik altijd de mening toegedaan dat de overheid er niet is om businessmodellen te faciliteren. Dat is aan de markt. Wij moeten ervoor zorgen dat wij deugdelijke wetgeving maken, waarbij sprake is van een onafhankelijke rechter bij wie partijen het kunnen afdwingen.
De heer Bontes (PVV): Dan kan de heer Taverne lang wachten want op deze manier komt dat niet tot ontwikkeling. De markt zal dan niet in beweging komen, naar ik vrees.
De staatssecretaris heeft in de speerpuntenbrief en op basis van het advies van de commissie-Gerkens aangegeven voorstander te zijn van het afschaffen van de thuiskopieheffing, terwijl hij er nu toch mee komt. Is hij alsnog bereid die thuiskopieheffing van tafel te halen?
Dan een reactie op het verzoek van collega Verhoeven over het blokkeren van de websites en de uitspraken van de rechtbank Den Haag inzake BREIN/Ziggo en XS4ALL. De staatssecretaris heeft hierover gezegd dat zolang dit nog onder de rechter is, hij er geen mededelingen over kan doen. Dat is op zichzelf te begrijpen, maar waarom wacht de staatssecretaris dan ook niet de cassatie over de zaak-NORMA en de thuiskopieheffing niet af? In dit geval gaat hij namelijk wel aan de slag met die thuiskopieheffing terwijl hij er in het andere geval niets over wil zeggen. Wat is daar de reden voor?
Over de wantoestanden bij Buma/Stemra hebben we al diverse debatten gehad. De staatssecretaris zou met regels komen om een eind te maken aan de corruptie bij Buma/Stemra. Een praktijkvoorbeeld van dat laatste is indringend in de media aan de orde geweest. De staatssecretaris komt nu met een Algemene Maatregel van Bestuur onder de titel good governance collectief beheer, onder andere om de belangenverstrengeling bij collectieve beheersorganisaties te voorkomen. In genoemde eerdere debatten heb ik gezegd tegenstander te zijn van het dubbelepettenverhaal bij collectieve beheersorganisaties zoals Buma/Stemra. Mijn vraag is dan ook of de voorwaarden die zullen worden opgenomen in die AMvB de zaak zodanig dichttimmeren dat belangenverstrengeling en het tweepettenverhaal niet meer aan de orde zijn. Waarom is er geen verplicht toezicht op de besturen?
Ten slotte nog iets over de richtlijn collectief beheer auteurs- en naburige rechten en muziekrechten op internet. De PVV ziet niets in het regelen van auteursrecht op Europees niveau. Elke nieuwe richtlijn zal weer een stap dichterbij de plannen van Eurocommissaris Barnier zijn om binnen de hele EU een belasting te heffen voor auteursrechten en bovendien is deze persoon voorstander van «three strikes and you're out». Het is dus zeer riskant om op dat gebied met de EU in zee te gaan. Het punt van de cbo's hebben we hier geregeld en onlangs is de wet omtrent het toezicht door deze Kamer aangenomen. Is het dan niet riskant om nu weer te gaan flirten met Europese regelgeving? We zien er allerlei risico's in maar het grootste risico is dat via een salamitactiek, via deze Eurocommissaris en via de rapporteur, die overigens ook een Française is – ik heb haar zelf in Brussel ontmoet – we allerlei zaken door onze strot geduwd krijgen. Het begint dan met eenduidigheid bij de cbo's en het toezicht erop, maar vervolgens gaat het steeds meer richting een Europese belasting inzake auteursrecht. Wij zeggen dan ook: tot hier en niet verder met Europees auteursrecht.
De heer Verhoeven (D66): Voorzitter. Het is goed deze staatssecretaris terug te zien op dit dossier. Een bekend gezicht maar wel met een heel ander verhaal dan de afgelopen jaren. Van een downloadverbod zijn we gegaan naar een thuiskopieregeling. D66 is wat dat betreft altijd duidelijk geweest: als je er tussen moet kiezen, hebben we liever de thuiskopieregellng. Het is dus op zichzelf een goede stap maar het is wel een reparatie en het is niet toekomstbestendig. Er is op dit punt overigens wel geluisterd naar de Kamer, dus dat biedt hoop, zeker gelet op het feit dat ik in deze Kamer nog steeds geen meerderheid zie voor een downloadverbod. De partijprogramma's van VVD en CDA waren al enigszins hoopvol en de zin in het regeerakkoord over moderne auteursrechten wekt in ieder geval wat verwachting. Ik hoop wel dat de invulling dan wat concreter en moderner wordt, want als ik de heer Taverne hoor praten denk ik: zo'n zin is mooi, maar wat gebeurt er nu echt?
Het is tijd om daadwerkelijk stappen te zetten. D66 heeft altijd gezegd dat je dat moet doen door het legale aanbod te vergroten. Dat is wat ons betreft de centrale oplossing. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat dit de enige manier is om illegaal downloaden te verminderen. Tegelijkertijd is gebleken dat het blokkeren van bijvoorbeeld The Pirate Bay geen enkel effect heeft. De enige echte oplossing is gelegen in meer onlinelicenties. Het voorstel van de Europese Commissie creëert ruimte voor multiterritoriale muzieklicenties, hetgeen inhoudt dat een cbo namens verschillende landen kan onderhandelen en instemming kan geven. Dat is op zichzelf goed, maar het probleem van de nieuwe Spotify, die we zo graag zouden zien komen, is natuurlijk niet dat je met 27 cbo's uit 27 landen moet onderhandelen om deals te sluiten over het auteursrecht van alle auteursrechthebbenden, maar dat je ook met alle platenmaatschappijen om de tafel zou moeten gaan zitten om uiteindelijk de rechten te vergaren die je nodig hebt om je product aan te bieden. Dat maakt het bijna onmogelijk om als nieuwe partij je entree te maken op het internet met een nieuw aanbodsmodel. We hebben de staatssecretaris eerder gevraagd om het radiomodel vorm te geven. Daar was de staatssecretaris de vorige keer heel enthousiast over, maar ik zie het nu niet terug in de kabinetsinzet en in de BNC-fiche ter zake. Kan de staatssecretaris alsnog regelen dat dit radiomodel richting Europa veel nadrukkelijker naar voren wordt gebracht?
Er is nog een andere manier om het legale aanbod op internet te vergroten en dat is extended collective licensing. Op dit moment kunnen de houders van rechten de benutting van rechten verbieden. Om strategische redenen komt het vaak voor dat bepaalde rechten niet worden gedeeld. Dan krijgt bijvoorbeeld één ondernemer alle rechten of krijgt een aantal ondernemers een heel beperkt deel, terwijl de consument juist een totaalaanbod wil kunnen afnemen van een aanbieder. Genoemde andere manier doorbreekt de monopoliesituatie en behelst meer concurrentie tussen verschillende aanbieders waardoor volgens ons het aanbod vergroot wordt en het illegaal downloaden zal gaan afnemen. Die stap kun je zetten door de afspraken die gemaakt worden tussen private partijen algemeen verbindend te laten verklaren. Een variant daarvan is nu al van toepassing in Scandinavië. Dat is niet toevallig een gebied in de wereld waar heel veel internetbedrijven heel succesvol zijn. Ik heb het dan over de extended collective licensing. Binnen een aantal Europese wetten is het ook al toegestaan. Een deal tussen een collectieve beheersorganisatie en een groot deel van het veld zou je algemeen verbindend kunnen verklaren waardoor die dus ook geldt in vergelijkbare gevallen en je in een volgende situatie veel gemakkelijker een deal kunt sluiten en je de drempel op de markt voor nieuwkomers fors verlaagt. Ik zou eigenlijk nog een stap verder willen gaan, namelijk dat je een deal tussen een ondernemer die beschermde werken wil aanbieden en een belangenorganisatie of een aantal grote platenmaatschappijen ook voor alle anderen laat gelden. Het lijkt mij goed dat de staatssecretaris zelf stappen zet op het gebied van de verweesde werken. Dat kan hij dan in de Nederlandse wetgeving doen. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan het digitaliseren van allerlei bibliotheekcollecties. Het algemeen verbindend verklaren van deals op het gebied van muziekaanbod online zou je ook met wetgeving in Europa kunnen regelen. Mijn vraag aan de staatssecretaris is of hij die stap, naast de stap voor het radiomodel, wil zetten. Ik bied hem dus eigenlijk twee wegen naar Rome, waarbij Rome dan de plek is waar we regelen dat er veel meer online-aanbieders op internet komen zodat je veel minder handhaving nodig hebt omdat mensen dan gewoon betalen voor het aanbod dat ze leuk vinden.
Er wordt hier gezegd: laat cbo's met elkaar kan concurreren, want dan kunnen de makers en de tekstschrijvers kiezen voor een cbo. Ik denk eigenlijk dat de markt op dit gebied ontbreekt en het dus geen goede weg is. Wij geloven veel meer in een nationaal geregeld toezicht. Bovendien, als allerlei cbo's uit verschillende landen met elkaar concurreren, zou dat ook kunnen betekenen dat iedereen die muziek gebruikt 27 rekeningen krijgt. De vraag is of dat dan wel zo'n goed idee is.
Buma/Stemra is de bekendste en beruchtste cbo die we in Nederland hebben. Berucht omdat er geregeld incidenten plaatsvinden, zoals recent weer met bestuurder Gerrits. Die incidenten roepen al twee jaar lang de vraag op of het toezicht eigenlijk wel goed functioneert. D66 heeft altijd al gezegd de tanden bij dat toezicht te missen en ziet hierbij een belangrijke rol weggelegd voor de NMa. De manier waarop Buma/Stemra met haar leden omgaat en met de adviezen van het college van toezicht, is heel mager en geeft ook aan dat het verenigingsmodel geen waarborg is dat de belangen van auteursrechthebbenden goed gediend worden. De staatssecretaris geeft in zijn brief aan allerlei Algemene Maatregelen van Bestuur door te willen voeren. Waarom pakt hij overigens niet wat steviger door om dat toezicht wat scherper te regelen? Het blijft namelijk allemaal nogal procedureel. Intussen moeten de Buma/Stemra-leden in het jaarverslag vernemen dat er twaalf keer zo veel geld naar een organisatie als BREIN wordt overgemaakt. Dat is geld van de leden, maar dat gaat dus naar BREIN die dan weer rechtszaken gaat voeren, terwijl het veel beter zou zijn als het geld toekomt aan de leden van Buma/Stemra en ze inspraak hebben. Dat soort dingen is nog steeds niet goed geregeld. Wat kan de staatssecretaris de komende tijd concreet doen om dat toezicht te verstevigen? Anders blijven we ons elk halfjaar weer verbazen over weer een incident en dat moet echt stoppen.
De heer Oskam (CDA): Voorzitter. De wereld van het auteursrecht en de digitale wereld zijn voortdurend in beweging. Het is een dynamische wereld en daarom is het goed dat we regelmatig met de staatssecretaris van gedachten wisselen. Het CDA was erg tevreden over het speerpuntenbeleid van de staatssecretaris in de vorige periode. Alleen, dat speerpuntenbeleid is inmiddels getorpedeerd door een aantal moties waardoor het allemaal wat stuurloos lijkt. In het regeerakkoord wordt de lijn doorgezet van het gunnen; we gunnen de auteurs wat en we gunnen de consument wat, maar wat is nu precies de oplossing? Ik wil graag van de staatssecretaris weten wat zijn visie is op het auteursrecht.
De inbreng van het CDA zal zich vandaag alleen toespitsen op de flexibiliteit in het auteursrecht, de thuiskopieheffing en het downloadverbod. Het vorige kabinet heeft SEO een onderzoek laten uitvoeren naar de juridische en economische aspecten van het introduceren van een open norm in de Auteurswet. Uit dat onderzoek blijkt dat het huidige stelsel van uitzonderingen en beperkingen niet altijd flexibel genoeg is. Zo zijn er bijvoorbeeld problemen rond de diensten van de zoekmachines. Ik noem de the use of created content en de cloud computing. Dit terwijl dit juist de technieken zijn die de toekomst van deze wereld hebben. De onderzoekers schrijven dat een open norm met duidelijke criteria juridisch gezien de voorkeur heeft boven flexibiliteit via creatieve rechten, omdat er dan weinig uniformiteit valt te verwachten. Door een flexibele grens tussen toestaan van het gebruik en inbreuk worden ondernemers gestimuleerd om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. Dat is waar we naartoe willen, namelijk dat de wereld zelf de modellen gaat ontwikkelen. Dat klinkt goed, maar de vraag is welke conclusies de staatssecretaris uit dat onderzoek trekt. Kunnen we de door SEO voorgestelde weg op? Gaat de staatssecretaris nog wijzigingen in de Auteurswet voorstellen of is daarvoor de ruimte via Europeesrechtelijke kaders ingeperkt? Of ziet hij andere beren op de weg?
De staatssecretaris beweert dat de Europese richtlijn ons de keuze laat tussen een downloadverbod of een thuiskopieheffing. We zullen dat voorlopig van de staatssecretaris aannemen, maar we waarschuwen de staatssecretaris wel dat de brancheorganisaties daar wat anders over denken en zeggen dat het allemaal wat minder zwart-wit ligt. Het CDA vindt het thuiskopieheffingstelsel achterhaald en oneerlijk. Het is achterhaald omdat het van belang is om nieuwe verdienmodellen te stimuleren en het legale aanbod te vergroten door rechtmatig gebruik de norm te laten zijn. De thuiskopieheffing is bovendien oneerlijk, omdat consumenten die netjes betalen voor hun muziek en films hierdoor dubbel gepakt worden. Bovendien lijkt het erop dat met de heffing het auteursrecht in een keer wordt afgekocht en dat zo onrechtmatig gebruik wordt gelegaliseerd. De staatssecretaris heeft voor 2013 een Algemene Maatregel van Bestuur uitgevaardigd met nieuwe tarieven. Hij heeft uitgelegd dat hij niet anders kon omdat we in Nederland geen downloadverbod kennen. We hebben daar toch wel een aantal vragen over. Zo varieert die heffing van drie cent op een cd-rom tot € 5 op een smartphone en moet de maatregel in totaal 600 miljoen gaan opbrengen. Uit een onderzoek van PricewaterhouseCoopers blijkt dat de schade voor de rechthebbenden ongeveer 12 miljoen bedraagt. Kent de staatssecretaris dat onderzoek en zo ja, wat is zijn reactie op de conclusies? Klopt het dat het thuiskopieheffingstelsel ook bedoeld is om schade te vergoeden door illegaal downloaden en zo ja, hoe oordeelt de staatssecretaris dan over de juridische houdbaarheid hiervan? Hoe kan er een vergoeding over illegaal downloaden worden betaald? Wij snappen dat niet helemaal. Klopt het dat de industrie voor de uitvoering van het nieuwe systeem volledig op zichzelf is aangewezen? Wij horen vanuit de branche dat daar veel onbegrip is voor de plannen. Kan de staatssecretaris de industrie wat handvatten bieden? Moet de heffing bijvoorbeeld worden betaald over de prijs inclusief btw of exclusief btw en hoe wordt dat gehandhaafd? Heeft de staatssecretaris overwogen om Actal te vragen onderzoek te doen naar de regeldruk en zo ja, waarom is hij daartoe uiteindelijk niet overgegaan? We vragen dit ook omdat de Raad van State opmerkingen heeft gemaakt over de uitvoerbaarheid van de Algemene Maatregel van Bestuur, waarbij de raad twijfelt of producenten wel in staat zijn om op deze korte termijn de uitvoering voor te bereiden. Kan de staatssecretaris duidelijk maken waarom ook settopboxen onder het thuiskopieheffingstelsel vallen? Met die boxen kun je tv-programma's pauzeren en later bekijken maar je kunt er geen opnames mee maken of videocatalogi mee naar voren halen.
De redenering van de staatssecretaris volgend betekent afschaffing van het thuiskopieheffingstelsel dat er een verbodsrecht voor de rechthebbenden zal moeten komen. De CDA-fractie zou daaraan strikte voorwaarden willen verbinden. We moeten niet de consument aanpakken die af en toe een liedje downloadt maar de grootverbruikers, de mensen die grootschalig inbreuk plegen op het auteursrecht. Dat moet dan ook goed en wettelijk gewaarborgd worden. De staatssecretaris heeft in zijn vorige periode verzekerd dat het kan. Mijn vraag aan hem is of hij er werk van wil maken ondanks de eerdere moties van Verhoeven en Bontes. Hoe ziet hij die moties in de huidige context van november 2012?
De digitale wereld is ongelofelijk dynamisch. Er zijn heel wat artiesten die hun auteursrecht op individuele basis uitoefenen. We lazen een verfrissend signaal in het jaarrapport van de IFPI uit 2011. De muziekindustrie is positief en hoopvol over de omzetgroei van legale muziekdiensten. Wereldwijd komt nu eenderde deel uit de muziekverkoop, digitale downloads en streaming van muziekdiensten online. Verder blijkt de muziekindustrie zelf in staat om formules te vinden die aanslaan bij de liefhebber van digitale muziek. In landen die strenge wetgeving tegen illegaal downloaden hebben, zoals Zuid-Korea, is de omzet van de muziekwinkel sterk gestegen, terwijl in landen waar de illegale ruilnetwerken welig tieren, de alternatieven minder goed lopen. 40% van de Nederlandse internetters struint rond in ruilnetwerken en slechts 15% van de muziekomzet in ons land komt uit legale downloads en diensten. Wat de CDA-fractie betreft is dat extra reden om een downloadverbod in te stellen.
De heer Recourt (PvdA): Voorzitter. Gezien de beperkte spreektijd en de veelheid aan onderwerpen kies ik de drie belangrijkste, te weten het verdienmodel, de richtlijn en de thuiskopieregeling.
Daaraan voorafgaand zou ik een voorbeeld willen geven van hoe je mijns inziens auteursrechten moet zien. Als ik staand onder de douche een liedje neurie van Marco Borsato kan de vraag gesteld worden of ik dan in principe auteursrechten verschuldigd ben of dat ik er geheel vrij in ben omdat dat liedje eigenlijk van iedereen is en de auteursrechten alleen maar zien op de exploitatie. Wat mij en mijn fractie betreft is het laatste aan de orde. Iedereen mag liedjes zingen, neuriën of gebruiken. Het auteursrecht ziet daar niet op. Het auteursrecht ziet op een exploitatierecht. Het moet zo zijn dat iedereen het kan gebruiken maar dat niet iedereen kan verdienen zonder auteursrechten af te dragen aan de maker. In het regeerakkoord staat dat het auteursrecht zodanig wordt gemoderniseerd dat recht wordt gedaan aan de bescherming van creatieve prestaties zonder dat de gebruiksmogelijkheden voor consumenten in het gedrang komen. Het is een prachtige zin maar het is in zekere zin ook een open deur, want er staat eigenlijk niet zo heel veel. Dat is tegelijkertijd mooi, want dan kunnen we het met z'n allen gaan regelen. In deze zich ontzettend snel ontwikkelende digitale wereld is het van belang dat we een regeling maken die zo veel mogelijk losstaat van nieuwe ontwikkelingen zodat we die ook toekomstbestendig maken. Het probleem met veel oude rapporten en gedachten is dat ze achterhaald zijn op het moment dat we aan regelgeving toekomen. Die regelgeving is op veel terreinen stil komen te liggen op dit moment. We zitten echt in een status quo en nu is het het moment om verder te gaan. Daarbij zou ik graag de grenzen willen noemen die voor de PvdA van belang zijn. Wij denken niet aan een plat strafrechtelijk of civielrechtelijk downloadverbod maar aan een model waarbij iedereen die bedrijfsmatig geld verdient aan creatieve prestaties waar auteursrechten over verschuldigd zijn, aangepakt kan worden. Ik geloof niet in het verhaal dat als je je aanbod maar voldoende stimuleert, je dan een eerlijke markt creëert. Natuurlijk moet je het aanbod zo veel mogelijk regelen, maar niet alleen dat. Of ik een film legaal of illegaal download, de kwaliteit is precies dezelfde. De illegale aanbieder kan met een prachtige site waarvanaf men vrij gemakkelijk kan streamen of downloaden, concurreren met degene die wel auteursrechten betaalt. Dat betekent dat degene die auteursrechten afdraagt, het haasje is. Kortom, wil je een eerlijke markt met een ruim aanbod, dan zal je de illegale aanbieders moeten aanpakken.
De heer Verhoeven (D66): Volgens mij bent u begonnen aan de draai van de PvdA, want ik hoor u nu spreken over aanpakken en handhaven. U zegt heel nadrukkelijk hoe het niet moet. Hoe moet dat handhaven en aanpakken volgens de PvdA dan wel gebeuren? Hoe moet die groep aanbieders van wie u vindt dat ze niet op de juiste manier opereren, volgens u worden aangepakt?
De heer Recourt (PvdA): Dat betreft allereerst de randvoorwaarden waarbinnen de PvdA wetgeving wil zien. Die wetgeving is er op dit moment niet. Dat terrein is blank. Wij gaan die wetgeving niet maken voor de staatssecretaris; wij vragen aan hem om dat voor ons te doen. Ik kan mij voorstellen dat je verdergaat op de weg van het aanpakken van het aanbod via The Pirate Bay. Uiteraard moet dat aanbod bestreden worden. Dat is één element. Het gaat om iedereen die bedrijfsmatig geld verdient aan creatieve prestaties waar auteursrechten over verschuldigd zijn.
De heer Verhoeven (D66): Dat is uitermate vaag. Globaal zijn er de afgelopen jaren binnen alle kaders die er allang zijn, twee manieren geweest waarop je dat aanpakken, zoals de heer Recourt het noemt, kunt vormgeven. Het is belangrijk om dat concreet te maken. Enerzijds is er het downloadverbod, waar de VVD nog steeds voorstander van is, zoals we zojuist hebben gehoord. Anderzijds is er de nu al bestaande mogelijkheid van blokkeren. Je kunt dat heel wenselijk vinden, maar er zijn ook door de PvdA ondertekende moties waarin staat dat dit niet wenselijk is voor toekomstig beleid. Wat vindt de PvdA van die beide wegen: een downloadverbod en blokkeren? Ik wil daarover gewoon duidelijkheid hebben.
De heer Recourt (PvdA): De keuzemogelijkheid die de heer Verhoeven geeft, deel ik niet. Anderen zeggen dat de keuze gaat tussen een downloadverbod en een thuiskopieheffing. We zijn tegen een thuiskopieheffing. Dat vinden we een slecht idee. Ik zal straks uitleggen waarom. Ook wij zijn evident voor het tegengaan van illegaal aanbod. Als er voor het tegengaan van bedrijfsmatige illegale handel extra stappen moeten worden gezet die verdergaan dan dat, dan zullen we die niet tegengaan, mits de grens in acht wordt genomen dat individuele gebruikers niet geraakt worden door de wetgeving die we van de staatssecretaris vragen.
De heer Verhoeven (D66): Het enige waarover de staatssecretaris en ik het de afgelopen twee jaar eens zijn geweest, is dat er een keuze is tussen een thuiskopieheffing en een downloadverbod. Je moet namelijk op de een of andere manier die billijke vergoeding invullen. De PvdA geeft aan tegen de thuiskopieregeling te zijn. Dan is ze dus voor een downloadverbod of voor een andere manier van zwaar handhaven. Hoe gaat de PvdA daaraan invulling geven? Dat moet wel duidelijk zijn. Als de PvdA nu ineens voor dit soort vormen van handhaven is, dan zou dat een belangrijke koersverandering van de PvdA zijn.
De heer Recourt (PvdA): Ik kan alleen maar herhalen dat wij tegen een thuiskopiestelsel zijn en dus voor een verbod op de handel in illegale content. Onze harde grens is echter dat individuele gebruikers niet vallen onder zo'n maatregel. Ik kom hierbij even terug op mijn neurievoorbeeld: als ik onder de douche een liedje van Marco Borsato zing, wil ik niet, ook al is het in de handhaving, in theorie civielrechtelijk aansprakelijk zijn voor het zingen van dat liedje. Zo zitten auteursrechten niet in elkaar en zo moet ook de wetgeving er niet uitzien.
De heer Jasper van Dijk (SP): Hoe kijkt de PvdA aan tegen een civielrechtelijk downloadverbod?
De heer Recourt (PvdA): Een civielrechtelijk downloadverbod is niet passend als dat iedereen betreft die illegaal één liedje downloadt. Een downloadverbod is dan niet zinvol, omdat je dan de individuele gebruiker raakt. Als een civielrechtelijk downloadverbod nodig is om de illegale handel tegen te gaan en als dat verbod niet op de individuele gebruiker is gericht maar kan worden beperkt tot degenen die er geld aan verdienen zonder afdrachten te doen, dan is daarover te praten.
De heer Bontes (PVV): Ook bij mij is er enige verwarring. Ik heb in deze commissie gezeten met mevrouw Smeets, een zeer deskundige PvdA-woordvoerder op dit terrein. Ze was glashelder: 100% tegen een downloadverbod. Ze heeft ook mijn motie ondertekend. Nu hoor ik iets waar je alle kanten mee op kunt. Je kunt het een halve draai of een pirouetje noemen, maar het is mij niet duidelijk.
De heer Recourt (PvdA): Ik kan alleen herhalen wat ik heb gezegd. Hoe anderen dat kwalificeren, is hun zaak. De PvdA ziet het belang van een snelle, efficiënte en tijdsbestendige regeling. De grens daarbij is dat we individuen niet raken. Die regeling moet gericht zijn. Dat is in het belang van iedereen. Ik denk dat we allemaal op die lijn zitten. Het verschil zit in het volgende. Je kunt zeggen dat die markten zich met voldoende legaal aanbod wel zullen stabiliseren en dat er dan voldoende afdracht aan de auteurs blijft. De PvdA denkt echter dat dit alleen maar gaat als je illegaal aanbod bestrijdt, want anders heb je geen eerlijke markt.
Ik ga verder met mijn betoog. Eén punt heb ik nu voldoende genoemd. Een ander punt in het eerste van de drie onderwerpen is dat het verdienmodel en de wetgeving daaromheen transparant en inzichtelijk moeten zijn. Iedere partij moet weten op welk moment moet worden betaald, auteursrechten moeten worden afgedragen en waarom. Een verschil in vergoeding of afdracht tussen verschillende creatieve prestaties – bij een film bijvoorbeeld heb je regisseurs, scenarioschrijvers, acteurs en muziekmakers – moet goed zijn uit te leggen. Je moet weten waarom, wat en aan wie je betaalt, het liefst eenduidig, op één moment in de transactieketen.
Ik ga naar het volgende onderwerpje. Met het EU-voorstel wordt een verbetering van het beheer van muziekrechten beoogd. De cbo's krijgen eisen opgelegd ten aanzien van governance en transparantie. Dat is prima. De richtlijn gaat ook over de verbetering van de auteursrechtlicentiëring van online muziekdiensten, zoals download- en streamingwebsites. Ik sla een stukje over, want wij volgen in dezen dezelfde lijn als de staatssecretaris. Ik heb nog wel een vraag over het wetsvoorstel betreffende het toezicht dat nu wordt tegengehouden in de Eerste Kamer. Dat is een prima wetsvoorstel, maar het bevat een nationale kop op de Europese richtlijn. Er wordt nu gewacht. Het is de vraag hoelang die richtlijn nog op zich laat wachten. Er is een onderdeel in het wetsvoorstel waarbij zich problemen voordoen, namelijk de ruimte die je laat voor beleggen. Op dat punt lijkt de nationale wetgeving strenger te worden dan de Europese richtlijn. Is het niet mogelijk om dat onderdeel uit te sluiten en dan toch, middels een novelle of een andere mogelijkheid, haast te maken met de behandeling van dat wetsvoorstel betreffende het toezicht in de Eerste Kamer? Het is immers onwenselijk om weer jaren te wachten met die wet.
Ik kom op het laatste onderwerp. Uit onderzoek blijkt dat het downloaden van muziek uit illegale bron afneemt, bijvoorbeeld door de opkomst van Spotify. Het illegaal downloaden van films neemt nog niet af. Ook voor games geldt dat er geen verandering is opgetreden. Het illegaal downloaden van boeken lijkt weer in opkomst. Dat lijkt vooral te maken te hebben met de compleetheid van het assortiment. Andere woordvoerders hebben daar eerder ook over gesproken. Het is op orde bij muziek en gamediensten. Nu het thuiskopiestelsel wordt uitgebreid, moeten we ons de vraag stellen of de heffing lang in stand kan blijven. De economische betekenis van de entertainmentsector is evident. Daarom moeten we meer naar modellen als dat van Spotify. Zal de uitbreiding van het thuiskopiestelsel de economische betekenis van de sector niet aantasten? In eerdere debatten hebben we benadrukt dat een nadeel van het heffingensysteem is dat er dubbele heffingen worden betaald doordat de vergoeding voor het thuiskopiëren al is verwerkt in de licentie. De staatssecretaris noemde dit eerder een risico. Kan hij dit toelichten? De staatssecretaris gaat ervan uit dat de herziening een tijdelijke regeling is. Hoe hard is dat?
Ook in Europa wordt nagedacht over een heffingensysteem. Heeft oud-Eurocommissaris Vitorino inmiddels al resultaten geboekt in zijn mediationtraject? Komt er een voorstel uit Europa?
Ik maak tot slot een algemene opmerking over de thuiskopieheffing. Die heffing is ook ongelukkig omdat we een ongedefinieerd bedrag aan een soort belastingen over de schutting van een private persoon werpen en vervolgens zeggen: deel het maar uit. Ik vind dus ook de vorm van die heffing ongelukkig. Ik hoop dat we die heffing snel kunnen afbouwen.
De heer Jasper van Dijk (SP): Voorzitter. Ik ben de vervanger van mijn collega Gesthuizen, die helaas door ziekte is geveld. Ik moet ook eerder weg. Daar is niets aan te doen.
In tegenstelling tot een aantal andere fracties is de SP wel te spreken over de uitbreiding van de thuiskopieheffing.
De voorzitter: Mijnheer Jasper van Dijk, ik moet helaas even ingrijpen. U bent namelijk geen lid van de commissie. Ik moet dus formeel aan de rest van de commissie vragen of u hier mag zitten. Ik constateer dat er geen bezwaren zijn. U mag uw betoog vervolgen.
De heer Jasper van Dijk (SP): Ik zie dat D66 nog aarzelingen heeft.
De voorzitter: D66 is coulant, dus gaat uw gang.
De heer Jasper van Dijk (SP): Jammer, anders had ik naar huis gemogen. Dank u, voorzitter. Het is heel correct dat u het zo aanpakt.
De SP is te spreken over de uitbreiding van de thuiskopieheffing, want op deze wijze krijgt de maker of de auteur de billijke vergoeding die hij of zij verdient. Maar waarom heeft de staatssecretaris wat betreft die thuiskopieheffing gekozen voor een regeling van slechts één jaar? De SONT, de Stichting Onderhandelingen Thuiskopievergoeding, heeft geadviseerd om de regeling voor drie jaar in te stellen en de Raad van State heeft te kennen gegeven dat het onwaarschijnlijk is dat er al binnen een jaar een uitspraak van het Hof van Justitie van de EU of de Hoge Raad is. Levert dit niet onnodig hoge lasten en onduidelijkheid op voor het bedrijfsleven? Moet het bedrijfsleven over een jaar opnieuw alle tarieven etc. aanpassen?
De SP is er ook over te spreken dat de staatssecretaris maatregelen neemt om besturen van collectieve beheersorganisaties aan te pakken. Wederom blijkt uit onderzoek dat maatregelen van Buma/Stemra geen waarborg vormen om ongewenste belangenverstrengeling tegen te gaan. Ook het toezicht is niet goed geregeld. Al hadden de maatregelen wat de SP betreft nog wel wat strakker gemogen, de SP is wel blij dat de regering met een AMvB de onafhankelijkheid van een cbo-bestuur gaat regelen. We vinden het positief dat in die AMvB regels komen voor klachtafhandeling en, ook heel relevant, voor de inspraak van leden bij het besteden van collectieve gelden. Kan de staatssecretaris schetsen wat voor zowel muziekaanbieders als de rechthebbenden concreet de gevolgen zullen zijn van de richtlijn inzake collectief beheer van auteursrechten en licensering van muziek online? Hoe kijkt de staatssecretaris naar die richtlijn?
Ik heb eerder wel eens het woord mogen voeren over de kwestie Buma/Stemra versus PowNews. Heeft de regering kennisgenomen van de uitspraak van de rechtbank van 24 oktober jl.? De rechtbank gaf de omroep PowNed op alle punten gelijk in de zaak waarin de omroep ex-Buma/Stemra-bestuurder Jochem Gerrits corrupt noemde toen bleek dat deze met een componist een lucratief dealtje wilde sluiten over de uitgaverechten. Het opmerkelijke is dat het College van Toezicht Auteursrechten eerder concludeerde dat er niets verkeerd is gegaan. Het college vindt namelijk dat het niet mag oordelen over personen – het vindt dat althans niet passend – maar alleen over de organisatie in haar geheel. Dat is wat mij betreft een dooddoener. Deelt de regering de mening dat dit college wel degelijk moet kunnen oordelen over individuele bestuurders van zo'n beheersorganisatie? Zo ja, gaat de staatssecretaris dat regelen? Zo nee, is de staatssecretaris het er dan mee eens dat dit college een overbodige organisatie is, die dan maar beter kan worden opgeheven? Kortom, is de regering het ermee eens dat er stevig toezicht moet zijn op deze toch soms omstreden organisaties?
De heer Bontes (PVV): Ik grijp toch nog even terug op de thuiskopieheffing. Ik ken de SP als een partij die opkomt voor de portemonnee van de kleine man. Nu wordt er met droge ogen een lastenverzwaring ingevoerd, met steun van de SP: € 5 voor je pc'tje. We brengen miljoenen en miljoenen naar de EU, die vervolgens worden doorgesluisd naar Roemenië en Bulgarije om daar het internet en de computers goedkoper te maken en de snelheid van breedbandinternet te verhogen, maar in ons land wordt het voor de mensen steeds moeilijker om een pc, een smartphone of een tablet te kopen. Waarom gaat de SP hier zo makkelijk mee om? Dat verbaast me echt, omdat zij toch altijd het beeld wil neerzetten dat zij opkomt voor de gewone man.
De heer Jasper van Dijk (SP): Die maker of die kunstenaar kan ook een kleine man zijn. Daar hoor ik de PVV nooit over. Zoals gebruikelijk is het weer één kant van het verhaal bij de PVV. Het klinkt altijd lekker: schandalig, belastingverhoging etc. We zitten hier echter gewoon met een punt. Wat doen we met de maker, de auteur van een werk? Tegen de heer Bontes zeg ik: neem eens kennis van deze geweldige nota, «ICT-nota SP», die is opgesteld door mijn collega Gesthuizen. Die nota is ongetwijfeld al uitgedeeld. O, dat is niet het geval. Dan heb ik nu wellicht een primeur. We hebben er nog een doos vol van staan. In de nota staat hoe we met dit probleem omgaan.
De heer Verhoeven (D66): Je kunt de nota ook online zetten.
De heer Jasper van Dijk (SP): Ja, dat kan, maar dan hebben we het nog niet gehad over een vergoeding. Het auteursrecht ligt bij mevrouw Gesthuizen. Maar goed, ik zei net al tegen een collega: het is een beetje vergelijkbaar met democratie, de minst slechte bestuursvorm. Bij de thuiskopieheffing willen we een billijke vergoeding voor makers en we zijn tegen een downloadverbod. Dan kom je op de uitwerking die in de nota staat. Lees vooral ook de toelichting.
De heer Bontes (PVV): Het is mooi dat de heer Jasper van Dijk opkomt voor de kleine maker en de kleine auteur, maar kan hij mij precies laten zien wat er voor hen overblijft van dat hele bedrag dat, naar rato verdeeld, naar de grote en naar de kleine jongens gaat?
De heer Jasper van Dijk (SP): Dat is een terecht punt. De SP is de laatste die zou zeggen: sluis het geld maar naar de grote jongens van deze wereld. We moeten er dus heel goed op toezien. Ik hoop dat we dat samen zo goed mogelijk kunnen doen.
De heer Bontes (PVV): Die zekerheid heeft ook de heer Jasper van Dijk van de SP niet. En toch gaat hij blind voor de thuiskopieheffing. Dat vind ik een vreemde zaak.
De heer Jasper van Dijk (SP): De PVV laat de makers sowieso als een baksteen vallen. Wij proberen in ieder geval om de makers met zo'n update van de heffing, die de staatssecretaris nu helaas voor maar één jaar toepast, tegemoet te komen.
Het overleg wordt geschorst van 15.54 uur tot 16.10 uur.
De voorzitter: Voordat ik het woord geef aan de staatssecretaris voor zijn beantwoording in eerste termijn, geef ik het woord aan de heer Oskam, die iets wil rechtzetten.
De heer Oskam (CDA): Ik ben nieuw en dan mag ik nog fouten maken, heb ik begrepen. Ik werd net door deskundigen in de zaal aangesproken op twee dingen die ik had gezegd maar die niet klopten. Het ging over de thuiskopieheffing. Ik zou gezegd hebben dat het om 600 miljoen ging, maar dat moet 60 miljoen zijn. Dat is voor het verslag. Verder werd er wat lacherig gedaan over de settopboxen. Ik deed het uit mijn hoofd. Ik dacht dat je met een settopbox niet kunt opnemen. Ik had moeten zeggen: met settopboxen maak je geen videocatalogi en je kunt er al helemaal niet mee sharen op internet. Vandaar de vraag: waarom een thuiskopieheffing op settopboxen? Dat is dan weer rechtgezet.
De voorzitter: Dank u, mijnheer Oskam, voor deze rechtzetting. Bij de beantwoording door de staatssecretaris hebben de woordvoerders recht op twee interrupties per persoon. Het woord is nu echt aan de staatssecretaris.
Staatssecretaris Teeven: Voorzitter. Ik dank de leden voor hun opmerkingen. Eind 2011 heb ik weleens gezegd dat het vijf voor twaalf is. Wat we ook doen, we hebben precies een jaar met zijn allen om iets te veranderen. Ik zeg nadrukkelijk «met zijn allen», want het betreft niet alleen de regering maar ook de Tweede Kamer. Als je de thuiskopieheffing wilt handhaven, moet er over ongeveer een jaar weer een AMvB liggen. Tussen nu en volgend jaar moeten er dus zaken veranderen.
Dit is toch wel een interessant algemeen overleg. De heer Bontes haalde in eerste termijn de motie aan die de Kamer op 20 december vorig jaar heeft aangenomen (29838, nr. 33). Ik heb het dictum daarvan nog eens goed doorgelezen. Dat luidt als volgt: «verzoekt de regering, af te zien van het downloadverbod en op zoek te gaan naar alternatieven om het legale aanbod te stimuleren». Het venijn zat niet in het tweede gedeelte van die volzin, maar in het eerste gedeelte daarvan. De meerderheid van de Kamer heeft dus uitgesproken dat het toen nog missionaire kabinet niet verder kon gaan op de ingeslagen weg. Dat is toen ook door één gedoogpartner zo naar buiten gebracht. Ik heb daar toen naar gehandeld en heb dat op dat moment ook niet gedaan.
Ik constateer, ook voor het verslag, dat er vandaag een nieuwe situatie is ontstaan. Ik heb goed geluisterd. De heer Verhoeven zei in zijn inbreng al, weliswaar niet letterlijk maar wel qua strekking, dat er nu een Kamer in nieuwe samenstelling is en dat er dus nieuwe verhoudingen zijn. Ik heb gelezen dat deze motie vandaag van tafel is en dat de regering dus voort kan gaan met het zoeken naar oplossingen, waaronder een downloadverbod. Ik zie na vandaag dus ruimte om, los van deze motie, dat onderwerp weer in de overwegingen mee te nemen.
De heer Bontes (PVV): De motie, waarmee een bepaalde lijn werd aangegeven, is destijds door een meerderheid van de Kamer aangenomen. Kan het juridisch, staatsrechtelijk dat die nu van tafel is? Klopt het wel wat de staatssecretaris zegt? Ik plaats daar vraagtekens bij.
Staatssecretaris Teeven: Ik wil het best staatsrechtelijk in de goede bewoordingen doen. Als de regering een lijn kiest die niet in overeenstemming is met die motie, dan kan de Kamer mij roepen en zeggen dat de regering handelt in een lijn die niet in overeenstemming is met de motie van 20 december. De Kamer in nieuwe samenstelling zal dan beoordelen of de regering in strijd handelt met wat de Kamer in nieuwe samenstelling wenst.
Er is vandaag een nieuwe situatie ingetreden wat dit betreft. Ik heb goed geluisterd naar de inbreng van alle woordvoerders. Ik heb ook goed geluisterd naar wat de heer Recourt zei, met alle kanttekeningen en mitsen en maren. Die vormen tegelijkertijd ook de beperking. Dat realiseer ik me heel wel. Ik vat het als volgt op. De heer Recourt moet me maar onderbreken als ik het niet goed zeg. Als ik een oplossing zoek in de vorm van een civielrechtelijk downloadverbod, dan moet dat niet zo breed zijn dat daaronder ook alle illegaal downloadende individuen vallen. De heer Recourt zegt dat zo'n verbod moet zijn gericht op degenen die het bedrijfsmatig aanbieden en afnemen op illegale wijze mogelijk maken en dat niet alle willekeurige individuele gebruikers het slachtoffer van zo'n verbod mogen worden. Dat is een denkrichting die vanaf 20 december 2011 niet meer mogelijk was. Ik wil dat toch wel even markeren.
De heer Verhoeven (D66): De staatssecretaris is heel duidelijk over datgene waarover de heer Recourt in mijn ogen juist nog heel onduidelijk was. Eigenlijk zegt de staatssecretaris: er is nu een meerderheid voor mijn oude plan ontstaan, en daarover zal eerst een richtinguitspraak, een motie of wat ook komen om de PvdA te dwingen om duidelijkheid te bieden. Gaat de staatssecretaris nu direct door met het oude plan? En hoe verhoudt zich dat tot de thuiskopie-oplossing die hij gekozen heeft?
Staatssecretaris Teeven: Nee, want ik heb goed geluisterd naar wat de heer Recourt heeft gezegd. Dat is naar mijn mening iets wezenlijk anders dan datgene waarmee ik in het voorjaar van 2011 ben gekomen. Ik zal mijn plannen op dat punt dus wel moeten aanpassen. Ik heb uit de woorden van de heer Recourt echter ook het volgende goed verstaan: er moet een correctiemogelijkheid zijn, willen we tot nieuwe verdienmodellen komen, maar de PvdA-fractie kiest daarbij niet voor een thuiskopieheffing. De heer Verhoeven weet dat die ook nooit mijn keuze is geweest. Ik word daartoe gedwongen door de schadeplichtigheid van de Nederlandse Staat. Niemand heeft er wat aan als we nog meer moeten bezuinigen doordat ik mijn werk niet goed doe en niet goed oplet wat er aan Europese regelgeving bestaat. Spanje bijvoorbeeld heeft al moeten betalen.
Als ik dit allemaal in ogenschouw neem, moet ik zeggen dat op dit moment de afkeer voor de thuiskopievergoeding bij de heer Recourt en zijn fractie net zo groot is als bij de regering. Tot nu toe moesten we dealen met de situatie zoals die er is, maar nu zijn er weer mogelijkheden om ook naar andere oplossingen te zoeken. Zo heb ik het verstaan, niet meer en niet minder.
Ik maak het even helemaal af voor de heer Verhoeven. Een en ander betekent dat ik met plannen, ideeën en, werkend langs de lijn die ik al in het voorjaar van 2011 van plan was, met wetgeving zal komen. Ik zal die ook met de Kamer bespreken om te bezien hoe die correctiemogelijkheid ten behoeve van het nieuwe verdienmodel eruit moet komen te zien. Dat nieuwe verdienmodel willen we allemaal. Daarover zijn de heer Verhoeven en ik het volstrekt eens. Daarover verschillen zijn fractie en de regering niet van mening. Ik heb goed geluisterd. De regering was in het voorjaar van 2011 niet op het goede spoor, zo heb ik de PvdA-woordvoerder verstaan. Volgens hem zijn de mogelijkheden er wel, maar moeten die beperkter, en kan het niet zijn ... Nou ja, hij heeft dat voorbeeld zelf genoemd. Ik ga het niet allemaal herhalen. Ik heb in ieder geval goed naar hem geluisterd. Mijn inzet voor het komende jaar is dat we nadenken over de modellen, bekijken of we ergens kunnen komen en bezien of het mogelijk is om te voorkomen dat we opnieuw een AMvB moeten slaan, namelijk over de thuiskopie per 2014.
De heer Verhoeven (D66): Ik wil graag één concrete vraag aan de staatssecretaris stellen over het komende wetsvoorstel, namelijk over de correctie, de handhaving. Zit daar een vorm van downloadverbod in? Dat heb ik de staatssecretaris niet onomwonden horen zeggen, maar dat wil ik toch graag van hem weten.
Staatssecretaris Teeven: In het vorige algemeen overleg over dit onderwerp, dat wij in 2011 hebben gevoerd, heb ik al gezegd dat ik opensta voor alle oplossingen. De heer Verhoeven heeft het echter zelf al gezegd in zijn inbreng: wij zijn het nooit eens geweest over het correctiemodel. De heer Verhoeven is een voorstander van het heffingenmodel, ik ben dat niet. Ik zal in eerste instantie dus niet zoeken naar een oplossing waar een thuiskopieheffing in zit. Dat is nooit het voornemen geweest. Ik heb goed geluisterd naar de Kamer vandaag. De fracties van de VVD, het CDA en de PvdA hebben heel duidelijk een wens uitgesproken, zij het dat de PvdA-fractie dat heeft gedaan met allerlei nuances en mitsen en maren. Ik tel dus een meerderheid. De partij van de heer Bontes maakt helemaal geen keuzes. Dat is voor mij geen optie.
De heer Verhoeven (D66): De staatssecretaris is altijd heel duidelijk. Ik wil het hem dan ook graag een keer duidelijk horen zeggen. Ziet hij een meerderheid van VVD, CDA en PvdA voor een variant van een downloadverbod?
Staatssecretaris Teeven: Een aantal van de woordvoerders heb ik duidelijk horen zeggen dat nieuwe verdienmodellen er niet zomaar komen. Die visie is een stuk realistischer dan de visie die ik van de commissie in de oude samenstelling heb gehoord. Wat ik hier nu hoor, is echt een verandering ten opzichte van vorig jaar. Je kunt wel praten over nieuwe verdienmodellen, zoals sommigen van de vertegenwoordigers doen, maar als er geen correctiemodel is, ga je niet betalen als je het gratis kunt krijgen. Zo simpel is het. Er moet dus een correctie zijn. Dat kan een civielrechtelijk downloadverbod zijn. Dat kan geen verrassing zijn voor de heer Verhoeven. Ik heb stilgezeten omdat ik stil moest zitten, omdat het kabinet demissionair was. Ik heb stilgezeten tot er een nieuw regeerakkoord was. Daarin is dit echter niet geregeld. Daarom was ik heel geïnteresseerd toen ik de agenda van het overleg van vandaag zag. Ik dacht: waar gaan wij heen? Het is mij nu een beetje duidelijk welke kant ik word opgestuurd door een meerderheid van de commissie.
De heer Recourt (PvdA): Het gesprek gaat veel over wat ik gezegd heb. Ik zal daarover helderheid geven, voor zover deze er nog niet was. De PvdA ziet dat er een regeling moet komen. Het ligt nu stil. Wij zien niets in een regeling met een thuiskopieheffing. Die moet afgelopen zijn, op zo kort mogelijke termijn. Wij zoeken het in een legale download. Dat vinden wij belangrijk. Wij zijn echter niet zo naïef om te zeggen dat het probleem is opgelost bij voldoende legaal aanbod. Ik gaf al het voorbeeld van de Nederlandse film, maar het geldt ook voor het e-boek. Een beter aanbod van e-boeken zal zeker het legale downloaden daarvan doen toenemen, maar als je voor minder geld een even technisch perfect boek kunt downloaden, waarom zou je dan meer betalen? Kortom: je moet aan bestrijding doen als je het leeghalen voor elkaar wilt krijgen. Waar ligt de grens? Een regeling moet gericht zijn op degenen die er geld aan verdienen, dus niet op de individuele burgers. Zij moet gelden voor het bedrijfs- of beroepsmatig aanbieden van werken waar auteursrecht op rust en waarover vervolgens geen auteursrechten worden afgedragen. Hoe moet je dat doen? Die opdracht geven wij aan de staatssecretaris. Wij sluiten niets uit. Laten wij het land regeren, ook op het belangrijke terrein van auteursrechten. Wij moeten niet in een dogmatische status quo blijven hangen.
Staatssecretaris Teeven: Ik heb hierop geen reactie. Ik ben het eens met de woorden van de PvdA-woordvoerder, dus mij past stilte.
De voorzitter: Ik zie dat de heer Bontes wil interrumperen. Ik wijs hem erop dat dit zijn tweede en laatste interruptie is.
De heer Bontes (PVV): Ik wil interrumperen omdat de staatssecretaris begint te draaien. Dat ben ik niet gewend van hem. Het woord wilde er eerst niet uitkomen, maar is er uiteindelijk wel uitgekomen. De staatssecretaris is voor een downloadverbod. Hij wordt daarin gesteund door de PvdA. Er komt dus een downloadverbod. Die keuze is nu gemaakt. Dat wil ik even vastgesteld hebben. De staatssecretaris verweet mij dat mijn partij geen keuze maakt. Dat deed hij in eerste instantie zelf ook niet, maar op het laatst werd hij duidelijk: er komt een downloadverbod. De PvdA gaat daarin mee. We hadden niet anders verwacht in deze constructie, maar het is wel een breuk binnen de lijn van de PvdA, met hetgeen waarvoor mevrouw Smeets altijd gevochten heeft. Er komt een downloadverbod. Dat is mijn conclusie.
Staatssecretaris Teeven: Dit was geen vraag aan mij. We moeten voort, maar we moeten ook de feiten vaststellen in deze commissie. Ik wijs de heer Bontes erop dat de PvdA ook heeft deelgenomen aan de werkgroep van de commissie-Gerkens, waar ik zelf als Kamerlid ook aan heb deelgenomen. Daar zat echt een lijn in. Volgens de heer Bontes heeft mevrouw Smeets, het Kamerlid dat hij net noemde, voor iets anders gevochten, maar de lijn van de commissie-Gerkens is altijd duidelijk geweest. Ik heb vanmiddag het voorrecht gehad om van gedachten te wisselen met de toenmalige voorzitter om een paar dingen nog even helder te krijgen. De lijn is altijd duidelijk geweest. Je kunt het kabinet noch de vertegenwoordiger van de PvdA-fractie verwijten dat zij geen duidelijkheid geven, zo zeg ik tegen de heer Bontes. Dat kun je de PVV wel verwijten. Die kiest helemaal nergens voor en maakt geen enkele keuze. Dat is geen verwijt, maar een constatering. Ik constateer dat de PVV ervoor zorgt dat de Staat aansprakelijk wordt voor grote bedragen doordat er niets wordt geregeld. Die keuze kun je niet voorstellen. We moeten de feiten wel noemen zoals ze zijn. Ik respecteer de heer Bontes zeer, maar deze weg kunnen we niet opgaan.
Voorzitter. Ik denk dat wij het erover eens zijn dat het auteursrecht onontbeerlijk is, zowel voor de creatieve prestaties als voor de economie, die ervan profiteert. Ik heb mijn visie uiteengezet. Ik zal dus niet opnieuw een brief sturen. Daar vraagt de commissie gelukkig ook niet om. Ik wil mijn visie nog wel een keer kort uit de doeken doen. Langs welke lijnen zou een en ander moeten gebeuren? Daarover heeft de commissie vragen gesteld. Ik zal zelf natuurlijk geen verdienmodellen ontwikkelen. Dat is aan de industrie, dat zie ik niet als taak voor de overheid. Verdienmodellen moeten natuurlijk wel worden gesteund door een wettelijk kader. De wet moet de verdienmodellen niet in de weg zitten. Het kader zal aan een aantal eisen moeten voldoen. Het moet technologieneutraal zijn; toekomstbestendig noemen we dat vaak. Het moet legaal aanbod stimuleren en illegaal aanbod bestrijden. Ik ben blij dat daar vandaag ruimte voor gekomen is. Het moet rechthebbenden de instrumenten geven om die rechten af te dwingen. Gebruikers moeten weten waar zij aan toe zijn, waar zij voor betalen en waar het geld aan besteed wordt. Dat is allemaal niet nieuw. Over het kader zijn wij het volgens mij wel eens. Over de vraag langs welke weg we het nieuwe verdienmodel moeten bereiken, zijn het kabinet en een deel van het parlement het echter niet eens.
Ik kom op de opmerkingen die de leden Verhoeven en Van Dijk in eerste termijn hebben gemaakt. Globaal zijn er twee oplossingsrichtingen. Er is een collectieve lijn en er is een individuele lijn. Bij de beantwoording van de vragen zal ik de nuances aangeven, maar ik wil deze beide richtingen nu even zonder nuances schetsen. Het radiomodel is een collectieve oplossing. De auteur wordt verplicht om de rechten collectief uit te oefenen. Hij krijgt in ruil daarvoor een vergoedingsrecht. Als een muziekdienst een licentie heeft verkregen, moet de volgende muziekdienst die licentie onder dezelfde voorwaarden kunnen krijgen. Het verdienen zit hem in de vergoeding en niet in de economische keuze van de rechthebbende om het wel of niet te gunnen. In die zin is het meer een afnamemodel dan een verdienmodel. Aan dit collectieve model zitten ook juridische haken en ogen. De auteursverdragen staan immers slechts heel beperkt toe dat de rechten van de auteur worden beperkt door zo'n dwanglicentie, zoals deze ook wel wordt genoemd. Dat is niet zo gek, want het gaat om eigendomsrechten. Als je voor dit model kiest, passen daar thuiskopieheffingen bij. Daarover zijn de heer Verhoeven en ik het eens. De uiterste vorm van een collectief model – daar heeft de heer Verhoeven in behandelingen van eerdere wetsvoorstellen al eens op gewezen – is een opslag op het internetabonnement, waarbij alle vormen van up- en downloaden worden gecompenseerd door een collectieve vergoeding. Dat is het Noorse model. Het geeft makers meer zekerheid over hun inkomsten, maar het leidt ook tot nieuwe exploitaties.
De andere weg waar wij voor kunnen kiezen en waar ik meer een voorstander van ben, is de individuele oplossing. Deze is gebaseerd op licenties. In dit model bepaalt de rechthebbende of hij toestemming geeft voor het gebruik van zijn werk. In dit model zijn er geen forfaitaire heffingen. De markt doet zijn werk. Kwaliteit levert geld op, maar je weet niet hoeveel. Bij dit model zijn er ook tal van problemen, maar die liggen vooral op het economische vlak. Bepaalde exploitanten hebben marktmacht en kunnen exploitatie tegenhouden. Legaal aanbod kan ook versnipperd raken omdat men zelf wil exploiteren. Wat is het probleem van de thuiskopie? Internet gaat uit van het licentiemodel: zelf aan de man brengen en zelf verdienen. Daar wringt de schoen, want door een thuiskopie bij internetgebruik wordt het collectieve afnamemodel met heffingen gehandhaafd en het verdienen ontmoedigd. Er wordt immers al betaald. Er komen dus minder alternatieve modellen tot stand, want je gaat niet betalen voor licentiegebruik als je al een heffing hebt betaald. Voor een thuiskopie van internet geldt de volgende keuze: een collectief model met heffingen of een individueel licentiemodel waarbij je moet betalen voor downloaden. Kies je voor een collectief model, dan komen er waarschijnlijk geen nieuwe verdienmodellen; die zie ik zich dan niet snel ontwikkelen. Kies je voor een individueel licentiemodel, dan moet je betalen voor downloaden. Binnen die visie moet de auteur dit ook kunnen afdwingen. Dan geldt dus een verbod op downloaden zonder betalen, met alle restricties die ik vandaag duidelijk heb gehoord van een meerderheid van de Kamer.
Hoe het ook zij, licentiegebruik moeten we stimuleren. We moeten dus ook de grensoverschrijdende licenties gaan bevorderen. Dat kan alleen via de Europese Unie. Daarom is het goed dat hier nu een voorstel ligt. Daarover zijn nog veel vragen aan de Unie. Transparantie gaat echter ook over het beheer van de licentie, dus over de cbo's. Gebruikers moeten één loket hebben. Dat is in het wetsvoorstel toezicht geregeld via het amendement van de heer Taverne over één factuur. Iemand die het beheer van de licentie overdraagt, moet weten hoe een cbo met zijn rechten omgaat, wat de dienst hem kost en waar hij met zijn klachten terechtkan. Ik zal de vragen van de commissie in het licht daarvan beantwoorden.
Een volgend punt is de verbetering van de onderhandelingspositie van de auteur als licentiegever. De positie van schrijvers, filmmakers en componisten moet worden versterkt via het wetsvoorstel auteurscontractenrecht. Ik zal daar zelf aan meewerken, maar ik doe ook een oproep aan de leden van de commissie, om vooral met hun vertegenwoordigers in de senaat te spreken over de voortgang van de behandeling van het wetsvoorstel toezicht. We kunnen natuurlijk op Europa wachten, maar we kunnen ook gewoon zelf een stap naar voren zetten en proberen het zelf te regelen. Als er dan een probleem is met een nationale kop – ik kom daar straks op terug – dan moeten we dat proberen op te lossen. Als er echter in de Tweede Kamer een meerderheid is om dat probleem in het wetsvoorstel op te lossen, dan zijn ook daarvoor mogelijkheden. Ik zal er van mijn kant alles aan doen om ervoor te zorgen dat we ook het wetsvoorstel auteurscontractenrecht zo snel mogelijk kunnen bespreken.
De heer Bontes heeft gevraagd wat er is gebeurd om legale modellen te stimuleren. Ik denk dat het aan de markt is om nieuwe diensten en producten te ontwikkelen. Als er knelpunten zijn voor legaal aanbod, moeten die worden weggenomen. Ik zet daarbij wel in op de samenwerking binnen Europa, want ik zie werkelijk geen mogelijkheid om dit zonder Europa te doen. Een bekend knelpunt voor nieuwe innovatieve diensten is bijvoorbeeld het sluiten van grensoverschrijdende licenties. Daarom ben ik blij met het richtlijnvoorstel dat het sluiten van grensoverschrijdende licenties voor muziek gaat vereenvoudigen.
De heer Bontes heeft ook gevraagd waarom het nodig is om de nieuwe heffingen in te voeren. Waarom wachten we niet totdat er in cassatieberoep is beslist? Ik wijs erop dat op 1 januari 2013 het bestaande stelsel met thuiskopieheffingen volledig afloopt. Nederland wordt dan schadeplichtig, omdat rechthebbenden op dat moment totaal niet meer worden gecompenseerd. Ik wijs ook op de uitspraak in de zaak tegen Spanje, waarna Spanje in soortgelijke situaties terecht is gekomen en de verplichtingen heeft afgekocht. Daar willen wij niet in terechtkomen. Wij willen niet dat belastinggeld op die manier over de balk wordt gegooid. Als de regering dat voorziet, moet zij daar zuinig mee zijn. Dat is ook altijd het standpunt geweest van de PVV-fractie: met belastinggeld moet je zuinig omgaan. Al is die cassatieprocedure dus in de beginfase, ik kan daar niet op wachten. Daarom kom ik met de AMvB, ondanks mijn grote weerstand tegen thuiskopieheffingen, die ik deel met een aantal woordvoerders.
Waarom komt er een vergoeding voor illegaal downloaden? In Nederland is het downloaden uit illegale bron vooralsnog toegelaten. Dat betekent dat privékopieën uit die bron ook toegestaan zijn. Dan moet er dus een billijke vergoeding worden opgebracht. Dat is niet gek, want anders krijgt de rechthebbende niets terwijl hij wel een product heeft gemaakt. In het normale handelsleven vinden we het heel normaal om het niet toe te staan, dus waarom hier niet?
De heer Recourt heeft gevraagd of oud-Eurocommissaris Vitorino inmiddels resultaten heeft geboekt in het mediationtraject. Komt er nu een voorstel uit Europa? De heer Vitorino onderzoekt de verschillen tussen de thuiskopiestelsels van de EU-lidstaten en de gevolgen daarvan voor de interne markt. Hij onderzoekt ook de thuiskopie-uitzondering die op dit moment bestaat. Past die in haar huidige vorm nog wel binnen de digitale vormgeving? Hij zal op basis van zijn gesprekken met een aanbeveling komen. Eerder dit jaar heeft hij aangegeven dat we zijn aanbeveling rond deze tijd kunnen verwachten, maar ik heb nog geen signaal gekregen dat die aanbeveling er daadwerkelijk aan zit te komen.
De heer Bontes en de heer Oskam hebben gevraagd wat ik vind van het PwC-onderzoek, waaruit een lagere schade voor rechthebbenden naar voren komt. Moeten de heffingen dan ook lager? Hoe zit het met de schadeberekening? De hoogte van de heffingen is een belangrijk onderdeel van de dagvaarding die ik heb mogen ontvangen van de vertegenwoordigers van de industrie. Ik had die dagvaarding liever niet gekregen. Ik was liever doorgegaan in de lijn van het werk waar we voor stonden, maar het is zoals het is. Ik kan dus ook niet op de zaak ingaan, omdat die onder de rechter is. Ik wijs er wel op dat het Hof van Justitie heeft bepaald dat billijke compensatie een autonoom begrip is dat in alle lidstaten uniform zou moeten worden uitgelegd. Uit het Europese recht en de jurisprudentie van het Hof volgt niet dat er een simpele rekenmethode is om de schade te bepalen. Er is in Nederland dus al jarenlang discussie over de vraag op welke grondslag je die billijke compensatie moet berekenen. Er lopen nog steeds procedures. Het is bijzonder om te constateren dat de industrie zegt dat ik de compensatie te hoog stel, terwijl de makers en de rechthebbenden zeggen dat ik haar te laag stel. Ik ben natuurlijk een beetje afgegaan op conclusies die de heer Pastors heeft getrokken binnen de SONT. Het is jammer dat niet alle partijen daarover op elk moment hebben meegepraat binnen de SONT. Dan was er wellicht een andere uitkomst geweest. Ik zit echter wel met de constateringen die de heer Pastors heeft gedaan. Op grond daarvan zijn we gekomen tot de AMvB.
De heer Bontes heeft gevraagd naar de lasten voor het bedrijfsleven. Het bedrijfsleven moet de heffingen opbrengen, met de mogelijkheid van doorbelasting aan de consument. Daarover kunnen werkafspraken worden gemaakt met Stichting de Thuiskopie. Veel van de bedrijven die de heffingen moeten opbrengen, opereren al internationaal en hebben in andere landen ervaringen met vergelijkbare heffingsstelsels. Als wij in Nederland heffingen invoeren is dat voor bedrijven dus geen geheel nieuw verschijnsel dat een enorme last met zich brengt. Er zijn meer landen die het door mij niet zo gewaardeerde thuiskopieheffingenstelsel kennen.
De heer Bontes heeft verder gevraagd of de regeling niet tot grote problemen leidt voor bedrijven die apparaten doorvoeren via Nederland, aangezien Stichting de Thuiskopie de heffing bij import oplegt. De verplichting tot betaling van de thuiskopievergoeding ontstaat op het tijdstip van invoer. Dat blijkt ook uit de Auteurswet. Stichting de Thuiskopie biedt fabrikanten en importeurs een incasso-overeenkomst aan die het mogelijk maakt om de betalingsplicht door te schuiven naar het moment waarop de vergoedingen worden doorberekend aan de afnemers. Importeurs hoeven de vergoeding dus niet meer voor te schieten. Bij doorvoer is de handelaar die een incasso-overeenkomst met Stichting de Thuiskopie heeft gesloten dan ook geen heffing verschuldigd. Dat is het concrete antwoord op de vraag wat er gebeurt met de doorvoer via de haven in Rotterdam. Wel moeten de import en export ter informatie en controle aan Stichting de Thuiskopie worden opgegeven. Die informatieverplichting volgt ook uit de Auteurswet.
De heer Oskam heeft gevraagd of btw moet worden betaald over de thuiskopieheffing. Anderen hebben daar ook opmerkingen over gemaakt. De heffingen in de bijlage bij de AMvB zijn exclusief btw. Die btw wordt geheven over de consumentenprijs van het voorwerp in kwestie, dat wil zeggen inclusief de heffing. Onder de huidige thuiskopieregeling zijn de heffingen op blanco schijfjes exclusief btw en gaat er nog btw overheen. De nieuwe regeling brengt op dat punt dus geen verandering.
De heer Oskam heeft gevraagd of het Adviescollege toetsing administratieve lasten om advies is gevraagd. Dat is niet gebeurd. Het is niet verplicht, maar het is ook niet gebeurd omdat er in de SONT door de heer Pastors en de zijnen uitgebreid aandacht is besteed aan de gevolgen voor de markt. Ik heb dat nog even gecheckt bij de heer Pastors. De lasten zijn door de SONT dus meegewogen in de regeling.
De heer Van Dijk heeft gevraagd waarom ik heb gekozen voor een jaar in plaats van drie jaar, hoewel anders was geadviseerd. Moeten bedrijven volgend jaar alles opnieuw aanpassen? De Europese Commissie bekijkt of het nodig is om het thuiskopiëren op Europees niveau te reguleren. Door de Hoge Raad zijn ook prejudiciële vragen gesteld over dit onderwerp en de technologische ontwikkeling gaat in razend tempo verder. Daarom wil ik volgend jaar als het moet, maar liever niet, bekijken of die regeling nog steeds passend is. De Kamer heeft mij het signaal gegeven dat we een andere richting moeten zoeken, en dat ga ik met gezwinde spoed doorzetten, zoals de Belgen dat noemen. Ik zal de Kamer ook informeren over andere oplossingen die ik zie, want het is mij duidelijk dat ik daarnaar moet gaan zoeken.
De heer Verhoeven heeft gevraagd of ik voorstander ben van het radiomodel voor extended collective licensing. Zoals toegezegd heb ik het voorstel van de heer Verhoeven om het radiomodel uit te breiden naar de online-omgeving onder de aandacht gebracht van de Europese Commissie. Zoals ik van de heer Verhoeven begrijp, gaat het radiomodel uit van verplicht collectief beheer. Dat is echter uitsluitend toegestaan indien internationale verdragen daartoe de mogelijkheid bieden. Voor radio-uitzending is in internationale verdragen een grondslag te vinden, maar voor de terbeschikkingstelling in de online-omgeving op dit moment niet. Dat is een van de redenen, maar niet de belangrijkste reden, waarom ik het radiomodel niet als oplossing zie. Ik heb in mijn inleiding ook gezegd dat het radiomodel een principiële keuze is voor een collectieve oplossing en tegen een licentiemodel, waarin de markt bepalend is. Om die reden kies ik dus ook niet voor dat model. Ik heb vandaag gehoord dat de Kamer daar in meerderheid hetzelfde over denkt.
De heer Taverne heeft gevraagd of ik nog kom met een wetsvoorstel voor een downloadverbod. De AMvB die nu voorligt, is er om ervoor te zorgen dat Nederland ook na 1 januari 2013 aan de richtlijn blijft voldoen. Ik heb vorig jaar echter wel gesproken over de wetgeving rondom downloaden. Ik heb ook heel goed begrepen wat de bedoeling is. De heer Taverne heeft dit eerder al eens ter sprake gebracht, maar ik heb ook van de heer Recourt begrepen dat de positie van de kleinschalige downloader een zeer belangrijk punt zal worden in de komende wetgeving. Ik ben van plan om de Kamer bij die wetgeving mee te nemen, zodat op elk moment tijdige correctie mogelijk is en we binnen het jaar blijven dat ik aan het begin van mijn inbreng heb geschetst. Ik ben blij dat we deze constructieve mogelijkheid nu daadwerkelijk kunnen gaan verkennen.
De heer Taverne en de heer Oskam hebben mij gevraagd om te schetsen welke waarborgen ik wil in een regeling waarin sprake is van een downloadverbod. Ik denk dat dit ook impliciet de vraag is in de inbreng van de heer Recourt. Ik heb aangegeven dat er goede waarborgen moeten zijn. Dat betekent bijvoorbeeld dat persoonsgegevens niet zomaar door internetproviders mogen worden verstrekt, en dat er bij een licentie-inbreuk niet zomaar verstrekking is van naw-gegevens. Ik heb goed geluisterd naar de inbreng van de leden. De neiging is dat met het wetsvoorstel waarmee ik moet komen geen naw-gegevens van kleine gebruikers verstrekt zullen worden. De eerste actie van handhaving moet gericht zijn op degenen die exploiteren en bedrijfsmatig actief zijn. Ik vind ook dat de handhaving gericht moet zijn op degenen die geld verdienen door grote inbreuk te maken op het auteursrecht. Daarop moeten wij ons richten.
Er zijn nog wat vragen gesteld over de cbo's. De heer Bontes vraagt of het probleem van de belangenverstrengeling goed wordt afgedekt met de AMvB. Ik vind dat iedere cbo goede regels voor belangenverstrengeling moet hebben. Naar mijn mening wordt daarover nog wel eens wat lacherig gedaan binnen de organisaties van de cbo's. Ik zal een en ander gaan regelen in de AMvB. Daarmee is niet gegarandeerd dat het niet meer voorkomt, maar wordt wel duidelijk hoe een cbo met een dergelijke situatie moet omgaan. De sector zou er in elk geval veel aan hebben als snel wordt voortgegaan met het wetsvoorstel toezicht dat in de Eerste Kamer voorligt. Zodra dat is aangenomen, zijn de handhavingsmogelijkheden beter. Dan kan er beter worden gehandhaafd. Ik ga er overigens van uit dat de cbo's begrijpen, na alles wat hierover in de Kamer is gewisseld, dat het de politiek qua handhaving echt ernst is op dit punt.
De heer Verhoeven vraagt of het toezicht goed functioneert en op welke manier dat verbeterd kan worden. Het verbeteren van het toezicht op de cbo's heeft onverminderd mijn aandacht. Op onderdelen ben ik afhankelijk van het wetsvoorstel en ik verzoek de heer Verhoeven dan ook om zijn partijgenoten in de Eerste Kamer op te roepen tot een spoedige behandeling. Ik denk dat iedereen daarbij gebaat is; geen onnodige vertraging. De regering zal er alles aan doen om onnodige belemmeringen op te heffen.
De heer Oskam vraagt waarom ik meer flexibiliteit wil in het systeem van de uitzonderingen. Hij vraagt wat ik ga doen met het SEO-rapport dat hij aanhaalde. De huidige limitatieve lijst van uitzonderingen biedt weinig flexibiliteit om aan te sluiten op digitale ontwikkelingen. Er is behoefte aan een lijst die «future proof» is en technologieneutraal. Dat bleek ook uit de internationale conferentie die begin dit jaar is georganiseerd in Den Haag. Het is ook bevestigd in een onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van EL&I. Het rapport daarvan is onlangs naar de Kamer gestuurd. Ik verwacht begin 2013 het tweede deel van het advies van de Commissie Auteursrecht. In het vroege voorjaar kom ik vervolgens met een beleidstandpunt.
De heer Van Dijk heeft opgemerkt dat het College van Toezicht Auteursrechten moet kunnen ingrijpen bij het disfunctioneren van de individuele bestuurder. Volgens mij gaat het hem niet om het disfunctioneren van een individuele bestuurder maar om het goed functioneren van de cbo als geheel. Het toezicht van het College zal daarop gericht zijn. Dat is daar al op gericht, maar dat kan zich in versterkte mate daarop richten op het moment dat het wetsvoorstel kracht van wet krijgt. Onderdeel daarvan is de vraag hoe de organisatie omgaat met disfunctionerende bestuurders. Ik zal dat scherp in de gaten houden. Dat gebeurt uiteraard ook door het College van Toezicht. Het kabinet kijkt daar samen met het College naar. Ik zie de heer Holtslag, voorzitter van het College, die op de tribune zit, niet nee schudden, waaruit ik opmaak dat hij mijn woorden ondersteunt.
De heer Van Dijk vraagt wat de concrete gevolgen van de richtlijn zijn voor muziekaanbieders en rechthebbenden. Het richtlijnvoorstel bestaat uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel ziet op de versterking van het interne toezicht. Op dat punt is er een overlapping met het wetsvoorstel toezicht. Het tweede onderdeel ziet op de multiterritoriale licentie. Daarmee kan een pan-Europese licentie worden uitgegeven voor online gebruik. Dat zal de heer Bontes niet positief in de oren klinken. Nederland verwelkomt het voorstel maar heeft nog wel vragen over de effecten van die licenties. Ik zei al dat de heer Bontes hierover wel wat te zeggen zou hebben, maar hij heeft zijn twee interrupties al verbruikt.
De heer Recourt sprak over het verminderen van de nationale kop om het wetsvoorstel toezicht weer vlot te trekken. De Eerste Kamer heeft laten doorschemeren dat het beleggingsverbod te ver gaat. Het richtlijnvoorstel gaat namelijk minder ver. De Kamer vindt dat dit gevolgen kan hebben voor de positie van de Nederlandse cbo's. Het probleem is een beetje dat de Eerste Kamer die mening is toegedaan, maar de meerderheid van de Tweede Kamer in oude samenstelling zeer hechtte aan dat beleggingsvoorstel. Ik doe dat zelf ook. Ik hecht echter ook aan een snelle afhandeling van dat wetsvoorstel. Eventueel is het mogelijk om de inwerkingtreding van dit onderdeel van het wetsvoorstel aan te houden in afwachting van de verdere ontwikkeling rond het richtlijnvoorstel vanuit Europa. Dat zou het mogelijk maken om met de rest van het wetsvoorstel door te gaan terwijl het onderdeel waar de meerderheid van de Tweede Kamer in de oude samenstelling, maar ik zelf ook, zeer aan hechtte, geparkeerd wordt tot er meer bekend is uit Europa. Dat zou een manier kunnen zijn om hiermee om te gaan. Dan hoef ik niet met een novelle terug te komen. Dan zou de inwerkingtreding per artikel mogelijk worden. Dit onderdeel wordt dan op een later tijdstip al dan niet ingevoerd. Ik hoor graag wat de leden van deze Kamer daarvan in tweede termijn vinden.
Hiermee heb ik alle vragen beantwoord. Ik ben zeer blij met de constructieve opstelling van verreweg de meeste leden van de Kamercommissie. Ik hoop dat wij de tijd van evalueren en niet-reageren nu hebben gehad en overgaan naar een tijd van ageren en acteren. Ik vind het een voorrecht om op dit onderdeel te mogen regeren. Ik ben blij met de kritische opstelling van de commissie. Ik hoop dat zij het goed volgt want dan kunnen wij op tijd bijsturen.
De voorzitter: Wij komen nu bij de tweede termijn. De leden hebben twee minuten spreektijd.
De heer Taverne (VVD): Voorzitter. Ik dank de staatssecretaris voor zijn uitvoerige antwoorden. Ik constateer dat misschien toch de tijd gekomen is van meer duidelijkheid en het nemen van besluiten die het auteursrecht zullen moderniseren en vooruit zullen helpen. Partijen die baat hebben bij het auteursrecht zullen in de gelegenheid worden gesteld om dat in de praktijk te effectueren.
De VVD-fractie zal zeer nauwlettend in de gaten houden welke waarborgen in het wetsvoorstel worden opgenomen om de kleinere gebruikers niet te raken. Dat is belangrijk. Juist vanwege de geschiedenis van dit dossier, waarbij wij voortdurend ingehaald lijken te worden door technische ontwikkelingen of juridische ontwikkelingen buiten dit huis, in de vorm van jurisprudentie en lopende rechtszaken, vraag ik de staatssecretaris hoe hij aankijkt tegen de houdbaarheid van het te ontwikkelen wetsvoorstel, mede in het licht van twee zaken die in Luxemburg voorliggen en ingaan op de vraag in hoeverre een downloadverbod überhaupt bestaat en of dat mogelijkerwijs effect kan hebben op het nu aan te vangen traject.
De heer Bontes (PVV): Voorzitter. Ik betreur het dat de nieuwe politieke situatie er zeer waarschijnlijk toe zal leiden dat mijn motie tegen een downloadverbod van tafel gaat. Dat is de realiteit, maar ik betreur dat. Er wordt uitgegaan van een maakbaarheid die ik niet liberaal vind. Ik begrijp ook niet dat liberale partijen hiervan voorstander kunnen zijn. Er wordt echt uitgegaan van een maakbaarheid waarvan de vraag is wat er in de praktijk gaat gebeuren. Gaat dit werken? Is dit realistisch? Word je niet continu door de techniek ingehaald? Ik zet dus echt vraagtekens bij wat dat in de praktijk teweeg zal brengen.
Destijds vond ik het belangrijk dat die beleggingsclausule werd opgenomen in relatie tot die collectieve beheersorganisaties. Zij werken met gemeenschapsgeld, met geld van anderen, en dan kun je er vraagtekens bij zetten of men daarmee moet kunnen beleggen. Dat is riskant, zeker in deze tijd. Provincies en woningbouwcorporaties hebben dat al aangetoond. Nu wordt dat toch weer goed gevonden. Ik wil daar echt even over nadenken en het afstemmen met de collega in de Eerste Kamer. Ik vind het te kort door de bocht om daarop nu een reactie te geven omdat het een scherp punt was.
De heer Verhoeven (D66): Voorzitter. De Kamer heeft vandaag een «downloadverboddraai» om haar oren gekregen. De staatssecretaris heeft die dankbaar geïncasseerd en kan verder op de oude weg. Dat is echt schrikken. Ik zal uitleggen waarom D66 dit zo problematisch vindt. Met het uitzetten van de handhavingsweg verdwijnt het stimuleren van meer aanbod. Al die organisaties die op dat handhaven zitten, al die oude partijen die op hun rechten zitten, gaan dan lekker achterover leunen en gaan er dan verder niets doen aan het creëren van meer aanbod. Die kip-of-eidiscussie is alleen te doorbreken door de zaak om te draaien, maar helaas zijn wij nu weer van dat pad af en komen er weer allerlei discussies aan over het aanpakken van individuele gebruikers – want dat gebeurt natuurlijk bij een downloadverbod – en privacyschending. Een ander groot probleem, waar ik de heer Recourt van de PvdA ook nog even over hoop te horen, is dat de isp's weer als politieagent moeten gaan optreden. Zij hebben daar echter grote problemen mee. Ik ben benieuwd naar de reactie van zowel de staatssecretaris als de heer Recourt hierop.
Ik zal mijn collega's in de Eerste Kamer zeker aansporen om dat wetsvoorstel snel te behandelen. Daarin zit al een deel van de oplossing.
Ik doe tot slot een verzoek aan de staatssecretaris. Hij is helder geweest over het radiomodel. Zijn uitleg over de collectiviteit daarvan begrijp ik. Ik heb extended collective licensing genoemd, maar de staatssecretaris gooide dat een beetje op één hoop met het radiomodel. Dat is echter niet de bedoeling want het zijn twee totaal verschillende zaken. Ik vraag de staatssecretaris om te reageren, eventueel schriftelijk, op die weg. Het gaat om het algemeen verbindend verklaren van diensten tussen private partijen, wat mij betreft los van de cbo's. Dat is in Nederland al te doen met verweesde werken en stukken in de bibliotheek. Die kunnen gedigitaliseerd worden door een deal te sluiten over de rechten. Dat is dus een interessante optie die anders is dan het radiomodel.
Er ligt van mijn kant nog een motie over de weg van het blokkeren, niet inzetten. De weg van het downloadverbod is nu weer volledig open dankzij de PvdA-fractie. Ik ben echter ook benieuwd naar wat de staatssecretaris doet met die andere motie, over het blokkeren.
De heer Oskam (CDA): Voorzitter. Ik wilde dezelfde vraag stellen over de motie-Verhoeven in het licht van het downloadverbod. Ik dank de staatssecretaris verder voor zijn heldere antwoorden. Ik wacht het rapport van de commissie af en de reactie van de minister daarop.
De heer Recourt (PvdA): Voorzitter. Een nieuwe kabinetsperiode, een terrein waarop veel moet gebeuren en een staatssecretaris die aan de slag kan gaan. Ik benadruk in dit verband nogmaals dat het auteursrecht een exploitatierecht moet zijn. Ik wil geen auteursrechten verschuldigd zijn voor zingen onder de douche. Dat geldt voor iedere particulier, downloadend, streamend, whatever. De particulier valt niet onder het auteursrecht. Het gaat om de exploitatie. Iedereen die over de rug van de makers werken exploiteert en daar geld aan verdient zonder daarvan een percentage af te dragen, moet kunnen worden aangepakt. Ik heb mij ingewerkt in dit dossier en ik heb mij erover verbaasd hoe dit debat platgeslagen is door stellingnames waarbij de realiteit te ver uit het oog werd verloren. Laten wij het doortrekken naar de echte wereld. Als in een videotheek een A-film wordt aangeboden voor € 5 en in de videotheek ernaast precies dezelfde film voor € 4 kan worden gehaald, over wat voor markt heb je het dan nog? Een overheid moet een eerlijke markt garanderen. Pas dan kan het legale aanbod een eerlijke kans worden gegeven. Het kan nooit helemaal tegen worden gehouden – zo naïef zijn wij ook weer niet – maar het moet wel mogelijk worden. Hetzelfde geldt voor het aanbod via isp's. De rechter heeft daar vrij duidelijke uitspraken over gedaan. Dat is nog niet helemaal klaar, maar in die lijn denkt de PvdA-fractie.
Aan de slag en aanpakken geldt ook voor de wet toezicht. Mijn fractie zit daar zeer praktisch en niet-dogmatisch in. Ik ben dan ook zeer positief over het voorstel van de staatssecretaris. Ik had in eerste termijn ook voorgesteld om dat stuk over het beleggen te parkeren en de rest van de wet toezicht, waarover wij het allemaal eens zijn, snel in werking te laten treden. Dat is een evidente verbetering. Daarmee nemen wij geen afstand van onze mening over het beleggen, maar pakken wij de zaken praktisch aan en zetten wij het oordeel daarover iets naar achteren in de tijd.
Staatssecretaris Teeven: Voorzitter. Ik dank de leden voor hun inbreng in tweede termijn. Ik dank de heer Taverne voor zijn opmerkingen en voor de notie dat er waarborgen moeten zijn voor kleinere gebruikers. De essentie is dat er geen inbreuk mag plaatsvinden op het consumentenrecht van de kleine, individuele gebruiker. De regeringspartijen hebben dat duidelijk gemaakt, hoewel niet in dezelfde bewoordingen. Dat is de uitdaging waarmee ik aan de gang ga. Ik informeer de Kamer over de voortgang op dat punt. We gaan daarmee weer aan het werk, voor het eerst sinds het voorjaar van 2011.
De heer Taverne vraagt of het wetsvoorstel waarover ik sprak houdbaar is in het licht van lopende zaken. Wij moeten dat inderdaad goed in de gaten houden. Het is sowieso in alle omstandigheden belangrijk om op nationaal niveau invulling te geven aan wat wij wenselijk vinden. Dat geldt bijvoorbeeld op het punt van de privacy van de kleine downloader. Wij moeten daarbij niet te veel uitgaan van Europa. Europa let heus wel op de privacy, maar wij hebben daar zelf ook nog steeds een eigen verantwoordelijkheid in. Dat onderwerp is belangrijk en zeker niet weg, ook niet in dit model waarvan de heer Verhoeven en zijn fractie niet de grootste voorstander zijn.
Volgens de jurisprudentie in de Europese Unie moet er een goede balans zijn tussen handhaving en privacy. Het is inderdaad niet of-of maar en-en. Dat geldt ook voor de handhaving op internet.
De heer Bontes refereerde aan de technische ontwikkelingen. Wij zullen daarmee rekening houden. Het nieuwe wetsvoorstel moet technologieneutraal zijn. Laten wij vaststellen dat heffingen in elk geval niet technologieneutraal zijn.
De heer Recourt (PvdA): Een aantal sprekers, waaronder de heer Verhoeven, wekt de suggestie dat het downloadverbod terug is en dat dit de individuele gebruikers wel moet raken. De PvdA-fractie heeft de staatssecretaris opgeroepen om een oplossing te vinden. Mijn fractie zegt niet dat er een downloadverbod moet worden ingevoerd, maar zij sluit dat ook niet uit. In elk geval moet er een gerichte regeling komen die gericht is op de handel. Denkt de staatssecretaris dat het mogelijk is om die te ontwerpen? Daarmee vraag ik impliciet of de staatssecretaris het oneens is met de heer Verhoeven dat een downloadverbod altijd de individuele gebruiker zal raken.
Staatssecretaris Teeven: Ik reageer hiermee dan maar meteen op wat de heer Verhoeven hierover heeft gezegd. Ik denk dat dat mogelijk is. Het vraagt om veel finetuning. Ik zal Kamer en commissie daarom meenemen in de ontwikkelingen. Dan krijg ik de kritische tegenspraak van zowel de PvdA als D66. Dat komt het werk van mij en mijn medewerkers, die buitengewoon enthousiast zijn om hiermee weer aan het werk te gaan, ten goede. Dat is dus geen probleem. Naar mijn inschatting is dat mogelijk en kleven daar geen grote bezwaren aan.
De heer Verhoeven (D66): Ik verwacht niet veel van de kritische houding van de PvdA-fractie. Ik zal mijn kritische verhouding daarom verdubbelen in de komende tijd. Ik ben heel benieuwd hoe de staatssecretaris het invoeren van een downloadverbod voor zich ziet zonder de gebruiker, degene die de downloadopdracht geeft, op de een of andere manier te raken. Maar goed, zijn creativiteit moet hem daarmee helpen.
De heer Recourt lijkt nu toch een beetje terug te keren op zijn schreden. Ik vraag graag een VAO aan om de veranderde situatie in de Kamer vast te leggen. Ik zou graag een VAO houden om in de komende weken helderheid te krijgen over de oplossingsrichtingen. Volgens mij help ik de staatssecretaris daar ook zeer mee, want dan wordt voor hem duidelijk op welke oplossingsrichtingen hij het beste kan inzetten. Bij dezen doe ik dat verzoek.
Staatssecretaris Teeven: Dat is geen vraag aan mij, maar ik maak hierover wel een opmerking. Voor mij is wat de heer Recourt gezegd heeft zeer duidelijk. Voor mij is dat niet onduidelijk, maar het is natuurlijk aan de Kamer om daarover moties in te dienen. Voor mij is in elk geval volstrekt duidelijk in welk speelveld ik mij moet gaan bewegen en hoe ik de bal binnen de lijnen moet houden en uiteindelijk in het doel moet schoppen voor 1 november volgend jaar. Het is mij helder.
Tegen de heer Bontes zeg ik dat ik het wel heel liberaal vind. Met deze oplossing wordt het mogelijk om te concurreren op een vrije markt. Ik vind het jammer dat de heer Bontes geen keuze maakt. Om te handhaven moet er een keuze worden gemaakt. Ik ben het niet eens met de heer Verhoeven, maar hij maakt wel een keuze. Met de heer Van Dijk ben ik het ook niet eens, maar hij maakt ook een keuze. De PVV-fractie maakt geen keuze. De PVV-fractie denkt dat het allemaal kan zonder dat de burger er iets van merkt. Dat kan niet. Het is onmogelijk om enerzijds een kraker uit een huis te verwijderen omdat hij in andermans eigendom zit en anderzijds een dief van het eigendomsrecht van een ander, soms gefaciliteerd door heel professionele organisaties, niet te corrigeren. Dat is te doen met twee bepaalde systemen en daartussen moet een keuze worden gemaakt. Ik vind het jammer dat ik van de PVV-fractie nog niet heb gehoord hoe zij dat wil corrigeren. Welke correctiemogelijkheid wil zij dan hanteren?
De heer Bontes (PVV): Ik ben geen staatssecretaris dus ik hoef geen oplossingen te bedenken. Ik geef aan hoe wij erover denken, waarbij ik uitga van wat goed is voor de burger. Wel valt mij op dat steeds de PVV erop wordt aangevallen geen keuze te maken. De trouwe coalitiepartner PvdA maakt echter ook geen keuze. De D66-collega moet zelfs een VAO aanvragen omdat de heer Recourt op het laatste moment zegt: geen downloadverbod. Dan heeft hij dezelfde mening als ik heb: geen downloadverbod maar ook geen thuiskopieheffing. Hij wordt daarop niet aangesproken maar oppositiepartij PVV wordt er wel constant op aangesproken niet met de juiste oplossing te komen. De staatssecretaris moet met oplossingen komen en ik toets die vervolgens. Coalitiepartner PvdA maakt geen keuzes en nu zitten wij weer met een VAO omdat de heer Recourt tot op het laatste moment onduidelijk is, weer zijn keutel intrekt en zegt: toch maar geen downloadverbod want daar ben ik niet voor. Mij wordt verweten dat ik geen keuze maak tussen een downloadverbod en een thuiskopieheffing, maar de heer Recourt doet dat ook niet.
De heer Recourt (PvdA): Volgens mij zeg ik iedere keer precies hetzelfde. Mijn fractie sluit niets uit wat de illegale handel voorkomt en particulieren ontziet. Ik sluit geen downloadverbod en geen andere oplossingen uit. Ik vraag de staatssecretaris om het te regelen. That's it.
Staatssecretaris Teeven: De heer Bontes heeft mij geen vraag gesteld. Ik neem kennis van zijn opmerking en daarbij laat ik het.
De heer Verhoeven heeft mij gevraagd of ik voor extended collective licensing ben. Bij ECL is een cbo bereid om namens alle rechthebbenden een collectieve regeling af te sluiten, ook voor de niet-aangesloten rechthebbenden. De cbo zorgt ervoor dat sprake is van een soort vrijwaring voor de gebruiker. ECL kan in bepaalde situaties een bruikbare oplossing zijn. Deze is toegepast bij de digitalisering van de collectie van de bibliotheken en deze zou ook kunnen werken bij verweesde werken. Daarvoor is echter geen ingrijpen van de overheid vereist. Dat is onderling af te spreken. Voorwaarde daarvoor is dat een cbo daarin brood ziet. Tot op heden is niet gebleken dat er cbo's zijn die daarin wat zien.
Ik dank de heer Oskam voor zijn opmerkingen en zal ook de inbreng van de CDA-fractie in eerdere debatten meenemen in het ontwerpen van een nieuwe regeling. Zoals bekend is deze regering van meerdere partijen afhankelijk in de Eerste Kamer. Ik neem dan ook graag alle constructieve opmerkingen van deze commissie mee om een zodanige regeling te ontwerpen dat er niet meer kan worden gestolen van rechthebbenden. Ik heb dat goed gehoord. In die geest ga ik verder.
De heer Oskam (CDA): Ik hoor nog graag waarom er een heffing nodig is bij settopboxen.
Staatssecretaris Teeven: Die blijven ons achtervolgen. Ik zal het antwoord op die vraag schriftelijk doen toekomen.
De voorzitter: Ik zal de Kamervoorzitter vragen om een VAO in te plannen met als eerste spreker de heer Verhoeven. Ik dank de staatssecretaris, het publiek en de collega's en sluit deze vergadering.
Sluiting: 17.08 uur.